SECTIE C         CHEMIE; METALLURGIE

 

              Aantekeningen

 

(1)        In Sectie C zijn de definities van groepen chemische elementen als volgt:

Alkalimetalen:                 Li, Na, K, Rb, Cs, Fr

Aardalkalimetalen:           Ca, Sr, Ba, Ra

Lanthaniden:                   elementen met atoomgetallen 57 t/m 71

Zeldzame aardmetalen:    Sc, Y, Lanthaniden

Actiniden:                       elementen met atoomgetallen 89 t/m 103

Vuurvaste metalen:          Ti, V, Cr, Zr, Nb, Mo, Hf, Ta, W

Halogenen:                      F, Cl, Br, I, At

Edelgassen:                    He, Ne, Ar, Kr, Xe, Rn

Platinagroep:                   Os, Ir, Pt, Ru, Rh, Pd

Edele metalen:                Ag, Au, platinagroep

Lichte metalen:                alkalimetalen, aardalkalimetalen, Be, Al, Mg

Zware metalen:                metalen anders dan lichte metalen

IJzergroep:                      Fe, Co, Ni

Niet-metalen:                   H, B, C, Si, N, P, O, S, Se, Te, edelgassen, halogenen

Metalen:                         elementen anders dan niet-metalen

Transitie-elementen:         elementen met atoomgetallen 21 t/m 30, 39 t/m 48, 57 t/m 80, en 89 en hoger

              (2)      Onder Sectie C vallen:

                        (a)      Pure chemie, waaronder vallen anorganische verbindingen, organische verbindingen, macromoleculaire verbindingen, en hun bereidingsmethoden;

                        (b)      Toegepaste chemie, waaronder vallen samenstellingen met bovenstaande verbindingen, bijv. glas, keramiek, meststoffen, kunststofsamenstellingen, verven, en producten uit de petroleumindustrie. Ook vallen hieronder bepaalde samenstellingen op grond van het hebben van bijzondere eigenschappen, die ze geschiklt maken voor bepaalde doeleinden, zoals in geval van explosieven, kleurstoffen, kleefmiddelen, smeermiddelen, en wasmiddelen.

                        (c)      Bepaalde marginale industrieën, zoals het maken van kolen en van vaste of gasvormige brandstoffen, de productie and raffinage van oliën, vetten en wassen, de fermentatie-industrie (bijv. brouwerijen en wijnmakerijen), en de suikerindustrie.

                        (d)      Bepaalde bewerkingen of behandelingen, die ofwel puur meachnisch zijn, bijv. de mechanische behandeling van leer en huiden, of gedeeltelijk mechanisch, bijv. de behandeling van water of het voorkomen van corrosie in het algemeen.

                        (e)      Metallurgie, en ferrolegeringen of niet-ferrolegeringen.

              (3)      In alle Secties van de IPC is het Periodiek Systeem van chemische elementen waarnaar wordt verwezen, dezelfde als die algemeen aanvaard en gebruikelijk is.

              (4)      (a)      In geval van bewerkingen, handelingen, producten of artikelen met zowel een chemisch als een niet-chemisch gedeelte of aspect, geldt de algemene regel dat het chemische gedeelte of aspect valt onder Sectie C.

                        (b)      In sommige van deze gevallen brengt het chemische gedeelte of aspect een niet chemische met zich mee, zelfs als dat puur mechanisch is, omdat dit laatste aspect ofwel essentieel is voor de bewerking of handeling, of daarvan een belangrijk deel uitmaakt. In feite blijkt het logischer de verschillende gedeelten of aspecten niet te scheiden van een samenhangend geheel. Dit geldt voor toegepaste chemie en voor de industrieën, bewerkingen en handelingen genoemd in de Aantekeningen (1)(c), (d) en (e). Bijvoorbeeld vallen ovens specifiek bedoeld voor het maken van glas onder klasse C03 en niet onder klasse F27.

                        (c)      Er zijn echter sommige uitzonderingen, waarin het mechanisch (of niet-mechanische) aspect juist het chemische aspect met zich meebrengen, bijvoorbeeld:

                                 -         Bepaalde extractieprocessen, in subklasse A61K;

                                 -         De chemische zuivering van lucht, in subklasse A61L;

                                 -         Chemische methoden van brandbestrijding, in subklasse A62D;

                                 -         Chemische processen en apparatuur, in klasse B01;

                                 -         Impregneren van hout, in subklasse B27K;

                                 -         Chemische analysemethoden of testmethoden, in subklasse G01N;

                                 -         Fotografische materialen en processen, in klasse G03; en algemeen

                                 -         De chemische behandeling van textiel en de productie van cellulose of papier, in Sectie D.

                        (d)      In nog andere gevallen valt het puur chemische aspect onder Sectie C, en het toegepaste chemische aspect in een andere Sectie, zoals A, B of F, bijv. het gebruik van een substantie of samenstelling voor:

                                 -         de behandeling van planten of dieren, valt onder subklasse A01N;

                                 -         voedingsmiddelen, vallen onder klasse A23;

                                 -         munitie of explosieven, vallen onder klasse F42.

                        (e)      Als de chemische en mechanische aspecten zo nauw met elkaar zijn verbonden dat een nette en eenvoudige splitsing niet mogelijk is, of als bepaalde mechanische processen een natuurlijk en logisch vervolg op een chemische behandeling vormen, kan onder Sectie C, in aanvulling op het chemische aspect, ook een gedeelte van het mechanische aspect vallen, bijv. nabehandeling van kunststeen, wat valt onder klasse C04.In dit laatste geval wordt gewoonlijk een aantekening of referentie gegeven om de positie te verduidelijken, zelfs als splitsing nogal arbitrair is.

 

CHEMIE

 

C 10        PETROLEUMINDUSTRIE, GASINDUSTRIE OF COKESINDUSTRIE; TECHNISCHE GASSEN DIE KOOLMONOXIDE BEVATTEN; BRANDSTOFFEN; SMEERMIDDELEN; TURF

 

C 10 G    KRAKEN VAN KOOLWATERSTOFOLIËN; MAKEN VAN VLOEIBARE KOOLWATERSTOFMENGSELS, BIJV. DOOR DESTRUCTIEF HYDROGENEREN, OLIGOMERISEREN OF POLYMERISEREN (kraken tot waterstof of synthesegas C01B; kraken of ontleden van koolwaterstofgassen tot afzonderlijke koolwaterstoffen of mengsels daarvan met een duidelijke of specifieke samenstelling C07C; kraken tot cokes C10B); TERUGWINNEN VAN KOOLWATERSTOFOLIËN UIT OLIEHOUDEND LEISTEEN, OLIEZAND OF GASSEN; RAFFINEREN VAN MENGSELS DIE IN HOOFDZAAK BESTAAN UIT KOOLWATERSTOFFEN; REFORMEREN VAN NAFTA; MINERALE WASSEN [6,11]

 

              Aantekeningen

 

              (1)      In deze subklasse:

                        -        zijn de groepen C10G 9/00 tot C10G 49/00 beperkt tot ééntrapsprocessen; [3]

                        -        vallen gecombineerde processen of meertrapsprocessen onder de groepen C10G 51/00 tot C10G 69/00; [3]

                        -        valt het raffineren of terugwinnen van minerale was onder groep C10G 73/00. [3]

              (2)      In deze subklasse worden de volgende termen of uitdrukkingen gebruikt met de aangegeven betekenissen:

                        -        “in aanwezigheid van waterstof” of “in afwezigheid van waterstof” betekenen behandelingen waarin waterstof, in vrije vorm of als een waterstof-afgevende verbindingen, wordt toegevoegd resp. wordt buitengesloten; [3]

                        -        “waterstofbehandeling” wordt gebruikt voor omzettingsprocessen zoals gedefinieerd in groep C10G 45/00 of groep C10G 47/00; [3]

                        -        “koolwaterstofoliën” omvat mengsels van koolwaterstoffen zoals teeroliën of minerale oliën. [3]

              (3)      In deze subklasse is de prioriteitsregel voor de laatste plaats van kracht, d.w.z. op elk hiërarchisch niveau wordt geklasseerd in de laatst toepasselijke plaats, tenzij anders staat vermeld. [3,15]

 

C 10 G      1/00                    Produceren van vloeibare koolwaterstofmengsels uit olie-houdend leisteen, oliezand of vaste niet-smeltende koolstofhoudende of soortgelijke materialen, bijv. hout of kool (mechanisch winnen van olie uit olie-houdend leisteen, oliezand en dergelijke B03B)

C 10 G      1/02                    .    door destilleren [11]

C 10 G      1/04                    .    door extraheren

C 10 G      1/06                    .    door destructief hydrogeneren

C 10 G      1/08                    .    .    met bewegende katalysatoren

C 10 G      1/10                    .    uit rubber of rubberafval

 

C 10 G      2/00                    Produceren van vloeibare koolwaterstofmengsels met een niet-gedefinieerde samenstelling uit oxiden van koolstof [5]

 

C 10 G      3/00                    Produceren van vloeibare koolwaterstofmengsels uit zuurstofhoudende organische materialen, bijv. vette oliën of vetzuren (produceren uit niet-smeltende vaste zuurstofhoudende en koolstofhoudende materialen C10G 1/00) [11] 

C 10 G      5/00                    Terugwinnen van vloeibare koolwaterstofmengsels uit gassen, bijv. aardgas

C 10 G      5/02                    .    met vaste adsorbenten

C 10 G      5/04                    .    met vloeibare absorbenten

C 10 G      5/06                    .    door koelen of samenpersen

 

C 10 G      7/00                    Destilleren van koolwaterstofoliën [11]

C 10 G      7/02                    .    Stabiliseren van benzine door het verwijderen van gassen door fractioneren

C 10 G      7/04                    .    Ontwateren

C 10 G      7/06                    .    Vacuümdestilleren [3]

C 10 G      7/08                    .    Azeotropisch of extractief destilleren (raffineren van koolwaterstofoliën door extraheren met selectieve oplosmiddelen in afwezigheid van waterstof C10G 21/00) [3]

C 10 G      7/10                    .    Tegengaan van corrosie tijdens het destilleren [3]

C 10 G      7/12                    .    Regelen [3,11]

 

Kraken in afwezigheid van waterstof

 

C 10 G      9/00                    Thermisch niet-katalytisch kraken van koolwaterstofoliën in afwezigheid van waterstof

C 10 G      9/02                    .    in retorten

C 10 G      9/04                    .    .    Retorten

C 10 G      9/06                    .    door drukdestillatie

C 10 G      9/08                    .    .    Apparatuur daarvoor

C 10 G      9/12                    .    .    .    Verwijderen van aanzetting

C 10 G      9/14                    .    in pijpen of spiralen met of zonder hulpmiddelen, bijv. kookpotten, weektrommels of expansiemiddelen

C 10 G      9/16                    .    .    Voorkomen of verwijderen van aanzetting

C 10 G      9/18                    .    .    Apparatuur

C 10 G      9/20                    .    .    .    Buizenovens

C 10 G      9/24                    .    door het verwarmen met elektrische middelen

C 10 G      9/26                    .    met discontinu voorverwarmd niet-bewegend vast materiaal, bijv. blast and run

C 10 G      9/28                    .    met voorverwarmd bewegend vast materiaal

C 10 G      9/30                    .    .    volgens de “bewegend-bed” techniek

C 10 G      9/32                    .    .    volgens de “gefluïdiseerd-bed” techniek

C 10 G      9/34                    .    door direct contact met inerte voorverwarmde fluïda, bijv. met gesmolten metalen of zouten

C 10 G      9/36                    .    .    met verwarmde gassen of dampen

C 10 G      9/38                    .    .    .    geproduceerd door het partieel verbranden van het te kraken materiaal of door het verbranden van een andere koolwaterstof [2]

C 10 G      9/40                    .    door indirect contact met een ander voorverwarmd fluïdum dan hete verbrandingsgassen

C 10 G      9/42                    .    door het te kraken materiaal in dunne stromen of als een nevel op of bij continu verwarmde oppervlakken te brengen

 

C 10 G    11/00                   Katalytisch kraken van koolwaterstofoliën in afwezigheid van waterstof (kraken in direct contact met gesmolten metalen of zouten C10G 9/34)

C 10 G    11/02                   .    gekenmerkt door de gebruikte katalysator

C 10 G    11/04                   .    .    Oxiden

C 10 G    11/05                   .    .    .    Kristallijne aluminiumsilicaten, bijv. moleculaire zeven [3]

C 10 G    11/06                   .    .    Sulfiden

C 10 G    11/08                   .    .    Haliden

C 10 G    11/10                   .    met een stilstaand katalysatorbed

C 10 G    11/12                   .    met discontinu voorverwarmde niet-bewegende vaste katalysatoren, bijv. blast en run

C 10 G    11/14                   .    met voorverwarmde bewegende vaste katalysatoren

C 10 G    11/16                   .    .    volgens de “bewegend-bed” techniek

C 10 G    11/18                   .    .    volgens de “gefluïdiseerd-bed” techniek

C 10 G    11/20                   .    door direct contact met inerte verwarmde gassen of dampen

C 10 G    11/22                   .    .    geproduceerd door het partieel verbranden van het te kraken materiaal

 

C 10 G    15/00                   Kraken van koolwaterstofoliën door elektrische middelen, elektromagnetische of mechanische trillingen of deeltjesstraling, of met gassen die zijn oververhit in elektrische bogen

C 10 G    15/08                   .    door elektrische middelen of elektromagnetische of mechanische trillingen [3]

C 10 G    15/10                   .    door deeltjesstraling [3]

C 10 G    15/12                   .    met gassen die zijn oververhit in een elektrische boog, bijv. plasma [3]

 

Raffineren in afwezigheid van waterstof

 

C 10 G    17/00                   Raffineren van koolwaterstofoliën met zuren, zuurvormende verbindingen of zuurhoudende vloeistoffen, bijv. zuurteer, in afwezigheid van waterstof

C 10 G    17/02                   .    met zuren of zuurhoudende vloeistoffen, bijv. zuurteer

C 10 G    17/04                   .    .    Vloeistof-vloeistofbehandeling waarbij twee niet-mengbare fasen worden gevormd

C 10 G    17/06                   .    .    .    gebruikmakend van zuren die zijn afgeleid van zwavel of van zuurteer daarvan

C 10 G    17/07                   .    .    .    gebruikmakend van halogeenzuren of oxyzuren van halogeen (zuren die halogeen vrijmaken C10G 27/02) [3]

C 10 G    17/08                   .    met zuurvormende oxiden (raffineren met CO2 of SO2 als selectief oplosmiddel C10G 21/06)

C 10 G    17/085                  .    .    met oleum [3]

C 10 G    17/09                   .    met zure zouten [3]

C 10 G    17/095                  .    met “vaste zuren”, bijv. fosforzuur dat is afgezet op een drager [3]

C 10 G    17/10                   .    Terugwinnen van gebruikte raffinagemiddelen 

C 10 G    19/00                   Raffineren van koolwaterstofoliën door alkalisch behandelen in afwezigheid van waterstof

C 10 G    19/02                   .    met waterige alkalische oplossingen

C 10 G    19/04                   .    .    met solubilisatoren, bijv. oplossers

C 10 G    19/06                   .    .    met plumbieten of plumbaten

C 10 G    19/067                  .    met gesmolten alkalisch materiaal [3]

C 10 G    19/073                  .    met vast alkalisch materiaal [3]

C 10 G    19/08                   .    Terugwinnen van gebruikte raffinagemiddelen

 

C 10 G    21/00                   Raffineren van koolwaterstofoliën door extraheren met selectieve oplosmiddelen in afwezigheid van waterstof (C10G 17/00 en C10G 19/00 hebben voorrang) [11]

C 10 G    21/02                   .    met twee of meer oplosmiddelen, die apart worden ingebracht of afgevoerd

C 10 G    21/04                   .    .    door het gelijktijdig inbrengen van tenminste twee niet-mengbare oplosmiddelen in tegenstroom met elkaar

C 10 G    21/06                   .    gekenmerkt door het gebruikte oplosmiddel

C 10 G    21/08                   .    .    Alleen anorganische verbindingen

C 10 G    21/10                   .    .    .    Zwaveldioxide

C 10 G    21/12                   .    .    Alleen organische verbindingen

C 10 G    21/14                   .    .    .    Koolwaterstoffen

C 10 G    21/16                   .    .    .    Zuurstofhoudende verbindingen

C 10 G    21/18                   .    .    .    Halogeenhoudende verbindingen

C 10 G    21/20                   .    .    .    Stikstofhoudende verbindingen

C 10 G    21/22                   .    .    .    Verbindingen die zwavel, seleen of telluur bevatten

C 10 G    21/24                   .    .    .    Fosforhoudende verbindingen

C 10 G    21/26                   .    .    .    Siliciumhoudende verbindingen

C 10 G    21/27                   .    .    .    Organische verbindingen voorzover niet vallend onder één van de groepen C10G 21/14 tot C10G 21/26 [3]

C 10 G    21/28                   .    Terugwinnen van gebruikte oplosmiddelen

C 10 G    21/30                   .    Regelen [3,11] 

C 10 G    25/00                   Raffineren van koolwaterstofoliën met vaste sorbenten in afwezigheid van waterstof

 

              Aantekeningen

 

              Bij het klasseren in deze subklasse wordt tevens geklasseerd in de groep B01D 15/08 voorzover het onderwerpen van algemeen belang met betrekking tot chromatografie betreft. [8]

 

C 10 G    25/02                   .    met ionenuitwisselingsmateriaal

C 10 G    25/03                   .    .    met kristallijne aluminiumsilicaten, bijv. moleculaire zeven [3]

C 10 G    25/05                   .    .    .    Verwijderen van niet-koolwaterstofverbindingen, bijv. zwavelverbindingen [3]

C 10 G    25/06                   .    met bewegende sorptiemiddelen of sorptiemiddelen die in olie zijn gedispergeerd

C 10 G    25/08                   .    .    volgens de “bewegend-bed” techniek

C 10 G    25/09                   .    .    volgens de “gefluïdiseerd-bed” techniek [3]

C 10 G    25/11                   .    .    Destilleren in aanwezigheid van bewegende sorptiemiddelen [3]

C 10 G    25/12                   .    Terugwinnen van gebruikte adsorptiemiddelen

C 10 G    27/00                   Raffineren van koolwaterstofoliën door oxideren in afwezigheid van waterstof

C 10 G    27/02                   .    met halogeen of halogeen-vrijmakende verbindingen; Hypochlorigzuur of zouten daarvan

C 10 G    27/04                   .    met zuurstof of zuurstof-vrijmakende verbindingen

C 10 G    27/06                   .    .    in aanwezigheid van alkalische oplossingen

C 10 G    27/08                   .    .    in aanwezigheid van koperchloride

C 10 G    27/10                   .    .    in aanwezigheid van metaalhoudende organische complexen, bijv. chelaten, of kationische ionenuitwisselingsharsen [3]

C 10 G    27/12                   .    .    met zuurstof-vrijmakende verbindingen, bijv. perverbindingen, chroomzuur of chromaten (plumbieten of plumbaten C10G 19/06) [3]

C 10 G    27/14                   .    .    met ozonhoudende gassen [3]

                

C 10 G    29/00                   Raffineren van koolwaterstofoliën met andere chemicaliën in afwezigheid van waterstof

C 10 G    29/02                   .    Niet-metalen

C 10 G    29/04                   .    Metalen, of metalen die zijn afgezet op een drager

C 10 G    29/06                   .    Metaalzouten, of metaalzouten die zijn afgezet op een drager

C 10 G    29/08                   .    .    waarbij het metaal de lagere valentie heeft

C 10 G    29/10                   .    .    Sulfiden

C 10 G    29/12                   .    .    Haliden [3]

C 10 G    29/16                   .    Metaaloxiden

C 10 G    29/20                   .    Organische verbindingen die geen metaalatomen bevatten

C 10 G    29/22                   .    .    met zuurstof als het enige hetero-atoom

C 10 G    29/24                   .    .    .    Aldehyden of ketonen

C 10 G    29/26                   .    .    Gehalogeneerde koolwaterstoffen

C 10 G    29/28                   .    .    met zwavel als het enige hetero-atoom, bijv. mercaptanen, of met zwavel en zuurstof als de enige hetero-atomen

 

C 10 G    31/00                   Raffineren van koolwaterstofoliën door niet elders ondergebrachte methoden in afwezigheid van waterstof (door destilleren C10G 7/00) [2]

C 10 G    31/06                   .    door verwarmen, koelen of behandelen onder druk

C 10 G    31/08                   .    door het behandelen met water

C 10 G    31/09                   .    door filtreren [3]

C 10 G    31/10                   .    met behulp van centrifugaalkracht

C 10 G    31/11                   .    door dialyseren [3]

 

C 10 G    32/00                   Raffineren van koolwaterstofoliën door elektrische of magnetische middelen of bestraling of met micro-organismen [3]

C 10 G    32/02                   .    met elektrische of magnetische middelen [3]

C 10 G    32/04                   .    door deeltjesstraling [3]

 

C 10 G    33/00                   Ontwateren of demulgeren van koolwaterstofoliën (door destilleren C10G 7/04)

C 10 G    33/02                   .    met elektrische of magnetische middelen

C 10 G    33/04                   .    met chemische middelen

C 10 G    33/06                   .    met mechanische middelen, bijv. door filtreren

C 10 G    33/08                   .    Regelen [3,11] 

C 10 G    35/00                   Reformeren van nafta

 

              Aantekening

 

              In deze groep wordt de volgende term gebruikt met de aangegeven betekenis:

              -         “reformeren” betekent het behandelen van nafta teneinde het octaangehalte of het aromatische gehalte te verbeteren. [3]

 

C 10 G    35/02                   .    Thermisch reformeren

C 10 G    35/04                   .    Katalytisch reformeren

C 10 G    35/06                   .    .    gekenmerkt door de gebruikte katalysator

C 10 G    35/085                  .    .    .    met metalen uit de platinagroep of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    35/09                   .    .    .    .    Bimetaalachtige katalysatoren waarbij tenminste één van de metalen een metaal uit de platinagroep is [3]

C 10 G    35/095                  .    .    .    met kristallijne aluminiumsilicaten, bijv. moleculaire zeven [3]

C 10 G    35/10                   .    .    met bewegende katalysatoren

C 10 G    35/12                   .    .    .    volgens de “bewegend-bed” techniek

C 10 G    35/14                   .    .    .    volgens de “gefluïdiseerd-bed” techniek

C 10 G    35/16                   .    met elektrische, elektromagnetische of mechanische trillingen; door deeltjesstraling

C 10 G    35/22                   .    Opstarten van reformbewerkingen [3]

C 10 G    35/24                   .    Regelen van reformbewerkingen [3,11]

 

Hydrogeneringsprocessen [9]

 

C 10 G    45/00                   Raffineren van koolwaterstofoliën met waterstof of waterstof-vrijmakende verbindingen [3]

 

              Aantekening

 

              Het behandelen van koolwaterstofoliën in aanwezigheid van waterstof-vrijmakende verbindingen die niet vallen onder één van de groepen C10G 45/02, C10G 45/32, C10G 45/44 of C10G 45/58, valt onder groep C10G 49/00. [3]

 

C 10 G    45/02                   .    voor het elimineren van hetero-atomen zonder het skelet van de betreffende koolwaterstofverbinding te veranderen en zonder te kraken tot koolwaterstoffen met een lager kookpunt; Hydrofinishing [3]

C 10 G    45/04                   .    .    gekenmerkt door de gebruikte katalysator [3]

C 10 G    45/06                   .    .    .    met nikkel, kobalt of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/08                   .    .    .    .    in combinatie met chroom, molybdeen, wolfraam of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/10                   .    .    .    met metalen uit de platinagroep, of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/12                   .    .    .    met kristallijne aluminiumsilicaten, bijv. moleculaire zeven [3]

C 10 G    45/14                   .    .    met bewegende vaste deeltjes [3]

C 10 G    45/16                   .    .    .    gesuspendeerd in de olie, bijv. slurries [3]

C 10 G    45/18                   .    .    .    volgens de “bewegend-bed” techniek [3]

C 10 G    45/20                   .    .    .    volgens de “gefluïdiseerd-bed” techniek [3]

C 10 G    45/22                   .    .    met waterstof die is opgelost of gesuspendeerd in de olie [3]

C 10 G    45/24                   .    .    met waterstof-vrijmakende verbindingen [3]

C 10 G    45/26                   .    .    .    Stoom of water [3]

C 10 G    45/28                   .    .    .    Organische verbindingen; Autofining [3]

C 10 G    45/30                   .    .    .    .    gekenmerkt door de gebruikte katalysator [3]

C 10 G    45/32                   .    Selectief hydrogeneren van de diolefineverbindingen of de acetyleenverbindingen [3]

C 10 G    45/34                   .    .    gekenmerkt door de gebruikte katalysator [3]

C 10 G    45/36                   .    .    .    met nikkel, kobalt of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/38                   .    .    .    .    in combinatie met chroom, molybdeen, wolfraam of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/40                   .    .    .    met metalen uit de platinagroep of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/42                   .    .    met bewegende vaste deeltjes [3]

C 10 G    45/44                   .    Hydrogeneren van de aromatische koolwaterstoffen [3]

C 10 G    45/46                   .    .    gekenmerkt door de gebruikte katalysator [3]

C 10 G    45/48                   .    .    .    met nikkel, kobalt of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/50                   .    .    .    .    in combinatie met chroom, molybdeen, wolfraam of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/52                   .    .    .    met metalen uit de platinagroep of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/54                   .    .    .    met kristallijne aluminiumsilicaten, bijv. moleculaire zeven [3]

C 10 G    45/56                   .    .    met bewegende vaste deeltjes [3]

C 10 G    45/58                   .    voor het veranderen van het structuurskelet van een deel van de koolwaterstofinhoud zonder de andere aanwezige koolwaterstoffen te kraken, bijv. verlaging van het vloeipunt; Selectief kraken van gewone paraffinen in aanwezigheid van waterstof (C10G 32/00 heeft voorrang; verbeteren of verhogen van het octaangetal of de aromatische inhoud van nafta C10G 35/00) [3]

C 10 G    45/60                   .    .    gekenmerkt door de gebruikte katalysator [3]

C 10 G    45/62                   .    .    .    met metalen uit de platinagroep of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/64                   .    .    .    met kristallijne aluminiumsilicaten, bijv. moleculaire zeven [3]

C 10 G    45/66                   .    .    met bewegende vaste deeltjes [3]

C 10 G    45/68                   .    .    Aromatiseren van koolwaterstofoliefracties [3,11]

C 10 G    45/70                   .    .    .    met katalysatoren die metalen bevatten uit de platinagroep of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    45/72                   .    Regelen [3,11]

 

C 10 G    47/00                   Kraken van koolwaterstofoliën voor het verkrijgen van fracties met een lager kookpunt, in aanwezigheid van waterstof of waterstof-vrijmakende verbindingen (C10G 15/00 heeft voorrang; destructief hydrogeneren van niet-smeltende vaste koolstofhoudende of soortgelijke materialen C10G 1/06) [3]

C 10 G    47/02                   .    gekenmerkt door de gebruikte katalysator [3]

C 10 G    47/04                   .    .    Oxiden [3]

C 10 G    47/06                   .    .    Sulfiden [3]

C 10 G    47/08                   .    .    Haliden [3]

C 10 G    47/10                   .    .    met katalysatoren die zijn afgezet op een drager [3]

C 10 G    47/12                   .    .    .    Anorganische dragers [3]

C 10 G    47/14                   .    .    .    .    waarbij de katalysator metalen bevat uit de platinagroep of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    47/16                   .    .    .    .    Kristallijne aluminiumsilicaatdragers [3]

C 10 G    47/18                   .    .    .    .    .    waarbij de katalysator metalen bevat uit de platinagroep of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    47/20                   .    .    .    .    .    waarbij de katalysator andere metalen of verbindingen daarvan bevat [3]

C 10 G    47/22                   .    Niet-katalytisch kraken in aanwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    47/24                   .    met bewegende vaste deeltjes [3]

C 10 G    47/26                   .    .    gesuspendeerd in de olie, bijv. slurries [3]

C 10 G    47/28                   .    .    volgens de “bewegend-bed” techniek [3]

C 10 G    47/30                   .    .    volgens de “gefluïdiseerd-bed” techniek [3]

C 10 G    47/32                   .    in aanwezigheid van waterstof-vrijmakende verbindingen [3]

C 10 G    47/34                   .    .    Organische verbindingen, bijv. gehydrogeneerde koolwaterstoffen [3]

C 10 G    47/36                   .    Regelen [3,11]

 

C 10 G    49/00                   Behandelen van koolwaterstofoliën dat niet valt onder één van de groepen C10G 45/02, C10G 45/32, C10G 45/44, C10G 45/58 of C10G 47/00, in aanwezigheid van waterstof of waterstof-vrijmakende verbindingen [3]

C 10 G    49/02                   .    gekenmerkt door de gebruikte katalysator [3]

C 10 G    49/04                   .    .    met nikkel, kobalt, chroom, molybdeen, wolfraam of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    49/06                   .    .    met metalen uit de platinagroep of verbindingen daarvan [3]

C 10 G    49/08                   .    .    met kristallijne aluminiumsilicaten, bijv. moleculaire zeven [3]

C 10 G    49/10                   .    met bewegende vaste deeltjes [3]

C 10 G    49/12                   .    .    gesuspendeerd in de olie, bijv. slurries [3]

C 10 G    49/14                   .    .    volgens de “bewegend-bed” techniek [3]

C 10 G    49/16                   .    .    volgens de “gefluïdiseerd-bed” techniek [3]

C 10 G    49/18                   .    in aanwezigheid van waterstof-vrijmakende verbindingen, bijv. ammoniak, water of zwavelwaterstof [3]

C 10 G    49/20                   .    .    Organische verbindingen [3]

C 10 G    49/22                   .    Afscheiden van afvalstromen [3]

C 10 G    49/24                   .    Opstarten van waterstofbehandelingen [3]

C 10 G    49/26                   .    Regelen [3,11]

 

C 10 G    50/00                   Produceren van vloeibare koolwaterstofmengsels uit koolwaterstoffen met een kleinere koolstofketen, bijv. door oligomeriseren [6,11]

C 10 G    50/02                   .    van koolwaterstofoliën voor smeerolietoepassingen [6]

 

Meertrapsprocessen

 

              Aantekening

 

              Onder de groepen C10G 51/00 tot C10G 69/00 vallen alleen die gecombineerde handelingen, waarbij het belang is gericht op het verband tussen de stappen. [3]

 

C 10 G    51/00                   Behandelen van koolwaterstofoliën door twee of meer kraakprocessen, in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    51/02                   .    alleen meerdere seriële trappen [3]

C 10 G    51/04                   .    .    met alleen thermische en katalytische kraaktrappen [3]

C 10 G    51/06                   .    alleen meerdere parallelle trappen [3]

 

C 10 G    53/00                   Behandelen van koolwaterstofoliën door twee of meer raffinageprocessen, in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    53/02                   .    alleen meerdere seriële trappen [3]

C 10 G    53/04                   .    .    met tenminste één extractietrap [3]

C 10 G    53/06                   .    .    .    met alleen extractietrappen, bijv. deasfalteren door behandelen met een oplosmiddel gevolgd door het extraheren van aromatische componenten [3,11]

C 10 G    53/08                   .    .    met tenminste één sorptietrap [3]

C 10 G    53/10                   .    .    met tenminste één zure behandeling [3]

C 10 G    53/12                   .    .    met tenminste één alkalische behandeling [3]

C 10 G    53/14                   .    .    met tenminste één oxidatietrap [3]

C 10 G    53/16                   .    alleen meerdere parallelle trappen [3]

 

C 10 G    55/00                   Behandelen van koolwaterstofoliën door tenminste één raffinageproces en tenminste één kraakproces, in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    55/02                   .    alleen meerdere seriële trappen [3]

C 10 G    55/04                   .    .    met tenminste één thermische kraaktrap [3]

C 10 G    55/06                   .    .    met tenminste één katalytische kraaktrap [3]

C 10 G    55/08                   .    alleen meerdere parallelle trappen [3]

 

C 10 G    57/00                   Behandelen van koolwaterstofoliën door tenminste één kraakproces of raffinageproces met tenminste één ander omzettingsproces, in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    57/02                   .    met polymerisatie [3]

 

C 10 G    59/00                   Behandelen van nafta door alleen twee of meer reformprocessen of door tenminste één reformproces en tenminste één proces dat het kookbereik van de nafta niet essentieel verandert [3]

C 10 G    59/02                   .    alleen meerdere seriële trappen [3]

C 10 G    59/04                   .    .    met tenminste één katalytische en tenminste één niet-katalytische reformstap [3]

C 10 G    59/06                   .    alleen meerdere parallelle trappen [3]

 

C 10 G    61/00                   Behandelen van nafta door tenminste één reformproces en tenminste één raffinageproces, in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    61/02                   .    alleen meerdere seriële trappen [3]

C 10 G    61/04                   .    .    waarbij de raffinagetrap een extractie is [3]

C 10 G    61/06                   .    .    waarbij de raffinagestap een sorptieproces is [3]

C 10 G    61/08                   .    alleen meerdere parallelle trappen [3]

C 10 G    61/10                   .    waarbij de processen tevens andere omzettingstrappen inhouden [3]

 

C 10 G    63/00                   Behandelen van nafta door tenminste één reformproces en tenminste één omzettingsproces (C10G 59/00 en C10G 61/00 hebben voorrang) [3]

C 10 G    63/02                   .    alleen meerdere seriële trappen [3]

C 10 G    63/04                   .    .    met tenminste één kraaktrap [3]

C 10 G    63/06                   .    alleen meerdere parallelle trappen [3]

C 10 G    63/08                   .    .    met tenminste één kraaktrap [3]

 

C 10 G    65/00                   Behandelen van koolwaterstofoliën door alleen twee of meer processen voor het met waterstof behandelen [3]

C 10 G    65/02                   .    alleen meerdere seriële trappen [3]

C 10 G    65/04                   .    .    met alleen raffinagetrappen [3]

C 10 G    65/06                   .    .    .    waarbij tenminste één trap het selectief hydrogeneren van de diolefinen is [3]

C 10 G    65/08                   .    .    .    waarbij tenminste één trap het hydrogeneren van de aromatische koolwaterstoffen is [3]

C 10 G    65/10                   .    .    met alleen kraaktrappen [3]

C 10 G    65/12                   .    .    met kraaktrappen en andere waterstofbehandelingstrappen [3]

C 10 G    65/14                   .    alleen meerdere parallelle trappen [3]

C 10 G    65/16                   .    .    met alleen raffinagetrappen [3]

C 10 G    65/18                   .    .    met alleen kraaktrappen [3]

 

C 10 G    67/00                   Behandelen van koolwaterstofoliën door tenminste één waterstofbehandelingsproces en tenminste één raffinageproces, in afwezigheid van alleen waterstof [3]

C 10 G    67/02                   .    alleen meerdere seriële trappen [3]

C 10 G    67/04                   .    .    met oplosmiddelextractie als de raffinagetrap in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    67/06                   .    .    met een sorptieproces als de raffinagetrap in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    67/08                   .    .    met een zure behandeling als de raffinagetrap in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    67/10                   .    .    met een alkalische behandeling als de raffinagetrap in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    67/12                   .    .    met oxidatie als de raffinagetrap in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    67/14                   .    .    met tenminste twee verschillende raffinagetrappen in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    67/16                   .    alleen meerdere parallelle trappen [3]

 

C 10 G    69/00                   Behandelen van koolwaterstofoliën door tenminste één waterstofbehandelproces en tenminste één ander omzettingsproces (C10G 67/00 heeft voorrang) [3]

C 10 G    69/02                   .    alleen meerdere seriële trappen [3]

C 10 G    69/04                   .    .    met tenminste één katalytische kraaktrap in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    69/06                   .    .    met tenminste één thermische kraaktrap in afwezigheid van waterstof [3]

C 10 G    69/08                   .    .    met tenminste één reformtrap van nafta [3]

C 10 G    69/10                   .    .    .    waarbij sprake is van het hydrokraken van fracties met een hoger kookpunt tot nafta, gevolgd door het reformeren van de gewonnen nafta [3]

C 10 G    69/12                   .    .    met tenminste één polymerisatietrap of alkyleringstrap [3]

C 10 G    69/14                   .    alleen meerdere parallelle trappen [3]

 

C 10 G    70/00                   Opwerken van niet-gedefinieerde, gewoonlijk gasvormige mengsels die worden verkregen door processen welke vallen onder de groepen C10G 9/00, C10G 11/00, C10G 15/00, C10G 47/00 of C10G 51/00 [5]

C 10 G    70/02                   .    door hydrogeneren [5]

C 10 G    70/04                   .    door fysische processen [5]

C 10 G    70/06                   .    .    door gas-vloeistofcontact [5]

 

C 10 G    71/00                   Behandelen door niet elders ondergebrachte methoden van koolwaterstofoliën of vette oliën voor smeerolietoepassingen [3,11]

C 10 G    71/02                   .    Indikken door voltoliseren (chemisch modificeren van drogende oliën door voltolisering C09F 7/04) [3]

 

C 10 G    73/00                   Terugwinnen of raffineren van minerale was, bijv. montaanwas (samenstellingen op basis van voornamelijk was C08L 91/00) [3]

C 10 G    73/02                   .    Terugwinnen van petroleumwas uit koolwaterstofoliën; Verwijderen van was uit koolwaterstofoliën [3]

C 10 G    73/04                   .    .    met behulp van filterhulpmiddelen [3]

C 10 G    73/06                   .    .    met behulp van oplosmiddelen [3]

C 10 G    73/08                   .    .    .    Organische verbindingen [3]

C 10 G    73/10                   .    .    .    .    Koolwaterstoffen [3]

C 10 G    73/12                   .    .    .    .    Zuurstofhoudende verbindingen [3]

C 10 G    73/14                   .    .    .    .    Halogeenhoudende verbindingen [3]

C 10 G    73/16                   .    .    .    .    Stikstofhoudende verbindingen [3]

C 10 G    73/18                   .    .    .    .    met zwavel, seleen of telluur [3]

C 10 G    73/20                   .    .    .    .    met fosfor [3]

C 10 G    73/22                   .    .    .    .    Mengsels van organische verbindingen [3]

C 10 G    73/23                   .    .    .    Terugwinnen van gebruikte oplosmiddelen [6]

C 10 G    73/24                   .    .    door het vormen van adducten [3]

C 10 G    73/26                   .    .    door floteren [3]

C 10 G    73/28                   .    .    door centrifugaalkracht [3]

C 10 G    73/30                   .    .    met elektrische middelen [3]

C 10 G    73/32                   .    .    Methoden voor het koelen tijdens het verwijderen van de was [3]

C 10 G    73/34                   .    .    Regelen [3,11]

C 10 G    73/36                   .    Terugwinnen van petroleumwas uit andere samenstellingen die kleine hoeveelheden olie bevatten, uit concentraten of uit resten; Verwijderen van olie of uitzweten [3]

C 10 G    73/38                   .    Chemisch modificeren van petroleumwas [3]

C 10 G    73/40                   .    Fysisch behandelen van was of gemodificeerde was, bijv. granuleren, dispergeren, emulgeren of bestralen [3]

C 10 G    73/42                   .    Raffineren van petroleumwas [3]

C 10 G    73/44                   .    .    in aanwezigheid van waterstof of waterstof-vrijmakende verbindingen [3]

 

C 10 G    75/00                   Tegengaan van corrosie of vervuiling in apparatuur voor het behandelen of omzetten van koolwaterstofoliën in het algemeen (C10G 7/10 en C10G 9/16 hebben voorrang) [6,11]

C 10 G    75/02                   .    door het toevoegen van corrosie-werende stoffen [6]

C 10 G    75/04                   .    door het toevoegen van vuilafstotende middelen [6]

 

C 10 G    99/00                   Onderwerpen voorzover niet vallend onder andere groepen in deze subklasse [8]