(regelen van elektrodynamische remsystemen B60L 7\5; gezamenlijke regeling van remmen en andere aandrijfeenheden van voertuigen B60W); OPSTELLING VAN REMELEMENTEN OP VOERTUIGEN IN HET ALGEMEEN; DRAAGBARE INRICHTINGEN VOOR HET VOORKOMEN VAN ONGEWENSTE BEWEGING VAN VOERTUIGEN; VOERTUIGAANPASSINGEN VOOR HET KUNNEN KOELEN VAN DE REMMEN [8,9]
Aantekening
In deze subklasse wordt de volgende term gebruikt met de aangegeven betekenis: - “rembesturingssystemen” omvat rembesturingssystemen voor voertuigen of met een algemene toepasbaarheid.
B60T 1/00
Voorzieningen van remelementen, d.w.z. van de delen waarbij een remeffect optreedt
B60T 1/02
werkend door het vertragen van wielen
B60T 1/04
direct werkend op het loopvlak
B60T 1/06
werkend op iets anders dan het loopvlak, bijv. op een velg, trommel, schijf of overbrenging
B60T 1/08
gebruikmakend van een fluïdum of een poedervormig medium
B60T 1/087
in hydrodynamische vertragers, d.w.z. vertragers zonder verdringing [3]
B60T 1/093
in hydrostatische vertragers, d.w.z. vertragers met verdringing [3]
B60T 1/10
door het benutten van de wielbeweging voor het opslaan van energie, bijv. voor het aandrijven van luchtcompressoren (zie bij gebruik van de voortstuwingseenheid als remmiddel de relevante klasse)
B60T 1/12
anders werkend dan door het vertragen van wielen, bijv. door een straalwerking
B60T 1/14
direct op de weg (draagbare inrichtingen, bijv. wielblokken, B60T 3\5)
B60T 1/16
door het verhogen van luchtweerstand, bijv. flappen
B60T 3/00
Draagbare inrichtingen voor het voorkomen van ongewenste voertuigbewegingen, bijv. wielblokken
B60T 5/00
Voertuigmodificaties voor het kunnen koelen van remmen
B60T 7/00
Middelen voor het op gang brengen van een remwerking
B60T 7/02
voor het door spierkracht op gang brengen
B60T 7/04
met de voet in werking gesteld
B60T 7/06
Plaatsing van pedalen
B60T 7/08
met de hand in werking gesteld
B60T 7/10
Plaatsing van handregelingen
B60T 7/12
voor het automatisch op gang brengen; voor het op gang brengen onafhankelijk van de wil van de bestuurder of passagier
B60T 7/14
werkend bij uitschakeling van de bestuurder [9]
B60T 7/16
werkend door afstandsbediening, d.w.z. waarbij de opstartmiddelen niet op het voertuig zijn gemonteerd
B60T 7/18
bediend door apparatuur langs de weg
B60T 7/20
speciaal aangepast voor aanhangwagens, bijv. in geval van het ontkoppelen van een aanhanger (door zwaartekracht in werking gestelde oploopremmen B60T 13\5)
B60T 7/22
werkend door contact van een voertuig, bijv. van de bumper, met een ander object, bijv. een ander voertuig [4]
B60T 8/00
Voorzieningen voor het verstellen van de wielremkracht voor het tegemoetkomen aan variabele voertuigcondities of wegdekcondities, bijv. voor het beperken of variëren van de remkrachtspreiding (door veranderen van het aantal effectieve remcilinders in servoremsystemen B60T 17\5)
Aantekening
Bij het klasseren in de groep B60T 8\5 wordt tevens geklasseerd op de toepasselijke plaatsen in de groepen B60T 8\5, B60T 8\5, B60T 8\5 of B60T 8\5, voorzover andere aspecten dan de elektronische regeling van belang zijn. [8]
B60T 8/17
Gebruik van elektrische of elektronische regelmiddelen voor het regelen van de remwerking [8]
B60T 8/171
Detecteren van parameters die worden gebruikt voor de regeling ; Meten van waarden die worden gebruikt voor de regeling [8]
B60T 8/172
Bepalen van controleparameters die worden gebruikt voor de regeling, bijv. bij berekeningen waarbij gebruik wordt gemaakt van gemeten of gedetecteerde parameters [8]
B60T 8/173
Elimineren of verminderen van het effect van ongewenste signalen, bijv. ten gevolge van trillingen of elektrische ruis [8]
B60T 8/174
gekenmerkt door het gebruik van speciale regellogica, bijv. fuzzy logica [8]
B60T 8/175
Speciaal aangepaste remregeling ter voorkoming van uitzonderlijke wielspin tijdens voertuigversnelling, bijv. ten behoeve van tractieregeling [8,9]
B60T 8/1755
Speciaal aangepaste remregeling voor het regelen van de voertuigstabiliteit, bijv. waarbij rekening wordt gehouden met de uitzwaaiverhouding of de dwarsversnelling in een bocht (aandrijfregelsystemen voor wegvoertuigen voor het controleren van de rijstabiliteit anders dan bij het regelen van een bijzondere subeenheid B60W 30\5) [8]
B60T 8/176
Speciaal aangepaste remregeling ter voorkoming van uitzonderlijke wielslip tijdens voertuigvertraging, bijv. ABS B60R 8\5 heeft voorrang) [8]
B60T 8/1761
reagerend op wieldynamica of remdynamica, bijv. wielslip, wielversnelling of de mate van verandering van de remvloeistofdruk [8]
B60T 8/1763
regaerend op de wrijvingscoëfficiënt tussen de wielen en het wegdek B60R 8\5 heeft voorrang) [8]
B60T 8/1764
Regelen tijdens het rijden op een oppervlak met verschillende wrijvingscoëfficiënten, bijv. tussen de linker- en de rechterzijde of mu-split [8]
B60T 8/1766
Evenredig spreiden van remkrachten met betrekking tot wielasbelasting, bijv. van de voorzijde naar de achterzijde van het voertuig [8]
B60T 8/1769
speciaal aangepast voor voertuigen met meer dan één aandrijfas, bijv. vierwiel-aangedreven voertuigen [8]
B60T 8/18
reagerend op het voertuiggewicht of de voertuigbelasting, bijv. de spreiding van de belasting B60T 8\5 heeft voorrang; reagerend op het gewicht en een snelheidsconditie B60T 8\5) [4]
B60T 8/20
met een stapsgewijze regelwerking
B60T 8/22
met een continue regelwerking
B60T 8/24
reagerend op het overhellen of veranderen van de rijrichting van een voertuig, bijv. in bochten
B60T 8/26
gekenmerkt door het verschillend afremmen van voorwielen en achterwielen
B60T 8/28
reagerend op vertraging [4]
B60T 8/30
reagerend op belasting [4]
B60T 8/32
reagerend op een snelheidsconditie, bijv. versnelling of vertraging B60T 8\5 heeft voorrang) [4,9]
B60T 8/34
met een fluïdumdrukregelaar die reageert op een snelheidsconditie [4]
B60T 8/36
met een regelklep die reageert op een elektromagnetische kracht [4]
B60T 8/38
met klepmiddelen die kunnen worden teruggetrokken of die door de bestuurder kunnen worden bediend [4]
B60T 8/40
met een extra fluïdumcircuit met fluïdumdrukmiddelen voor het modificeren van de druk van het remfluïdum, bijv. met door een wiel aangedreven pompen voor het detecteren van een snelheidsconditie, of met pompen die worden geregeld door middelen los van het remsysteem [4]
B60T 8/42
met expansiekamers voor het regelen van de druk [4]
B60T 8/44
samenwerkend met een door een energiebron gesteunde versterkingsmiddelen in samenhang met een commandocilinder voor het regelen van het opheffen en weer tot stand brengen van de remdruk door een wisselwerking met de door een energiebron gesteunde inrichting [4]
B60T 8/46
waarbij de druk wordt verlaagd door het wegleiden van fluïdum [4]
B60T 8/48
waarbij de bedieningsinrichting voor de rem wordt verbonden met een afwisselende of extra bron voor fluïdumdruk [4]
B60T 8/50
met middelen voor het regelen van de mate waarin opnieuw druk wordt uitgeoefend op de rem [4]
B60T 8/52
Detecteren van torsie, d.w.z. waarbij de remwerking wordt geregeld door krachten die zorgen of de neiging hebben te zorgen voor een draaibeweging of een rotatiebeweging op een afgeremd rotatielichaam [4]
B60T 8/54
door mechanische middelen [4]
B60T 8/56
met middelen voor het veranderen van de wrijvingscoëfficiënt [4]
B60T 8/58
reagerend op snelheid en een andere conditie of op meerdere snelheidscondities [4]
Aantekening
In deze groep wordt één toestand die zelf reageert op, of staat voor, een andere op zich staande conditie niet beschouwd als meerdere condities. [4]
B60T 8/60
gebruikmakend van een elektrisch circuit voor het regelen van de remwerking, waarbij het circuit een regelfunctie afleidt met betrekking tot de dynamiek van het afgeremde voertuig of wiel [4]
B60T 8/62
waarin de afzonderlijke voertuigwielen zijn voorzien van (i) zelfstandig aangedreven remsystemen die de afzonderlijke wielen bedient in overeenstemming met de dynamische toestand ervan of (ii) een centrale verwerkingseenheid (CPU) die invoer krijgt van afzonderlijke wielen of wielgroepen en die meerdere regelsignalen produceert voor het apart bedienen van afzonderlijke wielen of wielgroepen [4]
B60T 8/64
waarin de geregelde remwerking wordt gekenmerkt door de wijze waarop de druk van het remfluïdum wordt verkleind en opnieuw wordt uitgeoefend [4]
B60T 8/66
waarin de remwerking reageert op het verschil tussen een berekende of andere theoretische voertuigsnelheid en een werkelijke snelheid van een wiel daarvan [4]
B60T 8/68
waarin de remwerking wordt geregeld door een verschil tussen de mate van verandering van de voertuigsnelheid en de mate van verandering van de wielsnelheid [4]
B60T 8/70
waarbij zowel versnelling als vertraging van ofwel het voertuig ofwel het wiel wordt afgetast [4]
B60T 8/72
reagerend op het verschil tussen een snelheidsconditie, bijv. vertraging, en een vaste referentie B60T 8\5 heeft voorrang) [4]
B60T 8/74
waarbij een mate van snelheidsverandering wordt afgetast [4]
B60T 8/76
waarbij twee of meer aftastmiddelen voor verschillende wielen een indicatie geven voor dezelfde soort snelheidsconditie [4]
B60T 8/78
gebruikmakend van een elektrisch circuit voor het regelen van de remwerking, waarbij het circuit een regelfunctie afleidt met betrekking tot de dynamiek van het afgeremde voertuig of wiel [4]
B60T 8/80
Middelen voor het aftasten van een mate van snelheidsverandering [4]
B60T 8/82
waarbij twee of meer aftastmiddelen van verschillende wielen een indicatie geven voor dezelfde soort snelheidsconditie [4]
B60T 8/84
waarbij twee wielen of wielgroepen worden geregeld in afhankelijkheid van het gedrag van een referentiewiel of referentiewielgroep, met middelen voor het veranderen van het referentiewiel, bijv. met een “hoog/laag-selectie” [4]
B60T 8/86
waarin de remmen automatisch werken in overeenstemming met een snelheidsconditie en met middelen voor het overheersen van de automatische reminrichting bij slippen [4]
B60T 8/88
met middelen die reageren op storing, d.w.z. middelen voor het detecteren en weergeven van een defecte werking van de op snelheid reagerende regelmiddelen [4]
B60T 8/90
gebruikmakend van een nagebootst snelheidssignaal voor het testen van de op snelheid reagerende regelmiddelen [4]
B60T 8/92
automatisch corrigerend [4]
B60T 8/94
op een fluïdumdrukregelaar [4]
B60T 8/96
op snelheid reagerende regelmiddelen [4]
B60T 10/00
Besturen of regelen voor het continu afremmen waarbij gebruik wordt gemaakt van een fluïdum of een poedervormig medium, bijv. voor gebruik tijdens het afdalen van een lange helling [4]
B60T 10/02
met een hydrodynamische rem [4]
B60T 10/04
met een hydrostatische rem [4]
B60T 11/00
Overbrengen van de remwerking van opstartmiddelen naar de uiteindelijke rembedieningsinrichting, zonder extra energie of energie-aandrijving, of waarbij dit niet relevant is [5,9]
B60T 11/04
met mechanische overbrenging [5]
B60T 11/06
Compensatievoorzieningen [5]
B60T 11/08
met een variabele hefboomwerking [5]
B60T 11/10
met overbrenging door fluïdummiddelen, bijv. hydraulisch [5]
B60T 11/14
waarbij de overgebrachte kracht in hoofdzaak onveranderd blijft [5]
B60T 11/16
Commandobesturing, bijv. commandocilinders [5,9]
B60T 11/18
Verbinden daarvan met opstartmiddelen [5]
B60T 11/20
Eenheden van commandocilinders in een tandemopstelling, zij-aan-zij opstelling of andere meervoudige opstelling [5]
B60T 11/21
met twee pedalen die werken op respectievelijke circuits, waarbij de drukken daarin worden vereffend als beide pedalen samen worden bediend, bijv. voor het sturen) [5,9]
B60T 11/22
gekenmerkt door het deel uitmaken van het reservoir [5]
B60T 11/224
met middelen voor het variëren van de druk, bijv. met een tweetrapsbediening door het gebruik van verschillende zuigerdiameters met een continue variatie van de ene diameter naar een andere [5]
B60T 11/228
Voorzieningen voor het in stand houden van de druk, bijv. voor het bijvullen van de commandocilinderkamer met fluïdum uit een reservoir B60T 11\5 heeft voorrang) [5]
B60T 11/232
Recuperatiekleppen [5]
B60T 11/236
Zuigerafdichtingsvoorzieningen [5]
B60T 11/24
Losse opstartmiddelen die werken op meer dan één circuit, bijv. dubbele circuits (meervoudige commandocilindereenheden B60T 11\5) [5]
B60T 11/26
Reservoirs (een geheel vormend met commandoregelingen B60T 11\5) [5]
B60T 11/28
Speciaal aangepaste kleppen daarvoor (recuperatiekleppen B60T 11\5) [5]
B60T 11/30
Ontluchtingskleppen voor hydraulische remsystemen [5]
B60T 11/32
Automatische afsluiters voor beschadigde leidingen [5]
B60T 11/34
Druk-verlagende of druk-beperkende kleppen [5]
B60T 13/00
Overbrengen van de remwerking van opstartmiddelen naar de uiteindelijke rembedieningsinrichting, met extra energie of energie-aandrijving; Remsystemen met dergelijke overbrengingsmiddelen, bijv. luchtdrukremsystemen [9]
B60T 13/02
met mechanisch ondersteuning of aandrijving
B60T 13/04
met een veer of gewicht (door een fluïdum ontlast B60T 13\5)
B60T 13/06
door zwaartekracht, bijv. een vliegwiel
B60T 13/08
Oploopremmen [9]
B60T 13/10
met fluïdumondersteuning, fluïdumaandrijving of fluïdumontlasting
B60T 13/12
met een vloeistof als fluïdum
B60T 13/122
Systemen waarbij gebruik wordt gemaakt van zowel een commandocilinder als een verdeelklep; Structurele stelsels van commandocilinders met verdeelkleppen [6]
B60T 13/125
Systemen waarbij gebruik wordt gemaakt van een remdrukverdeelklep zonder commandocilinder [6]
B60T 13/128
Systemen waarbij gebruik wordt gemaakt een versterker die hydraulisch gecombineerd is met een commandocilinder [6]
B60T 13/13
met een extra directe hydraulische uitvoer van de versterker naar het remcircuit [6]
B60T 13/132
Systemen waarbij gebruik wordt gemaakt van een versterker met mechanische uitvoer, bijv. naar de commandocilinder [6]
B60T 13/135
Versterkers die worden gekenmerkt door een stuurklep in de versterkerzuiger [6]
B60T 13/138
Druktoevoervoorzieningen [6]
B60T 13/14
gebruikmakend van accumulatoren of reservoirs [6]
B60T 13/16
direct gebruikmakend van pompen, d.w.z. zonder tussenkomst van accumulatoren of reservoirs [6]
B60T 13/18
waarbij de pompuitvoerafgifte wordt geregeld [6]
B60T 13/20
waarbij de pompaandrijfmiddelen worden geregeld [6]
B60T 13/22
Remmen met veren of gewichten, die hydraulisch worden ontlast
B60T 13/24
met een gasvormig fluïdum
B60T 13/26
Compressieluchtsystemen
B60T 13/36
direct, d.w.z. waarbij de remmen direct werken door gecomprimeerde lucht
B60T 13/38
Remmen met veren of gewichten, die door gecomprimeerde lucht worden ontlast
B60T 13/40
indirect, d.w.z. versterkereenheden voor compressielucht
B60T 13/44
met versterkereenheden met twee kamers
B60T 13/45
met meervoudige versterkereenheden, bijv. in een tandemopstelling [5]
B60T 13/46
Vacuümsystemen
B60T 13/48
direct, d.w.z. waarbij de remmen direct werken door een vacuüm
B60T 13/50
Remmen met veren of gewichten, die door een vacuüm worden ontlast
B60T 13/52
indirect, d.w.z. vacuümversterkereenheden
B60T 13/56
met versterkereenheden met twee kamers
B60T 13/563
met meervoudige versterkereenheden, bijv. in een tandemopstelling [5]
B60T 13/565
gekenmerkt door de samenhang met commandocilinders, bijv. als één geheel [5]
B60T 13/567
gekenmerkt door constructieve aspecten van de behuizing of door de voorzieningen voor het wapenen of bevestigen daarvan [5]
B60T 13/569
gekenmerkt door zuigerdetails, bijv. de constructie of bevestiging, of het diafragma [5]
B60T 13/57
gekenmerkt door constructieve aspecten van regelkleppen [5]
B60T 13/573
gekenmerkt door reactie-inrichtingen [5]
B60T 13/575
gebruikmakend van verende schijven of kussens [5]
B60T 13/577
gebruikmakend van hefbomen [5]
B60T 13/58
Gecombineerde of omvormbare systemen
B60T 13/60
met zowel fluïdumdruk als vacuüm
B60T 13/62
zowel rechtstreeks als automatisch
B60T 13/64
zowel los als meervoudig, bijv. los en in tandem-opstelling
B60T 13/66
Elektrisch regelen van remsystemen met fluïdumdruk
B60T 13/68
door elektrisch geregelde kleppen
B60T 13/70
door met een fluïdum geregelde schakelaars
B60T 13/72
in vacuümsystemen
B60T 13/74
met elektrische ondersteuning of aandrijving
B60T 15/00
Constructie, opstelling of bediening van kleppen die deel uitmaken van servoremsystemen voorzover niet vallend onder de groepen B60T 11\5 of B60T 13\5 (klepstructuren die reageren op een snelheidsconditie B60T 8\5) [4,9]
B60T 15/02
Loskleppen en ontlastkleppen
B60T 15/04
Machinistenkranen
B60T 15/06
Losse machinistenkranen voor drukremmen zonder automatische regeling
B60T 15/08
Machinistenkranen voor drukremmen met automatische regeling [9]
B60T 15/10
voor vacuümremmen
B60T 15/12
gecombineerd met terugstelkleppen en dergelijke
B60T 15/14
waarmee elektrische regelmiddelen worden beïnvloed
B60T 15/16
Voorzieningen voor het kunnen regelen van systemen vanuit twee of meer posities
B60T 15/18
Driewegkleppen of andere terugstelkleppen die een stap-voor-stap lossing of ontlasting mogelijk maken en die in werking worden gesteld door het variëren van de druk in de remleiding voor het verbinden van remcilinders en dergelijke met gecomprimeerde lucht, of met een vacuüm of de atmosfeer
B60T 15/20
geregeld door twee fluïdumdrukken
B60T 15/22
met één of meer hulpkleppen voor het remmen, ontlasten of vullen van reservoirs
B60T 15/24
geregeld door drie fluïdumdrukken
B60T 15/26
zonder een snelle remwerking
B60T 15/28
en met hulpkleppen
B60T 15/30
met een snelle remwerking
B60T 15/32
en met hulpkleppen
B60T 15/34
afwisselend geregeld door twee of drie fluïdumdrukken
B60T 15/36
Andere regelinrichtingen of regelkleppen met bepaalde functies
B60T 15/38
voor het snel opvangen en sterk remmen, bijv. met een hulpreservoir voor het opvangen van een snelheidsvermindering
B60T 15/40
met afzonderlijke opvangcilinders en loscilinders
B60T 15/42
met een snelle remwerking, d.w.z. met versnellingskleppen die in werking worden gesteld door het variëren van de druk in een remleiding
B60T 15/44
en onafhankelijk bediend van de hoofdregelinrichting
B60T 15/46
voor het vertragen van de remwerking voor het voorkomen van het inhalen van het voorgaande voertuig door achteropkomende voertuigen bij een voertuigenreeks
B60T 15/48
voor het vullen van reservoirs
B60T 15/50
met middelen voor het beperken of ontlasten van de druk in reservoirs
B60T 15/52
voor het snel ontlasten van remmen, bijv. voor het beïnvloeden van de tegendruk in driewegkleppen of voor het opnieuw laten circuleren van lucht van het reservoir of de remcilinder naar de remleiding
B60T 15/54
voor het regelen van de ontluchting van driewegkleppen of remcilinders
B60T 15/56
voor het vullen van reservoirs door middel van een tweede toevoerleiding
B60T 15/58
voor het toevoeren van regelimpulsen via een tweede luchtleiding
B60T 15/60
voor het ontlasten of lossen van remmen bij het ontkoppelen van de voertuigen van een voertuigenreeks
B60T 17/00
Onderdelen, details of accessoires van remsystemen voorzover niet vallend onder de groepen B60T 8\5, B60T 13\5 of B60T 15\5, of met andere kenmerkende aspecten [4,9]
B60T 17/02
Voorzieningen van pompen, compressoren of regelinrichtingen daarvoor
B60T 17/04
Opstelling van leidingwerk, kleppen in het leidingwerk, bijv. afsluiters, koppelingen of luchtslangen [4,9]
B60T 17/06
Toepassingen of voorzieningen van reservoirs
B60T 17/08
Andere remcilinders dan uiteindelijke bedieningsmiddelen [9]
B60T 17/10
Twee of meer cilinders die op dezelfde rem werken met middelen voor het selectief of opeenvolgend laten werken daarvan, waarbij het aantal effectieve cilinders variabel is
B60T 17/12
in overeenstemming met het voertuiggewicht
B60T 17/14
in overeenstemming met de voertuigsnelheid
B60T 17/16
Blokkeren van remcilinders
B60T 17/18
Veiligheidsinrichtingen; Bewaken
B60T 17/20
Veiligheidsinrichtingen die kunnen worden bediend door andere passagiers dan de bestuurder
B60T 17/22
Inrichtingen voor het bewaken of controleren van remsystemen; Signaalinrichtingen