(meten van een vloeistofniveau G01F; radionavigatie, bepalen van afstand of snelheid door gebruik van voortplantingseffecten, bijv. het Doppler-effect of de voortplantingstijd, van radiogolven, analoge voorzieningen waarbij gebruik wordt gemaakt van andere golven G01S) [8,9]
Aantekeningen
(1) In deze subklasse wordt de volgende term gebruikt met de aangegeven betekenis: - “navigatie” betekent het bepalen van de positie en koers van landvoertuigen, schepen, vliegtuigen en ruimtevaartuigen. (2) De aandacht wordt gevestigd op de Aantekeningen volgend op de titel van klasse G01.
G01C 1/00
Meten van hoeken [9]
G01C 1/02
Theodolieten
G01C 1/04
gecombineerd met camera's
G01C 1/06
Voorzieningen voor het aflezen van schalen
G01C 1/08
Sextanten
G01C 1/10
met een kunstmatige horizon G01C 1\5 heeft voorrang) [9]
G01C 1/12
met een gestabiliseerde spiegel [9]
G01C 1/14
Periscopische sextanten [9]
G01C 3/00
Meten van afstanden in de kijkrichting; Optische afstandmeters (banden, kettingen of wielen voor het meten van lengte G01B 3\5; actieve triangulatiesystemen, d.w.z. gebruikmakend van het zenden en terugkaatsen van andere elektromagnetische golven dan radiogolven G01S 17\5) [8,9]
G01C 3/02
Details
G01C 3/04
Aanpassing van afstandmeters voor combinatie met telescopen of verrekijkers [9]
G01C 3/06
Gebruik van elektrische middelen voor het verkrijgen van een definitieve aanduiding
G01C 3/08
Gebruik van elektrische stralingsdetectoren
G01C 3/10
gebruikmakend van een parallactische driehoek met variabele hoeken en een basis met een vaste lengte in het waarnemingsstation, bijv. in het instrument (actieve triangulatiesystemen, d.w.z. gebruikmakend van het zenden en terugkaatsen van andere elektromagnetische golven dan radiogolven G01S 17\5) [8]
G01C 3/12
met enkelvoudige waarneming bij één punt, bijv. met coïncidentie G01C 3\5 heeft voorrang)
G01C 3/14
met tweevoudige waarneming bij één punt, bijv. stereoscopisch G01C 3\5 heeft voorrang)
G01C 3/16
Meten van markeringen
G01C 3/18
met één waarnemingspunt aan elke uiteinde van de basis G01C 3\5 heeft voorrang)
G01C 3/20
met aanpassing aan de meting van de hoogte van een object
G01C 3/22
gebruikmakend van een parallactische driehoek met variabele hoeken en een basis met een vaste lengte bij, dichtbij of gevormd door het object [8,9]
G01C 3/24
gebruikmakend van een parallactische driehoek met vaste hoeken en een basis met een variabele lengte in het waarnemingsstation, bijv. in het instrument [8,9]
G01C 3/26
gebruikmakend van een parallactische driehoek met vaste hoeken en een basis met een variabele lengte bij, dichtbij of gevormd door het object [8,9]
G01C 3/28
met een voorziening voor het verkleinen van de afstand in het horizontale vlak
G01C 3/30
met aanpassing aan de meting van de hoogte van een object, bijv. tachymeters
G01C 3/32
door scherpstelling van het object, bijv. op een glazen scherm op de grond
G01C 5/00
Meten van hoogte; Meten van afstanden dwars op de kijkrichtingen; Horizontaalstelling tussen gescheiden punten; Waterpassen voor landmeters G01C 3\5 en G01C 3\5 hebben voorrang) [9]
G01C 5/02
waarbij sprake is van automatische stabilisatie van de kijkrichting [9]
G01C 5/04
Hydrostatisch horizontaal stellen, d.w.z. door flexibel met elkaar verbonden vloeistofcontainers op gescheiden punten
G01C 5/06
door gebruik te maken van barometrische middelen [9]
G01C 7/00
Volgen van profielen (door fotogrammetrie of videogrammetrie G01C 11\5) [8,9]
G01C 7/02
van landoppervlakken
G01C 7/04
waarbij sprake is van een voertuig dat langs het op te sporen profiel rijdt
G01C 7/06
van holten, bijv. tunnels (opmeten van boorputten E21B 47\5)
G01C 9/00
Meten van schuinstand, bijv. door hellingmeters of waterpassen
G01C 9/02
Details
G01C 9/04
Overbrengingsmiddelen tussen een tastelement en een uiteindelijk weergeefmiddel voor het geven van een vergrote aflezing
G01C 9/06
Elektrische of foto-elektrische weergeefmiddelen of afleesmiddelen
G01C 9/08
Middelen voor het compenseren voor versnellingskrachten ten gevolge van beweging van het instrument
G01C 9/10
door gebruik te maken van rollichamen
G01C 9/12
door gebruik te maken van één slinger (loodlijnen G01C 15\5)
G01C 9/14
beweegbaar in meer dan één richting
G01C 9/16
door gebruik te maken van meer dan één slinger
G01C 9/18
door gebruik te maken van vloeistoffen
G01C 9/20
waarbij de aanduiding is gebaseerd op de schuinstand van het oppervlak van een vloeistof ten opzichte van de houder daarvan
G01C 9/22
met onderling verbonden containers in vaste positie ten opzichte van elkaar
G01C 9/24
in een gesloten container die gedeeltelijk zijn gevuld met vloeistof zodanig dat er sprake is van een luchtbel
G01C 9/26
Details
G01C 9/28
Bevestigingen
G01C 9/30
Middelen voor het verstellen van de afmetingen van een bel
G01C 9/32
Middelen voor het kunnen bekijken van de positie van de bel, bijv. verlichtingsmiddelen
G01C 9/34
buisvormig, d.w.z. voor het aanduiden van het niveau in slechts één richting
G01C 9/36
bolvormig, d.w.z. voor het aanduiden van het niveau in alle richtingen
G01C 11/00
Fotogrammetrie of videogrammetrie, bijv. stereogrammetrie; Fotografische landmeting [8,9]
G01C 11/02
Speciaal aangepaste beeld-opneemvoorzieningen voor fotogrammetrie of fotografische landmeting, bijv. het regelen van beeldoverlapping
G01C 11/04
Interpreteren van beelden
G01C 11/06
door het vergelijken van twee of meer beelden van hetzelfde gebied
G01C 11/08
waarbij de beelden niet worden ondersteund in dezelfde relatieve positie als toen zij werden genomen
G01C 11/10
gebruikmakend van computers voor het regelen van de positie van de beelden [9]
G01C 11/12
waarbij de beelden worden ondersteund in dezelfde relatieve positie als toen zij werden genomen
G01C 11/14
met optische projectie G01C 11\5 heeft voorrang)
G01C 11/16
in een gemeenschappelijk vlak
G01C 11/18
waarbij sprake is van aftastmiddelen
G01C 11/20
in aparte vlakken
G01C 11/22
met mechanische projectie G01C 11\5 heeft voorrang)
G01C 11/24
met optisch-mechanische projectie G01C 11\5 heeft voorrang)
G01C 11/26
gebruikmakend van computers voor het regelen van de positie van de beelden [9]
G01C 11/28
Speciale aanpassingen voor het opnemen van beeldpuntgegevens, bijv. voor profielen
G01C 11/30
door triangulatie
G01C 11/32
Radiaaltriangulatie
G01C 11/34
Luchttriangulatie
G01C 11/36
Videogrammetrie, d.w.z. het elektronisch verwerken van videosignalen van diverse bronnen voor het verstrekken van informatie over een parallax of een bereik [8]
G01C 13/00
Speciaal aangepaste landmeting van open water, bijv. een zee, meer, rivier of kanaal (doseren van vloeistofniveau G01F) [9]
G01C 15/00
Landmeetinstrumenten of landmeetaccessoires die niet vallen onder de groepen G01C 1\5 tot G01C 13\5
G01C 15/02
Middelen voor het markeren van meetpunten
G01C 15/04
Blijvende markeringen; Grensmarkeringen
G01C 15/06
Meetpalen; Beweegbare markeringen
G01C 15/08
Peilstokken, peilmarkeringen en dergelijke boven grondmarkeringen
G01C 15/10
Peillood
G01C 15/12
Instrumenten voor het uitzetten van vaste hoeken, bijv. rechte hoeken
G01C 15/14
Kunstmatige horizonnen [9]
G01C 17/00
Kompassen; Inrichtingen voor het vaststellen van het werkelijke of het magnetische noorden ten behoeve van navigatie of landmeting (gebruikmakend van een gyroscopisch effect G01C 19\5) [9]
G01C 17/02
Magnetische kompassen
G01C 17/04
met magnetische elementen die het noorden zoeken, bijv. naalden
G01C 17/06
Ophanging van magnetische elementen
G01C 17/08
door flotatie
G01C 17/10
Vergelijken van een geobserveerde richting met de noord-aanwijzing
G01C 17/12
met richtmiddelen, bijv. voor landmeterskompassen
G01C 17/14
met referentiemarkeringen, bijv. voor scheepskompassen
G01C 17/16
met hellingmeters, bijv. voor het bepalen van de helling of aanslag van geologische lagen
G01C 17/18
Ondersteunen of ophangen van kompassen, bijv. cardanisch of door flotatie
G01C 17/20
Observeren van de kompasroos of kompasnaald
G01C 17/22
door projectie
G01C 17/24
Verlichting
G01C 17/26
gebruikmakend van elektrische stuursensoren voor overbrenging naar een uiteindelijk weergeefmiddel, bijv. een fotocel
G01C 17/28
Elektromagnetische kompassen (met magnetische elementen die het noorden zoeken en met elektrische stuursensoren G01C 17\5)
G01C 17/30
Aard-inductorkompassen
G01C 17/32
Elektronenkompassen
G01C 17/34
Zonnekompassen of ruimtekompassen
G01C 17/36
Volgmiddelen voor het op afstand aanduiden van aflezingen van een stuurkompas
G01C 17/38
Testen, ijken of compenseren van kompassen
G01C 19/00
Gyroscopen; Draaiingsgevoelige inrichtingen gebruikmakend van trilmassa's; Draaiingsgevoelige inrichtingen zonder bewegende massa's; Meten van hoeksnelheden gebruikmakend van gyroscopische effecten [7,12,13]
G01C 19/02
Roterende gyroscopen
G01C 19/04
Details
G01C 19/06
Rotoren
G01C 19/16
Ophangingen; Lagers [9]
G01C 19/20
in een fluïdum
G01C 19/22
met torsie
G01C 19/24
gebruikmakend van een magnetisch of elektrostatisch veld
G01C 19/26
Caging, d.w.z. vastzetten van bewegende delen, bijv. voor transport [9]
G01C 19/28
Stuursensoren, d.w.z. inrichtingen voor het opnemen van een aanduiding van de verplaatsing van de rotor-as
G01C 19/30
Opstelinrichtingen, d.w.z. inrichtingen voor het terugstellen van de rotor-as in een gewenste positie (voor een instrument dat de verticaal aanduidt G01C 19\5)
G01C 19/32
Speciaal aangepaste weergeefmiddelen of opneemmiddelen voor roterende gyroscopen [9]
G01C 19/34
voor het aanduiden van een richting in het horizontale vlak, bijv. richtingsgyroscopen
G01C 19/36
waarbij het noorden wordt gezocht met magnetische middelen, bijv. gyromagnetische kompassen
G01C 19/38
waarbij het noorden op andere wijze wordt gezocht dan met magnetische middelen, bijv. gyrokompassen waarbij gebruik wordt gemaakt van de aardrotatie
G01C 19/40
voor regeling door signalen van een stuurkompas, d.w.z. volgkompassen
G01C 19/42
voor het aanduiden van de mate van draaiing; voor het integreren van de mate van draaiing
G01C 19/44
voor het aanduiden van de verticaal
G01C 19/46
Opstelinrichtingen voor het terugstellen van de rotor-as in een gewenste positie
G01C 19/48
bediend door elektrische middelen G01C 19\5 heeft voorrang)
G01C 19/50
bediend door mechanische middelen G01C 19\5 heeft voorrang)
G01C 19/52
bediend door fluïdummiddelen G01C 19\5 heeft voorrang)
G01C 19/54
met een correctie voor versnellingskrachten ten gevolge van beweging van het instrument
G01C 19/56
Draaiingsgevoelige inrichtingen gebruikmakend van trilmassa's, bijv. vibratory hoeksnelheids- sensoren gebaseerd op Coriolus-krachten [12]
G01C 19/5607
gebruikmakend van trilstemvorken (dubbelzijdige stemvorken gebruikmakend van in één vlak liggende trilmassa's die aan beide kanten zijn opgehangen G01C 19\5) [12]
G01C 19/5614
Signaalverwerking [12]
G01C 19/5621
waarbij de inrichtingen een micromechanische structuur bevatten [12,17]
G01C 19/5628
Produceren; Afwerken; Monteren; Behuizingen [12]
G01C 19/5635
gebruikmakend van trildraden of trilsnaren [12]
G01C 19/5642
gebruikmakend van trilstaven of trilstralen [12]
G01C 19/5649
Signaalverwerking [12]
G01C 19/5656
waarbij de inrichtingen een micromechanische structuur bevatten [12,17]
G01C 19/5663
Produceren; Afwerken; Monteren; Behuizingen [12]
G01C 19/5667
gebruikmakend van de faseverschuiving van een trilknoop of een buik [12]
G01C 19/5677
van in hoofdzaak tweedimensionale vibratoren, bijv. ringvormige vibratoren [12]
G01C 19/5684
waarbij de inrichtingen een micromechanische structuur bevatten [12,17]
G01C 19/5691
van in hoofdzaak driedimensionale vibratoren, bijv. wijnglasvormige vibratoren [12]
G01C 19/5698
gebruikmakend van akoestische golven, bijv. gyroscopen met een akoestische oppervlaktegolf [12]
G01C 19/5705
gebruikmakend van massa's die een heen en weer gaande rotatiebeweging rond een as meekrijgen [12]
G01C 19/5712
waarbij de inrichtingen een micromechanische structuur bevatten [12,17]
G01C 19/5719
gebruikmakend van in één vlak liggende trilmassa's die een translatietrilling langs een as meekrijgen [12]
G01C 19/5726
Signaalverwerking [12]
G01C 19/5733
Structurele details of topologie [12]
G01C 19/574
waarbij de inrichtingen twee voelmassa's hebben met een anti-fasebeweging [12]
G01C 19/5747
waarbij elke voelmassa verbonden is met een aandrijfmassa, bijv. een aandrijfframe [12]
G01C 19/5755
waarbij de inrichtingen één enkele voelmassa hebben [12]
G01C 19/5762
waarbij de voelmassa verbonden is met een aandrijfmassa, bijv. een aandrijfframe [12]
G01C 19/5769
Produceren; Monteren; Behuizingen [12]
G01C 19/58
Draaiingsgevoelige inrichtingen zonder bewegende massa's [3]
G01C 19/60
Elektronische gyrometers of gyrometers met kernmagnetische resonantie [3,4,9]
G01C 19/62
met optisch pompen [3]
G01C 19/64
Gyrometers waarbij gebruik wordt gemaakt van het Sagnac-effect, d.w.z. met door rotatie geïnduceerde verschuivingen tussen tegengesteld draaiende elektromagnetische stralen [3]
G01C 19/66
Ringlasergyrometers [5,9]
G01C 19/68
Voorkomen van insluiting [5]
G01C 19/70
door mechanische middelen [5]
G01C 19/72
met tegengesteld draaiende lichtstralen in een passieve ring, bijv. vezellasergyrometers [5]
G01C 21/00
Navigatie; Navigatie-instrumenten voor zover niet vallend onder de groepen G01C 1\5 tot G01C 19\5 (meten van afstand die wordt afgelegd over de grond door een voertuig G01C 22\5; regelen van de positie, koers, hoogte of stand van voertuigen G05D 1\5; verkeersregelsystemen voor wegvoertuigen waarbij sprake is van het verzenden van navigatie-instructies naar het voertuig G08G 1\5) [8,9]
G01C 21/06
waarbij sprake is van het meten van een afdrijfhoek; waarbij sprake is van een correctie voor afdrijving
G01C 21/08
waarbij sprake is van het gebruik van het magnetisch veld van de aarde
G01C 21/10
door gebruik te maken van het meten van snelheid of versnelling G01C 21\5 en G01C 21\5 hebben voorrang) [7]
G01C 21/12
uitgevoerd aan boord van het te navigeren object; Gegist bestek
G01C 21/14
door het opnemen van de koers die is afgelegd door het object G01C 21\5 heeft voorrang)
G01C 21/16
door het integreren van versnelling of snelheid, d.w.z. traagheidsnavigatie
G01C 21/18
Gestabiliseerde platforms, bijv. door een gyroscoop
G01C 21/20
Instrumenten voor het uitvoeren van navigatieberekeningen G01C 21\5 en G01C 21\5 hebben voorrang) [7,9]
G01C 21/22
Plottertafels [9]
G01C 21/24
speciaal aangepast voor ruimtenavigatie
G01C 21/26
speciaal aangepast voor navigatie in een wegennetwerk [7]
G01C 21/28
met correlatie van gegevens uit meerdere navigatie-instrumenten [7]
G01C 21/30
Kaartvergelijking of contourvergelijking [7]
G01C 21/32
Structureren of formatteren van kaartgegevens [7]
G01C 21/34
Zoeken van routes; Geleiden langs routes [7]
G01C 21/36
Invoervoorzieningen en uitvoervoorzieningen voor computers in het voertuig [7]
G01C 22/00
Meten van de afstand die wordt afgelegd over de grond door voertuigen, personen, dieren of andere bewegende massieve lichamen, bijv. gebruikmakend van odometers of pedometers (stappentellers) [9]
G01C 22/02
door omzetting in elektrische golfvormen gevolgd door integratie, bijv. gebruikmakend van een tachymetergenerator
G01C 23/00
Gecombineerde instrumenten voor het aanduiden van meer dan één navigatiewaarde, bijv. voor een vliegtuig; Gecombineerde meetinrichtingen voor het meten van twee of meer bewegingsvariabelen, bijv. afstand, snelheid of versnelling
G01C 25/00
Maken, ijken, reinigen of repareren van instrumenten of inrichtingen die worden aangehaald in de andere groepen van deze subklasse (testen, ijken of compenseren van kompassen G01C 17\5) [8]