F28C - Niet onder een andere subklasse vallende warmte-uitwisselingsapparatuur, waarin de warmte-uitwisselingsmedia direct met elkaar in contact komen zonder chemische wisselwerking

(warmte-overdrachtsmaterialen, warmte-uitwisselingsmaterialen of warmte-opslagmaterialen C09K 5\5; fluïdumverwarmers met warmte-opwekkende middelen F24H; met een warmte-overdragend tussenmedium dat direct in contact komt met warmte-uitwisselingsmedia F28D 15\5 tot F28D 19\5; algemeen toepasbare details van warmte-uitwisselingsapparatuur F28F) [11]

  • F28C 1/00

    Druppelkoelers met direct contact, bijv. koeltorens (bouwconstructie E04H 5\5; ingesloten ruimten die worden gekoeld door druppelen F25; componenten van druppelkoelers F28F 25\5)

    • F28C 1/02

      met alleen tegenstroom

    • F28C 1/04

      met alleen kruisstroom

    • F28C 1/06

      met zowel tegenstroom als kruisstroom

    • F28C 1/08

      Voorzieningen voor het terugwinnen van warmte uit afgewerkte stoom

    • F28C 1/10

      Voorzieningen voor het onderdrukken van lawaai [5]

    • F28C 1/12

      Voorzieningen voor het voorkomen van verstopping door bevriezing [3]

    • F28C 1/14

      met tevens een warmte-uitwisseling zonder direct contact [3]

    • F28C 1/16

      Voorzieningen buiten de koeler voor het voorkomen van condensatie, neerslag of nevelvorming F28C 1\5 heeft voorrang) [3]

  • F28C 3/00

    Andere warmte-uitwisselingsapparatuur met direct contact

    • F28C 3/02

      waarbij de warmte-uitwisselingsmedia beide gassen of dampen zijn

    • F28C 3/04

      waarbij de warmte-uitwisselingsmedia beide vloeistoffen zijn

    • F28C 3/06

      waarbij de warmte-uitwisselingsmedia een vloeistof en een gas of damp zijn (temperators voor het koelen van stoom F22)

      • F28C 3/08

        met verandering van de aggregaatstoestand, bijv. absorptie, verdamping of condensatie (opwekken van stoom onder druk F22)

    • F28C 3/10

      waarbij tenminste één van de warmte-uitwisselingsmedia een vloeibare vaste stof is, bijv. een specifiek materiaal

      • F28C 3/12

        waarbij het warmte-uitwisselingsmedium een specifiek materiaal en een gas, damp of vloeistof is

        • F28C 3/14

          waarbij het specifieke materiaal beweegt door zwaartekracht, bijv. door een buis omlaag

        • F28C 3/16

          waarbij het specifieke materiaal een bed, bijv. gefluïdiseerd, vormt op trilzeven

        • F28C 3/18

          waarbij het specifieke materiaal zich in roterende trommels bevindt