H02K - Dynamo-elektrische machines

(dynamo-elektrische relais H01H 53\5; omzetten van een ingaand gelijkstroomvermogen of wisselstroomvermogen in een uitgaand pulserend vermogen H02M 9\5) [13,14]

Aantekeningen

(1) Deze subklasse dekt de structurele aanpassing van de dynamo-elektrische machines met het oog op hun regeling. [14] (2) Deze subklasse dekt niet het starten, regelen, elektronisch commuting, afremmen of op een andere wijze regelen van motoren, generatoren of dynamo-elektrische omvormers in het algemeen, wat valt onder subklasse H02P. (3) De aandacht wordt gevestigd op de Aantekeningen volgend op de titels van klasse B81 en subklasse B81B met betrekking tot “microstructurele inrichtingen” en “microstructurele systemen”. [7]

  • H02K 1/00

    Details van het magnetische circuit (magnetische circuits voor relais H01H 50\5) [13]

    • H02K 1/02

      gekenmerkt door het magnetische materiaal

    • H02K 1/04

      gekenmerkt door het materiaal dat wordt gebruikt voor het isoleren van het magnetische circuit of delen daarvan [13]

    • H02K 1/06

      gekenmerkt door de gedaante, vorm of constructie

      • H02K 1/08

        Uitspringende polen

        • H02K 1/10

          Hulppolen

      • H02K 1/12

        Stationaire delen van het magnetische circuit

        • H02K 1/14

          Statorkernen met uitspringende polen

        • H02K 1/16

          Statorkernen met sleuven voor wikkelingen

        • H02K 1/17

          Statorkernen met permanente magneten [5]

        • H02K 1/18

          Middelen voor het monteren of bevestigen van stationaire magnetische delen op of aan de statorstructuur

        • H02K 1/20

          met kanalen of leidingen voor doorstroming van een koelmedium

      • H02K 1/22

        Roterende delen van het magnetische circuit

        • H02K 1/24

          Rotorkernen met uitspringende polen

        • H02K 1/26

          Rotorkernen met sleuven voor wikkelingen

        • H02K 1/27

          Rotorkernen met permanente magneten [5]

        • H02K 1/28

          Middelen voor het bevestigen of vastzetten van roterende magnetische delen op of aan de rotorstructuur

          • H02K 1/30

            gebruikmakend van tussendelen, bijv. ankersterren [14]

        • H02K 1/32

          met kanalen of leidingen voor doorstroming van een koelmedium

      • H02K 1/34

        Heen en weer bewegende, oscillerende of trillende delen van het magnetische circuit

  • H02K 3/00

    Details van wikkelingen [13]

    • H02K 3/02

      Wikkelingen die worden gekenmerkt door het geleider-materiaal [13]

    • H02K 3/04

      Wikkelingen die worden gekenmerkt door de gedaante, vorm of constructie van de geleider, bijv. met staafgeleiders [14]

      • H02K 3/12

        aangebracht in sleuven

        • H02K 3/14

          met anders geplaatste geleiders, bijv. gevlochten geleiders [14]

        • H02K 3/16

          voor andere hulpdoeleinden, bijv. dempen of commuting [14]

      • H02K 3/18

        Wikkelingen voor uitspringende polen

        • H02K 3/20

          voor andere hulpdoeleinden, bijv. dempen of commuting [14]

      • H02K 3/22

        bestaande uit holle geleiders

      • H02K 3/24

        met kanalen of leidingen voor het koelmedium tussen de geleiders [14]

      • H02K 3/26

        bestaande uit gedrukte geleiders

      • H02K 3/28

        Layout van wikkelingen of van verbindingen tussen wikkelingen (wikkelingen voor het wisselen van pool H02K 17\5, H02K 17\5, H02K 19\5 of H02K 19\5)

    • H02K 3/30

      Wikkelingen die worden gekenmerkt door het isolatiemateriaal [13]

    • H02K 3/32

      Wikkelingen die worden gekenmerkt door de gedaante, vorm of constructie van de isolatie

      • H02K 3/34

        tussen geleiders of tussen geleider en kern, bijv. sleufisolatie [3]

      • H02K 3/38

        rondom wikkelkoppen, evenwichtsverbindingen of verbindingen daarheen

      • H02K 3/40

        voor hoogspanning, bijv. als bescherming tegen corona-ontladingen [14]

    • H02K 3/42

      Middelen voor het voorkomen of verminderen van wervelstroomverliezen in de wikkelkoppen, bijv. door afscherming [2]

    • H02K 3/44

      Beschermen tegen vocht of een chemische aanval; Speciaal aangepaste wikkelingen voor werking in een vloeistof of gas

    • H02K 3/46

      Bevestigen van wikkelingen op de statorstructuur of rotorstructuur

      • H02K 3/47

        Luchtspleetwikkelingen, d.w.z. ijzer-vrije wikkelingen [3]

      • H02K 3/48

        in sleuven

        • H02K 3/487

          Inrichtingen voor het afsluiten van een sleuf [3]

          • H02K 3/493

            magnetisch [3,14]

      • H02K 3/50

        Bevestigen van wikkelkoppen, evenwichtsverbindingen of verbindingen daarheen

        • H02K 3/51

          alleen toepasbaar bij rotoren [3]

      • H02K 3/52

        Bevestigen van wikkelingen met uitspringende polen of verbindingen daaraan

  • H02K 5/00

    Omhulsels; Behuizingen; Steunen [13]

    • H02K 5/02

      Omhulsels of behuizingen die worden gekenmerkt door het materiaal daarvan

    • H02K 5/04

      Omhulsels of behuizingen die worden gekenmerkt door de gedaante, vorm of constructie daarvan

      • H02K 5/06

        Omhulsels van gegoten metaal

      • H02K 5/08

        Isolerende omhulsels

      • H02K 5/10

        met voorzieningen als bescherming tegen binnendringing, bijv. van water of vingers [14]

      • H02K 5/12

        speciaal aangepast voor het werken in een vloeistof of gas (gecombineerd met een koelvoorziening H02K 9\5)

        • H02K 5/124

          Afdichten van drijfassen [3,14]

        • H02K 5/128

          gebruikmakend van moffen of schijven met luchtspleten [3,14]

        • H02K 5/132

          Onderdompelbare elektromotoren H02K 5\5 heeft voorrang) [3,13,14]

        • H02K 5/136

          explosieveilig [3]

      • H02K 5/14

        Middelen voor het ondersteunen of beschermen van borstels of borstelhouders [3]

      • H02K 5/15

        Bevestigingsvoorzieningen voor lager-schermen of eindplaten [3]

      • H02K 5/16

        Middelen voor het ondersteunen van lagers, bijv. isolatiesteunen of middelen voor het vastzetten van lagers in de lager-schermen (magnetische lagers H02K 7\5) [14]

        • H02K 5/167

          gebruikmakend van glijlagers of bolsegmentlagers [3]

        • H02K 5/173

          gebruikmakend van lagers met rolcontact, bijv. kogellagers [3,14]

      • H02K 5/18

        met ribben of vinnen voor het verbeteren van warmteoverdracht

      • H02K 5/20

        met kanalen of leidingen voor doorstroming van het koelmedium

      • H02K 5/22

        Extra delen van omhulsels voor zover niet vallend onder de groepen H02K 5\5 tot H02K 5\5, bijv. uitgevoerd voor de vorming van verbindingsdozen of contactdozen [14]

    • H02K 5/24

      speciaal aangepast voor het onderdrukken of verminderen van ruis of trillingen [14]

    • H02K 5/26

      Middelen voor het verstellen van omhulsels ten opzichte van hun ondersteuningen [14]

  • H02K 7/00

    Voorzieningen voor het hanteren van mechanische energie die structureel samenhangen met dynamo-elektrische machines, bijv. structurele samenhang met mechanische aandrijfmotoren of dynamo-elektrische hulpmachines [14]

    • H02K 7/02

      Extra massa voor het verhogen van de traagheid, bijv. vliegwielen [14]

    • H02K 7/04

      Balanscircuits

    • H02K 7/06

      Middelen voor het omzetten van een heen en weer gaande beweging in een roterende beweging of omgekeerd [14]

      • H02K 7/065

        Elektromechanische oscillatoren; Magnetische trilaandrijvingen [3,13]

      • H02K 7/07

        gebruikmakend van pallen met palraderen [3,14]

      • H02K 7/075

        gebruikmakend van krukassen of excentrieken [3,14]

    • H02K 7/08

      Structurele samenhang met lagers [13]

      • H02K 7/09

        met magnetische lagers [3]

    • H02K 7/10

      Structurele samenhang met aandrijfkoppelingen, remmen, drijfwerken, snaarschijven of mechanische starters

      • H02K 7/102

        met frictieremmen

      • H02K 7/104

        met wervelstroomremmen

      • H02K 7/106

        met dynamo-elektrische remmen

      • H02K 7/108

        met frictiekoppelingen

      • H02K 7/11

        met dynamo-elektrische aandrijfkoppelingen

      • H02K 7/112

        met frictiekoppelingen in combinatie met remmen [14]

      • H02K 7/114

        met dynamo-elektrische aandrijfkoppelingen in combinatie met remmen [14]

      • H02K 7/116

        met tandwielen

      • H02K 7/118

        met startinrichtingen [14]

      • H02K 7/12

        met een beperkte hulpbeweging van stators, rotoren of kerndelen, bijv. axiaal beweegbare rotoren voor het koppelen of remmen [14]

    • H02K 7/14

      Structurele samenhang met mechanische belastingen, bijv. in de hand gehouden machinegereedschap of waaiers (met een waaier of schoepenrad voor het koelen van de machine H02K 9\5) [13,14]

      • H02K 7/16

        voor werking boven de kritische trilsnelheid van de roterende delen [14]

    • H02K 7/18

      Structurele samenhang van elektrische generatoren met mechanische aandrijfmotoren, bijv. met turbines [13]

    • H02K 7/20

      Structurele samenhang met dynamo-elektrische hulpmachines, bijv. met elektrische startmotoren of bekrachtigers [13[

  • H02K 9/00

    Voorzieningen voor het koelen of ventileren (kanalen of leidingen in delen van het magnetische circuit H02K 1\5 of H02K 1\5; kanalen of leidingen in of tussen geleiders H02K 3\5 of H02K 3\5) [14]

    • H02K 9/02

      waarbij omgevingslucht door de machine stroomt

      • H02K 9/04

        met middelen voor het opwekken van een stroming van het koelmedium [14]

        • H02K 9/06

          waarbij waaiers of schoepenraderen wordt aangedreven door de machinedrijfas [14]

    • H02K 9/08

      waarbij een gasvormig koelmedium geheel in het machine-omhulsel circuleert H02K 9\5 heeft voorrang)

    • H02K 9/10

      waarbij een gasvormig koelmedium in een gesloten circuit stroomt, waarvan een deel zich buiten het machine-omhulsel bevindt

      • H02K 9/12

        waarin het koelmedium vrij in de omhulsel circuleert

    • H02K 9/14

      waarbij een gasvormig koelmedium tussen het machine-omhulsel en een omringende mantel circuleert

      • H02K 9/16

        waarin het koelmedium door leidingen of buizen in de omhulsel circuleert

      • H02K 9/18

        waarin het uitwendige deel van het gesloten circuit een warmtewisselaar bevat die structureel samenhangt met het machine-omhulsel

    • H02K 9/19

      voor machines met een gesloten omhulsel en een gesloten koelcircuit waarbij gebruik wordt gemaakt van een vloeibaar koelmedium, bijv. olie [14]

      • H02K 9/193

        met een voorziening voor het bijvullen van het koelmedium; met middelen voor het voorkomen van lekkage van het koelmedium

      • H02K 9/197

        waarin de rotorruimte of statorruimte fluïdumdicht is, bijv. voor het kunnen gebruiken van verschillende koelmedia voor rotor en stator

      • H02K 9/20

        waarin het koelmedium verdampt in het machine-omhulsel

    • H02K 9/22

      door een massief warmtegeleidend materiaal dat is ingebed in, of contact maakt met, de stator of rotor, bijv. warmtebruggen [14]

    • H02K 9/24

      Beschermen tegen storingen in koelvoorzieningen, bijv. ten gevolge van verlies van koelmedium of ten gevolge van onderbreking van de circulatie van koelmedium [13]

    • H02K 9/26

      Structurele samenhang met machines met inrichtingen voor het reinigen of drogen van koelmedium, bijv. met filters [14]

    • H02K 9/28

      Koelen van commutatoren, sleepringen of borstels, bijv. door ventileren [13]

  • H02K 11/00

    Structurele samenhang van dynamo-elektrische machines met elektrische componenten of met inrichtingen voor afscherming, bewaking of bescherming (behuizingen, kasten of steunen H02K 5\5) [14,16]

    • H02K 11/01

      voor het afschermen tegen elektromagnetische velden (middelen voor het voorkomen of verminderen van wervelstroomverliezen in de wikkelkoppen door afscherming H02K 3\5) [16]

    • H02K 11/02

      voor het onderdrukken van elektromagnetische interferentie [6,16]

      • H02K 11/026

        Onderdrukkers in samenhang met borstels, borstelhouders of hun ondersteuning [16]

      • H02K 11/028

        Onderdrukkers in samenhang met de rotor [16]

    • H02K 11/04

      voor het gelijkrichten [6]

      • H02K 11/042

        Gelijkrichters in samenhang met roterende delen, bijv. rotorkernen of rotorassen [16]

      • H02K 11/049

        Gelijkrichters in samenhang met stationaire delen, bijv. statorkernen [16]

        • H02K 11/05

          Gelijkrichters in samenhang metbehuizingen, kasten of beugels [16]

    • H02K 11/20

      voor het meten, bewaken, testen, beschermen of schakelen (gelijkrichters H02K 11\5 ; vermogenselektronica H02K 11\5) [16]

      • H02K 11/21

        Inrichtingen voor het detecteren van snelheid of positie, of die daardoor worden bediend (speciaal aangepast voor machines met niet-mechanische commutating inrichtingen H02K29/06 of H02K 29\5) [16]

        • H02K 11/215

          Inrichtingen met een magnetisch effect, bijv. Hall-effect elementen of magnetorestrictieve elementen [16]

        • H02K 11/22

          Optische inrichtingen [16]

        • H02K 11/225

          Detectiespoelen [16]

        • H02K 11/23

          Mechanisch-bediende centrifugaalschakelaars [16]

      • H02K 11/24

        Inrichtingen voor het detecteren van torsie, of die daardoor worden bediend H02K 11\5 heeft voorrang) [16]

      • H02K 11/25

        Inrichtingen voor het detecteren van temperatuur, of die daardoor worden bediend [16]

      • H02K 11/26

        Inrichtingen voor het detecteren van spanning, of die daardoor worden bediend, bijv. beveiligingsinrichtingen tegen overspanning [16]

      • H02K 11/27

        Inrichtingen voor het detecteren van stroom, of die daardoor worden bediend (beveiliging tegen te hoge stroom die reageert op de temperatuur van machines of delen daarvan, bijv. wikkelingen H02K 11\5) [16]

      • H02K 11/28

        Handschakelaars [16]

    • H02K 11/30

      Structurele samenhang met regelcircuits of aandrijfcircuits [16]

      • H02K 11/33

        Aandrijfcircuits, bijv. vermogenselektronica H02K 11\5 heeft voorrang) [16]

      • H02K 11/35

        Inrichtingen voor het opnemen of doorzenden van machineparameters, bijv. geheugenchips of radiozenders [16]

      • H02K 11/38

        Regelcircuits of aandrijfcircuits in samenhang met collectormotoren met een wormwiel [16]

    • H02K 11/40

      Structurele samenhang met aardingsinrichtingen [16]

  • H02K 13/00

    Structurele samenhang van stroomcollectoren met motoren of generatoren, bijv. borstelmontageplaten of verbindingen met wikkelingen (ondersteunen of beschermen van borstels of borstelhouders in omhulsels of omhullingen van motoren H02K 5\5); Plaatsing van stroomcollectoren in motoren of generatoren; Voorzieningen voor het verbeteren van de commutatie

    • H02K 13/02

      Verbindingen tussen sleepringen en wikkelingen [14]

    • H02K 13/04

      Verbindingen tussen collectorlamellen en wikkelingen [14]

      • H02K 13/06

        Weerstand-biedende koppelingen, bijv. door smoorspoelen met hoge weerstand of door transistors [14]

      • H02K 13/08

        Lamellen die worden gevormd door uitstekende delen van de wikkeling [14]

    • H02K 13/10

      Speciaal aangepaste voorzieningen van borstels of collectoren voor het verbeteren van de commutation [14]

    • H02K 13/12

      Voorzieningen voor het produceren van een axiale heen en weer beweging van de rotor en het daarmee samenhangende stroomcollectordeel, bijv. voor het polijsten van collectoroppervlakken [14]

    • H02K 13/14

      Circuitvoorzieningen voor het verbeteren van de commutatie, bijv. door gebruik van alzijdig geleidende elementen [14]

  • H02K 15/00

    Speciaal aangepaste methoden of apparatuur voor het maken, opbouwen, onderhouden of repareren van dynamo-elektrische machines [13]

    • H02K 15/02

      van statorlichamen of rotorlichamen

      • H02K 15/03

        met permanente magneten [5]

    • H02K 15/04

      van wikkelingen, voorafgaand aan het bevestigen daarvan in machines (isoleren van wikkelingen H02K 15\5 of H02K 15\5) [13,14]

    • H02K 15/06

      Inbedden van geprefabriceerde wikkelingen in machines [14]

    • H02K 15/08

      Vormen van wikkelingen door het in of rondom kerndelen leggen van geleiders [14]

      • H02K 15/085

        door het in statoren met sleuven leggen van geleiders

      • H02K 15/09

        door het in rotoren met sleuven leggen van geleiders

      • H02K 15/095

        door het rondom uitspringende polen leggen van geleiders

    • H02K 15/10

      Aanbrengen van vaste isolatie op de wikkelingen, stators of rotoren [14]

    • H02K 15/12

      Impregneren, verwarmen of drogen van wikkelingen, statoren, rotoren of machines

    • H02K 15/14

      Omhulsels; Omhullingen; Steunen

    • H02K 15/16

      Centreren van rotoren binnen de stator; Uitbalanceren van rotoren [13,14]

  • H02K 16/00

    Machines met meer dan één rotor of stator [2]

    • H02K 16/02

      Machines met één stator en twee rotoren [2]

    • H02K 16/04

      Machines met één rotor en twee statoren [2]

Aantekening

Groep H02K 16\5 heeft voorrang boven de groepen H02K 17\5 tot H02K 53\5. [2]

  • H02K 17/00

    Asynchrone inductiemotoren; Asynchrone inductiegeneratoren

    • H02K 17/02

      Asynchrone inductiemotoren

      • H02K 17/04

        voor enkelfasestroom

        • H02K 17/06

          met wikkelingen die zijn aangebracht voor het kunnen wisselen van pool

        • H02K 17/08

          Motoren met een hulp-fase die wordt verkregen door uitwendig gevoede hulpwikkelingen, bijv. condensatormotoren [14]

        • H02K 17/10

          Motoren met een hulp-fase die wordt verkregen door een gespleten pool met kortgesloten wikkelingen [14]

      • H02K 17/12

        voor meerfasenstroom

        • H02K 17/14

          met wikkelingen die zijn aangebracht voor het kunnen wisselen van pool

      • H02K 17/16

        met rotoren met inwendig kortgesloten wikkelingen, bijv. kooiankers [14]

        • H02K 17/18

          met dubbelkooi-ankers of meervoudige kooiankers [14]

        • H02K 17/20

          met deep-bar rotoren [14]

      • H02K 17/22

        met rotoren met wikkelingen die zijn verbonden met sleepringen [14]

        • H02K 17/24

          waarin zowel stator als rotor worden gevoed met wisselstroom

      • H02K 17/26

        met rotoren of stators die zijn ontworpen voor synchrone werking [14]

      • H02K 17/28

        met een compensatiewikkeling voor het verbeteren van de fase-hoek

      • H02K 17/30

        Structurele samenhang van asynchrone inductiemotoren met elektrische hulpinrichtingen die de karakteristieken van de motor beïnvloeden of de motor regelen, bijv. met impedanties of schakelaars [13,14]

      • H02K 17/32

        Structurele samenhang van asynchrone inductiemotoren met mechanische hulpinrichtingen, bijv. met aandrijfkoppelingen of remmen [13,14]

      • H02K 17/34

        Cascadevoorzieningen van een asynchrone motor met een andere dynamo-elektrische motor of omzetter [13]

        • H02K 17/36

          met een andere asynchrone inductiemotor

        • H02K 17/38

          met een commutatormachine

        • H02K 17/40

          met een roterende wisselstroom/gelijkstroom [AC/DC] omzetter [13]

    • H02K 17/42

      Asynchrone inductiegeneratoren H02K 17\5 heeft voorrang) [4]

      • H02K 17/44

        Structurele samenhang met bekrachtigingsmachines [14]

  • H02K 19/00

    Synchrone motoren of generatoren (met permanente magneten H02K 21\5) [14]

    • H02K 19/02

      Synchrone motoren

      • H02K 19/04

        voor enkelfasestroom

        • H02K 19/06

          Motoren met wikkelingen op de stator en een week-ijzeren rotor met variabele reluctantie zonder wikkelingen, bijv. inductiemotoren [14]

        • H02K 19/08

          Motoren met wikkelingen op de stator en een gladde rotor zonder wikkelingen van een materiaal met grote hysterese, bijv. hysteresemotoren [14]

      • H02K 19/10

        voor meerfasenstroom

        • H02K 19/12

          gekenmerkt door de opstelling van bekrachtigingswikkelingen, bijv. voor zelfbekrachtiging, samenstelling of poolwisseling [14]

      • H02K 19/14

        met extra kortgesloten wikkelingen om te starten als asynchrone motoren [14]

    • H02K 19/16

      Synchrone generatoren

      • H02K 19/18

        met wikkelingen waarvan elke wikkeling alleen samenwerkt met polen van één polariteit, bijv. homo-polaire generatoren [14]

        • H02K 19/20

          met week-ijzeren rotoren met variabele reluctantie zonder wikkeling [14]

      • H02K 19/22

        met wikkelingen waarvan elke wikkeling afwisselend samenwerkt met polen van tegengestelde polariteit, bijv. hetero-polaire generatoren [14]

        • H02K 19/24

          met week-ijzeren rotoren met variabele reluctantie zonder wikkeling [14]

      • H02K 19/26

        gekenmerkt door de opstelling van bekrachtigingswikkelingen [14]

        • H02K 19/28

          voor zelfbekrachtiging

        • H02K 19/30

          voor samenstelling

        • H02K 19/32

          voor poolwisseling

      • H02K 19/34

        Generatoren met twee of meer uitvoeren

      • H02K 19/36

        Structurele samenhang van synchrone generatoren met elektrische hulpinrichtingen die de karakteristiek van de generator beïnvloeden of de generator regelen, bijv. met impedanties of schakelaars [13,14]

      • H02K 19/38

        Structurele samenhang van synchrone generatoren met bekrachtigingsmachine [14]

  • H02K 21/00

    Synchrone motoren met permanente magneten; Synchrone generatoren met permanente magneten [13,14]

    • H02K 21/02

      Details

      • H02K 21/04

        Wikkelingen op magneten voor extra bekrachtiging [14]

      • H02K 21/10

        Roterende ankers

    • H02K 21/12

      met stationaire ankers en roterende magneten [14]

      • H02K 21/14

        met magneten die roteren binnen de ankers [14]

        • H02K 21/16

          met ringvormige ankerkernen met uitspringende polen (met homo-polaire samenwerking H02K 21\5) [14]

        • H02K 21/18

          met hoefijzervormige ankerkernen (met homo-polaire samenwerking H02K 21\5) [14]

        • H02K 21/20

          met wikkelingen waarvan elke wikkeling alleen samenwerkt met polen van één polariteit, bijv. een homo-polaire machine

      • H02K 21/22

        met magneten die roteren om de ankers, bijv. vliegwielmagneetdynamo's [14]

      • H02K 21/24

        met magneten die axiaal tegenover de ankers liggen, bijv. fietsnaafdynamo's [14]

    • H02K 21/26

      met roterende ankers en stationaire magneten [14]

      • H02K 21/28

        met ankers die roteren binnen de magneten [14]

        • H02K 21/30

          met ringvormige ankerkernen met uitspringende polen (met homo-polaire samenwerking H02K 21\5) [14]

        • H02K 21/32

          met hoefijzervormige magneten (met homo-polaire samenwerking H02K 21\5) [14]

        • H02K 21/34

          met klokvormige of staafvormige magneten, bijv. voor fietsverlichting (met homo-polaire samenwerking H02K 21\5) [14]

        • H02K 21/36

          met homo-polaire samenwerking

    • H02K 21/38

      met roterende fluxverdelers, waarbij zowel ankers als magneten stationair zijn [14]

      • H02K 21/40

        met fluxverdelers die roteren rondom de magneten en binnen de ankers [14]

      • H02K 21/42

        met fluxverdelers die roteren rondom de ankers en binnen de magneten [14]

      • H02K 21/44

        met ankerwikkelingen die op de magneten zijn gewonden [14]

    • H02K 21/46

      Motoren met een extra kortgesloten wikkeling voor het starten als asynchrone motor

    • H02K 21/48

      Generatoren met twee of meer uitvoeren

  • H02K 23/00

    Gelijkstroom [DC] collectormotoren of gelijkstroom [DC] collectorgeneratoren met een mechanische collector; Universele wisselstroom/gelijkstroom [AC/DC] collectormotoren

    • H02K 23/02

      gekenmerkt door de voorziening voor bekrachtiging [14]

      • H02K 23/04

        met bekrachtiging door een permanente magneet

      • H02K 23/06

        met parallel geschakelde bekrachtigingswikkelingen

      • H02K 23/08

        met in serie geschakelde bekrachtigingswikkelingen

      • H02K 23/10

        met samengesteld geschakelde bekrachtigingswikkelingen

      • H02K 23/12

        waarbij de bekrachtiging wordt geproduceerd door stroombronnen los van het ankercircuit [14]

      • H02K 23/14

        waarbij snel wordt bekrachtigd of stroomloos gemaakt, bijv. door het neutraliseren van het remanente bekrachtigingsveld

      • H02K 23/16

        met een onder een hoek verstelbaar bekrachtigingsveld, bijv. door het omkeren van polen of omschakelen van polen [14]

      • H02K 23/18

        met verplaatsbare hoofdborstels of hulpborstels

      • H02K 23/20

        met extra borstels op afstand tussen de hoofdborstels op de collector, bijv. dwarsveldmachines, metadynes, amplidynes of andere door een ankerreactie bekrachtigde machines [14]

      • H02K 23/22

        met compensatiewikkelingen of dempingswikkelingen [14]

      • H02K 23/24

        met wikkelingen met een collectorpool [14]

    • H02K 23/26

      gekenmerkt door de ankerwikkelingen [14]

      • H02K 23/28

        met open wikkelingen, d.w.z. niet gesloten binnen de ankers [14]

      • H02K 23/30

        met overlappende wikkelingen; met luswikkelingen [14]

      • H02K 23/32

        met golfwikkeling; met pulserende wikkeling

      • H02K 23/34

        met gemengde wikkelingen

      • H02K 23/36

        met twee of meer wikkelingen; met twee of meer collectoren; met twee of meer stators [14]

      • H02K 23/38

        met een wikkeling of verbinding voor het verbeteren van de commutatie, bijv. een vereffeningsverbinding

    • H02K 23/40

      gekenmerkt door de opstelling van de magnetische circuits [14]

      • H02K 23/42

        met gespleten polen, d.w.z. met zones voor het variëren van de reluctantie door spleten in de polen of door polen met luchtspleten op verschillende afstanden

      • H02K 23/44

        met beweegbare, bijv. draaibare, ijzeren delen [14]

      • H02K 23/46

        met stationaire shunts, d.w.z. een magnetische kruisflux

      • H02K 23/48

        met verstelbare ankers [14]

    • H02K 23/50

      Generatoren met twee of meer uitvoeren

    • H02K 23/52

      Motoren die tevens werken als generatoren, bijv. startmotoren die worden gebruikt als generatoren voor ontsteking of verlichting [14]

    • H02K 23/54

      Schijfankermotoren of schijfankergeneratoren

    • H02K 23/56

      Motoren of generatoren waarbij de ijzeren kernen zijn gescheiden van de ankerwikkeling [14]

    • H02K 23/58

      Motoren of generatoren zonder ijzeren kernen [14]

    • H02K 23/60

      Motoren of generatoren met roterende ankers en een roterend bekrachtigingsveld [14]

    • H02K 23/62

      Motoren of generatoren met stationaire ankers en een roterend bekrachtigingsveld [14]

    • H02K 23/64

      Speciaal aangepaste motoren voor het naar keuze lopen op gelijkstroom of wisselstroom

    • H02K 23/66

      Structurele samenhang met elektrische hulpinrichtingen die de karakteristiek van de machine beïnvloeden of regelen, bijv. met impedanties of schakelaars [13]

    • H02K 23/68

      Structurele samenhang met mechanische hulpinrichtingen, bijv. met koppelingen of remmen [13]

  • H02K 24/00

    Aangepaste machines voor het momentaan overbrengen of opnemen van de hoekverplaatsing van roterende delen, bijv. synchro of selsyn

  • H02K 25/00

    Motoren of generatoren met gelijkstroomonderbreking

  • H02K 26/00

    Aangepaste machines die werken als torsiemotor, d.w.z. voor het uitoefenen van een torsiekracht na installatie

  • H02K 27/00

    Wisselstroom [AC] commutatormotoren of wisselstroom [AC] commutatorgeneratoren met een mechanische stroomwisselaar [13]

    • H02K 27/02

      gekenmerkt door de ankerwikkeling

    • H02K 27/04

      met één enkelfasewerking die in serie of parallel is geschakeld

      • H02K 27/06

        met één commutator of meerdere kortgesloten commutatoren, bijv. een repulsiemotor

      • H02K 27/08

        met een meervoudig gevoed anker

      • H02K 27/10

        met schakelinrichtingen voor verschillende werkingstoestanden, bijv. een repulsie-inductiemotor

    • H02K 27/12

      met een meerfasenwerking

      • H02K 27/14

        in serie geschakeld

      • H02K 27/16

        parallel geschakeld met de statorvoeding

      • H02K 27/18

        parallel geschakeld met de rotorvoeding

    • H02K 27/20

      Structureel samenhang met een snelheidsregelinrichting

    • H02K 27/22

      met middelen voor het verbeteren van de commutatie, bijv. hulpvelden, dubbele wikkelingen of dubbele borstels

    • H02K 27/24

      met twee of meer commutatoren

    • H02K 27/26

      met een schijfanker

    • H02K 27/28

      Structurele samenhang met elektrische hulpinrichtingen die de karakteristiek van de machine beïnvloeden of de machine regelen [13,14]

    • H02K 27/30

      Structurele samenhang met mechanische hulpinrichtingen, bijv. aandrijfkoppelingen of remmen [13]

  • H02K 29/00

    Motoren of generatoren met niet-mechanische commutatie-inrichtingen, bijv. ontladingsbuizen of halfgeleiderinrichtingen

    • H02K 29/03

      met een speciaal aangepast magnetisch circuit voor het vermijden van torsierimpelspanningen of zelfstartproblemen [6]

    • H02K 29/06

      met positiegevoelige inrichtingen H02K 29\5 heeft voorrang) [4,6]

      • H02K 29/08

        gebruikmakend van inrichtingen met magnetisch effect, bijv. Hall-platen of magneetweerstanden H02K 29\5 heeft voorrang) [4]

      • H02K 29/10

        gebruikmakend van inrichtingen met lichteffect [4]

      • H02K 29/12

        gebruikmakend van detectiespoelen [4]

    • H02K 29/14

      met snelheidsgevoelige inrichtingen H02K 29\5 heeft voorrang) [4,6]

  • H02K 31/00

    Acyclische motoren of generatoren, d.w.z. gelijkstroom [DC] machines met trommelankers of schijfankers met continue stroomcollectoren [14]

    • H02K 31/02

      met collectoren met massieve contacten

    • H02K 31/04

      met collectoren met tenminste één vloeistofcontact

  • H02K 33/00

    Motoren waarbij een magneet, anker of spoelensysteem heen en weer beweegt, oscilleert of trilt (voorzieningen voor het hanteren van mechanische energie die structureel samenhangen met motoren H02K 7\5, bijv. H02K 7\5)

    • H02K 33/02

      met ankers die in één richting worden bewogen door het bekrachtigen van één spoelensystemen en terugkeren door mechanische kracht, bijv. door veren [14]

      • H02K 33/04

        waarin de werkende frequentie wordt bepaald door de frequentie van een niet-onderbroken wisselstroombekrachtiging

        • H02K 33/06

          met gepolariseerde ankers [14]

        • H02K 33/08

          met gelijkstroombekrachtiging bovenop de wisselstroombekrachtiging

      • H02K 33/10

        waarin het afwisselend bekrachtigen en stroomloos maken van het ene spoelensysteem wordt veroorzaakt of geregeld door bewegingen van de ankers [14]

    • H02K 33/12

      met ankers die in wisselende richtingen bewegen door het afwisselend bekrachtigen van twee spoelensystemen [14]

      • H02K 33/14

        waarin het afwisselend bekrachtigen en stroomloos worden van de twee spoelensystemen wordt veroorzaakt of geregeld door beweging van de ankers [14]

    • H02K 33/16

      met gepolariseerde ankers die in wisselende richtingen bewegen door het omkeren of bekrachtigen van één spoelensysteem [14]

    • H02K 33/18

      met spoelensystemen die bewegen door het intermitterend of omgekeerd bekrachtigen daarvan in wisselwerking met een vast veldsysteem, bijv. permanente magneten [14]

  • H02K 35/00

    Generatoren waarbij een spoelensysteem, magneet, anker of ander deel van het magnetische circuit heen en weer beweegt, oscilleert of trilt (voorzieningen voor het hanteren van mechanische energie die structureel samenhangen met generatoren H02K 7\5, bijv. H02K 7\5)

    • H02K 35/02

      met bewegende magneten en stationaire spoelensystemen [14]

    • H02K 35/04

      met bewegende spoelensystemen en stationaire magneten [14]

    • H02K 35/06

      met bewegende fluxverdelers, en zowel spoelensystemen als stationaire magneten [14]

  • H02K 37/00

    Motoren met een rotor die stapsgewijze roteert, en zonder een door de rotor aangedreven onderbreker of commutator, bijv. stappenmotoren

    • H02K 37/02

      met variabele reluctantie [4]

      • H02K 37/04

        met rotoren die binnen de stator zijn geplaatst [4,14]

      • H02K 37/06

        met rotoren die rondom de stator zijn geplaatst [4,14]

      • H02K 37/08

        met rotoren die axiaal tegenover de stator zijn geplaatst [4,14]

    • H02K 37/10

      met een permanente magneet H02K 37\5 heeft voorrang) [4]

      • H02K 37/12

        met stationaire ankers en roterende magneten [4,14]

        • H02K 37/14

          met magneten die roteren binnen het anker [4,14]

          • H02K 37/16

            met hoefijzervormige ankerkernen [4,14]

          • H02K 37/18

            homopolair [4]

      • H02K 37/20

        met roterende fluxverdelers, waarbij zowel de ankers als de magneten stationair zijn [4,14]

    • H02K 37/22

      Dempingseenheden [4]

    • H02K 37/24

      Structurele samenhang met mechanische hulpinrichtingen [4]

  • H02K 39/00

    Speciaal aangepaste generatoren voor het produceren van een gewenste niet-sinusvormige golf

  • H02K 41/00

    Voortstuwingssystemen waarin een vast lichaam langs een pad wordt bewogen ten gevolge van dynamo-elektrische wisselwerking tussen het lichaam en een magnetisch veld dat langs het pad loopt

    • H02K 41/02

      Lineaire motoren; Sectiemotoren [3]

      • H02K 41/025

        Asynchrone motoren [3]

      • H02K 41/03

        Synchrone motoren; Motoren die stapsgewijze bewegen; Reluctantiemotoren H02K 41\5 heeft voorrang) [3]

      • H02K 41/035

        Gelijkstroom [DC] motoren; Enkelpolige motoren [3]

    • H02K 41/06

      Rolmotoren, d.w.z. motoren waarbij de rotor-as parallel aan de statoras ligt en waarbij een cirkelvormig pad wordt gevolgd tijdens het doorrollen van de rotor rondom de binnenzijde of de buitenzijde van de stator [14]

  • H02K 44/00

    Machines waarin de dynamo-elektrische wisselwerking tussen een plasma of stroming van geleidende vloeistof of van door een fluïdum gedragen geleidende of magnetische deeltjes en een spoelensysteem of magnetisch veld zorgt voor het omzetten van de energie van een massastroming in elektrische energie of omgekeerd [3]

    • H02K 44/02

      Elektrodynamische pompen [3]

      • H02K 44/04

        Conductiepompen [3]

      • H02K 44/06

        Inductiepompen [3]

    • H02K 44/08

      Magnetohydrodynamische [MHD] generatoren [3,14]

      • H02K 44/10

        Constructieve details van elektroden [3]

      • H02K 44/12

        Constructieve details van fluïdumkanalen [3,14]

        • H02K 44/14

          Cirkelvormige of schroefvormige kanalen [3]

      • H02K 44/16

        Constructieve details van magnetische circuits [3,14]

      • H02K 44/18

        voor het opwekken van wisselstroomvermogen [3]

        • H02K 44/20

          door het veranderen van de polariteit van het magnetische veld [3]

        • H02K 44/22

          door het veranderen van de geleidbaarheid van het fluïdum [3]

        • H02K 44/24

          door het omkeren van de richting waarin het fluïdum stroomt [3]

        • H02K 44/26

          door het creëren van een lopend magnetisch veld [3]

    • H02K 44/28

      Samenhang van MHD-generatoren met conventionele generatoren (kernenergiecentrales met een MHD-generator G21D 7\5) [3]

  • H02K 47/00

    Dynamo-elektrische omvormers

    • H02K 47/02

      Wisselstroom/gelijkstroom [AC/DC] omvormers of omgekeerd

      • H02K 47/04

        Motoren/generatoren

      • H02K 47/06

        Cascade-omvormers

      • H02K 47/08

        Omvormers met één anker

        • H02K 47/10

          met opjaagmachines aan de wisselstroomzijde [14]

    • H02K 47/12

      Gelijkstroom/gelijkstroom [DC/DC] omvormers

      • H02K 47/14

        Motoren/generatoren

      • H02K 47/16

        Omvormers met één anker, bijv. een metadyne

    • H02K 47/18

      Wisselstroom/wisselstroom [AC/AC] omvormers

      • H02K 47/20

        Motoren/generatoren

      • H02K 47/22

        Frequentie-omvormers met één anker met of zonder omzetting van het fasegetal

        • H02K 47/24

          met wikkelingen voor verschillende aantallen polen

        • H02K 47/26

          werkend als asynchrone inductiemachines met onder-synchronisatie of over-synchronisatie, bijv. een cascade-opstelling van asynchrone en synchrone machines

        • H02K 47/28

          werkend als commutatormachines met toegevoegde sleepringen

      • H02K 47/30

        Fasegetal-omvormers met één anker zonder frequentie-omzetting

  • H02K 49/00

    Dynamo-elektrische aandrijfkoppelingen; Dynamo-elektrische remmen [12,13]

    • H02K 49/02

      met asynchrone inductie

      • H02K 49/04

        met wervelstroomhysterese

    • H02K 49/06

      synchroon

    • H02K 49/08

      met een collectoranker

    • H02K 49/10

      met een permanente magneet

    • H02K 49/12

      acyclisch

  • H02K 51/00

    Dynamo-elektrische drijfwerken, d.w.z. dynamo-elektrische middelen voor het overbrengen van mechanisch vermogen van een aandrijvende drijfas naar een aangedreven drijfas en met structureel aan elkaar gekoppelde motoronderdelen en generatordelen

  • H02K 53/00

    Veronderstelde dynamo-elektrische perpetua mobile

  • H02K 55/00

    Dynamo-elektrische machines met wikkelingen die werken bij cryogene temperaturen [3]

    • H02K 55/02

      synchroon [3]

      • H02K 55/04

        met roterende veldwikkelingen [3]

    • H02K 55/06

      homo-polair [3]

  • H02K 99/00

    Onderwerpen voor zover niet vallend onder andere groepen van deze subklasse [14]