H02P - Regelen van elektromotoren, elektrische generatoren of dynamo-elektrische omzetters; regelen van transformatoren, zelfinducties of smoorspoelen [4,13,15]

Aantekeningen

(1) Deze subklasse dekt voorzieningen voor het starten, regelen, elektronisch commuting, afremmen of op een andere wijze besturen van motoren, generatoren, dynamo-elektrische omvormers, koppelingen, remmen, drijfwerken, transformatoren, zelfinducties of smoorspoelen van de soorten die vallen onder de relevante subklassen, bijv. H01F of H02K. (2) Deze subklasse dekt geen soortgelijke voorzieningen voor de apparatuur van de soorten die vallen onder subklasse H02N, welke voorzieningen vallen onder die subklasse. (3) In deze subklasse is het gewenst de indexcodes van de groepen H02P 101\5 en H02P 103\5 toe te voegen. [15,17]

  • H02P 1/00

    Voorzieningen voor het starten van elektromotoren of dynamo-elektrische omvormers (starten van synchrone motoren met elektronische collectoren H02P 6\5 of H02P 6\5; starten van dynamo-elektrische motoren die stapsgewijs roteren H02P 8\5; vectorregeling H02P 21\5) [4,8]

    • H02P 1/02

      Details

      • H02P 1/04

        Middelen voor het regelen van de voortgang van de startvolgorde in afhankelijkheid van tijd of van stroom, snelheid of een andere motorparameter

        • H02P 1/06

          Handmatig bediende meerpositiestarters

        • H02P 1/08

          Handmatig bediende aan/uit-schakelaars voor het regelen van door vermogen bediende meerpositieschakelaars of impedanties voor het starten van een motor

        • H02P 1/10

          Handmatig bediende aan/uit-schakelaars voor het regelen van in volgorde werkende relais of contactgevers voor het starten van een motor [13]

        • H02P 1/12

          Schakelinrichtingen die centrifugaal worden bediend door de motor

        • H02P 1/14

          Drukgevoelige weerstanden die centrifugaal worden bediend door de motor

    • H02P 1/16

      voor het starten van dynamo-elektrische motoren of omvormers

      • H02P 1/18

        voor het starten van een afzonderlijke gelijkstroommotor

        • H02P 1/20

          door het progressief laten verminderen van de weerstand in serie met een ankerwikkeling

        • H02P 1/22

          in elke rotatierichting

      • H02P 1/24

        voor het starten van een afzonderlijke wisselstroom [AC] commutatormotor (starten van wisselstroom/gelijkstroom [AC/DC] commutatormotoren H02P 1\5)

      • H02P 1/26

        voor het starten van een afzonderlijke meerfaseninductiemotor

        • H02P 1/28

          door het progressief laten toenemen van de spanning op het primaire circuit van een motor

        • H02P 1/30

          door het progressief laten toenemen van de voedingsfrequentie naar het primaire circuit van een motor

        • H02P 1/32

          door een sterdriehoekschakeling

        • H02P 1/34

          door het progressief laten verminderen van de impedantie in het secundaire circuit

          • H02P 1/36

            waarbij de impedantie een vloeistofweerstand is

        • H02P 1/38

          door het wisselen van pool

        • H02P 1/40

          in elke rotatierichting

      • H02P 1/42

        voor het starten van een afzonderlijke enkelfase-inductiemotor

        • H02P 1/44

          door fasesplitsing met een condensator

      • H02P 1/46

        voor het starten van een afzonderlijke synchrone motor

        • H02P 1/48

          door het wisselen van pool

        • H02P 1/50

          door het overschakelen van asynchrone op synchrone werking H02P 1\5 heeft voorrang)

        • H02P 1/52

          door het progressief laten toenemen van de voedingsfrequentie naar de motor

      • H02P 1/54

        voor het starten van twee of meer dynamo-elektrische motoren

        • H02P 1/56

          gelijktijdig

        • H02P 1/58

          na elkaar

  • H02P 3/00

    Voorzieningen voor het stoppen of vertragen van elektromotoren, elektrische generatoren of dynamo-elektrische omvormers (stoppen van synchrone motoren met elektronische collectoren H02P 6\5; stoppen van dynamo-elektrische motoren die stapsgewijs roteren H02P 8\5; vectorregeling H02P 21\5) [2,4,8]

    • H02P 3/02

      Details

      • H02P 3/04

        Middelen voor het stoppen of vertragen door een aparte rem, bijv. een frictierem of wervelstroomrem [2,13]

    • H02P 3/06

      voor het stoppen of vertragen van een afzonderlijke dynamo-elektrische motor of omzetter [2]

      • H02P 3/08

        voor het stoppen of vertragen van een gelijkstroommotor [2]

        • H02P 3/10

          door het omkeren van voedingsaansluitingen

        • H02P 3/12

          door kortsluitremmen of weerstandsremmen

        • H02P 3/14

          door recuperatieremmen

        • H02P 3/16

          door het gecombineerd elektrisch en mechanisch remmen

      • H02P 3/18

        voor het stoppen of vertragen van een wisselstroom [AC] motor [2]

        • H02P 3/20

          door het omkeren van de fasevolgorde van verbindingen naar de motor

        • H02P 3/22

          door kortsluitremmen of weerstandsremmen

        • H02P 3/24

          door het toevoeren van gelijkstroom naar de motor

        • H02P 3/26

          door het gecombineerd elektrisch en mechanisch remmen

  • H02P 4/00

    Speciaal aangepaste voorzieningen voor het regelen of sturen van de snelheid of torsie van elektromotoren die kunnen worden aangesloten op twee of meer verschillende elektrische voedingen (vectorregeling H02P 21\5) [8,13,16]

  • H02P 5/00

    Speciaal aangepaste voorzieningen voor het regelen of sturen van de snelheid of torsie van twee of meer elektromotoren H02P 6\5 en H02P 8\5 hebben voorrang) [8,13,16]

    • H02P 5/46

      voor het regelen van de snelheid van twee of meer dynamo-elektrische motoren ten opzichte van elkaar

      • H02P 5/48

        door vergelijken van mechanische waarden die de snelheden representeren

        • H02P 5/485

          gebruikmakend van differentiële beweging van de motoren, bijv. gebruikmakend van differentiële versnellingsbakken [16]

        • H02P 5/49

          door het afwisselend sluiten of openen van elektrische contacten [16]

      • H02P 5/50

        door vergelijken van elektrische waarden die de snelheden representeren

        • H02P 5/505

          gebruikmakend van vereffeningslijnen, bijv. de rotorlijnen en statorlijnen van de eerste en tweede motoren [16]

        • H02P 5/51

          Directe verhoudingsregeling [16]

      • H02P 5/52

        waarbij tevens de relatieve hoekverplaatsing wordt geregeld

        • H02P 5/54

          Vergelijking van snelheid en positie tussen de motoren met mechanische middelen [16]

        • H02P 5/56

          Vergelijking van snelheid en positie tussen de motoren met elektrische middelen [16]

    • H02P 5/60

      regelen van combinaties van dynamo-elektrische gelijkstroom [DC] motoren en wisselstroom [AC] motoren H02P 5\5 heeft voorrang) [8]

    • H02P 5/68

      regelen van twee of meer dynamo-elektrische gelijkstroom [DC] motoren H02P 5\5 en H02P 5\5 hebben voorrang) [8]

      • H02P 5/685

        die elektrisch in serie zijn geschakeld, d.w.z. waarbij dezelfde stroom wordt overgedragen [8]

      • H02P 5/69

        die mechanisch zijn geschakeld via overbrengingen [8]

        • H02P 5/695

          Differentiëlen [8]

    • H02P 5/74

      regelen van twee of meer dynamo-elektrische wisselstroom [AC] motoren H02P 5\5 en H02P 5\5 hebben voorrang) [8]

      • H02P 5/747

        die mechanisch zijn geschakeld via overbrengingen [8]

        • H02P 5/753

          Differentiëlen [8]

  • H02P 6/00

    Voorzieningen voor het regelen van synchrone motoren of andere dynamo-elektrische motoren gebruikmakend van elektronische commutatie afhankelijk van de rotorpositie; Elektronische commutatoren daarvoor (vectorregeling H02P 21\5) [3,4,6,8,13,16]

Aantekening [16]

Groep H02P 6\5 heeft voorrang boven de groepen H02P 6\5 - H02P 6\5 en H02P 6\5 - H02P 6\5. [16]

  • H02P 6/04

    Voorzieningen voor het regelen van de snelheid of de torsie van meer dan één motor H02P 6\5 heeft voorrang) [6,16]

  • H02P 6/06

    Voorzieningen voor het regelen van de snelheid van één motor waarin de motorsnelheid wordt gemeten en vergeleken met een gegeven fysische waarde voor het verstellen van de motorsnelheid [6]

  • H02P 6/08

    Voorzieningen voor het regelen van de snelheid of de torsie van één motor H02P 6\5 en H02P 6\5 hebben voorrang) [6,16]

  • H02P 6/10

    Voorzieningen voor het regelen van de torsierimpelspanning, bijv. zorgen voor een lagere torsierimpelspanning [6,16]

  • H02P 6/12

    Bewaken van commutatie; Zorgen voor het aanduiden van commutatiestoring [6]

  • H02P 6/14

    Elektronische commutatoren [6]

    • H02P 6/15

      Regelen van de commutatietijd [16]

    • H02P 6/16

      Circuitvoorzieningen voor het detecteren van de positie [6,13]

      • H02P 6/18

        zonder aparte positiedetectie-elementen [6,16]

        • H02P 6/182

          gebruikmakend van back EMF in wikkelingen [16]

        • H02P 6/185

          gebruikmakend van inductiedetectie, bijv. pulsopwekking [16]

  • H02P 6/20

    Voorzieningen voor het starten H02P 6\5 heeft voorrang) [6,16]

    • H02P 6/21

      Starten met open lus [16]

    • H02P 6/22

      in een geselecteerde rotatierichting [6,16]

  • H02P 6/24

    Voorzieningen voor het stoppen [6]

  • H02P 6/26

    Voorzieningen voor het regelen van éénfasemotoren [16]

  • H02P 6/28

    Voorzieningen voor het regelen van de stroom H02P 6\5 heeft voorrang) [16]

  • H02P 6/30

    Voorzieningen voor het regelen van de draairichting H02P 6\5 heeft voorrang) [16]

  • H02P 6/32

    Voorzieningen voor het regelen van wikkelveldmotoren, bijv. motoren met bekrachtigingsspoelen [16]

  • H02P 6/34

    Modelleren of simuleren voor regeldoeleinden [16]

  • H02P 7/00

    Voorzieningen voor het regelen of sturen van de snelheid of torsie van elektrische gelijkstroom [DC] motoren [2,8,13,16]

    • H02P 7/02

      waarbij de DC motoren lineaire motoren zijn [16]

      • H02P 7/025

        waarbij de DC draaispoelmotoren zijn, bijv. geluidsspoelmotoren [16]

    • H02P 7/03

      voor het regelen van de draairichting van DC motoren [16]

    • H02P 7/06

      voor het regelen of sturen van een afzonderlijke dynamo-elektrische gelijkstroommotor door het variëren van het veld of de ankerstroom [8]

      • H02P 7/08

        door het handmatig regelen zonder hulpvermogen

        • H02P 7/10

          van alleen het motorveld

          • H02P 7/12

            Omschakelen van het veld van seriële bekrachtiging naar parallelle bekrachtiging of omgekeerd

        • H02P 7/14

          van de spanning op het anker met of zonder veldregeling

      • H02P 7/18

        door een commandoregeling met hulpvermogen

        • H02P 7/20

          gebruikmakend van een meerpositieschakelaar, bijv. een schakelwals, voor het regelen van het motorcircuit door middel van een relais H02P 7\5 en H02P 7\5 hebben voorrang) [8]

        • H02P 7/22

          gebruikmakend van een meerpositieschakelaar, bijv. een schakelwals, voor het regelen van het motorcircuit door middel van een door een stuurmotor bediende meerpositieschakelaar of variabele weerstand H02P 7\5 en H02P 7\5 hebben voorrang) [8]

        • H02P 7/24

          gebruikmakend van ontladingsbuizen of halfgeleiderinrichtingen

          • H02P 7/26

            gebruikmakend van ontladingsbuizen

          • H02P 7/28

            gebruikmakend van halfgeleiderinrichtingen

            • H02P 7/281

              waarbij de DC motor in vier kwadranten wordt bediend [16]

Aantekening [16]

Groep H02P 7\5 heeft voorrang boven de groepen H02P 7\5 tot H02P 7\5. [16]

  • H02P 7/282

    voor het alleen regelen van de veldvoeding [4]

  • H02P 7/285

    voor het alleen regelen van de ankervoeding [4]

    • H02P 7/288

      gebruikmakend van variabele impedantie [4]

    • H02P 7/29

      gebruikmakend van pulsmodulatie [4]

      • H02P 7/291

        met aan/uit-schakeling tussen twee instelpunten, bijv. voor het regelen door hysterese [16]

    • H02P 7/292

      gebruikmakend van statische omvormers, bijv. van wisselstroom naar gelijkstroom [4,16]

      • H02P 7/293

        gebruikmakend van faseregeling H02P 7\5 heeft voorrang) [16]

      • H02P 7/295

        van het soort met één thyristor en dergelijke in serie met de vermogenstoevoer en de motor [4]

  • H02P 7/298

    voor het regelen van ankervoedingen en veldvoedingen [4,16]

  • H02P 7/30

    gebruikmakend van magnetische inrichtingen met een regelbare verzadigingsgraad, d.w.z. magnetische versterkers

  • H02P 7/32

    gebruikmakend van door een ankerreactie bekrachtigde machines, bijv. een metadyne, amplidyne of rototrol

  • H02P 7/34

    gebruikmakend van Ward-Leonard-voorzieningen

  • H02P 7/343

    waarin zowel de generatorvelden als de motorvelden worden geregeld [16]

  • H02P 7/347

    waarin alleen het generatorveld wordt geregeld [16]

  • H02P 8/00

    Voorzieningen voor het regelen van dynamo-elektrische motoren die stapsgewijze roteren [2,6,8,13]

    • H02P 8/02

      speciaal aangepast voor enkelfasestappenmotoren of tweepolige stappenmotoren, bijv. horlogemotoren of klokkenmotoren [6]

    • H02P 8/04

      Voorzieningen voor het starten [6]

      • H02P 8/06

        in een geselecteerde draairichting [6]

      • H02P 8/08

        Bepalen van de positie vóór het starten [6]

      • H02P 8/10

        Vormen van pulsen voor het starten; Aanjagen van stroom tijdens het starten [6]

    • H02P 8/12

      Regelen of stabiliseren van stroom [6]

    • H02P 8/14

      Voorzieningen voor het regelen van snelheid en torsie H02P 8\5 en H02P 8\5 hebben voorrang) [6]

      • H02P 8/16

        Verminderen van de energie die wordt verstrooid of toegevoerd [6]

      • H02P 8/18

        Vormen van pulsen, bijv. voor het verminderen van de torsierimpelspanning [6]

      • H02P 8/20

        gekenmerkt door een werking naar twee kanten [6]

    • H02P 8/22

      Regelen van de stapgrootte; Tussenstappen, bijv. microstappen [6]

    • H02P 8/24

      Voorzieningen voor het stoppen H02P 8\5 hebben voorrang) [6]

      • H02P 8/26

        In een geheugen opslaan van de eind-puls bij het stoppen [6]

      • H02P 8/28

        Ontkoppelen van de vermogensbron bij het stoppen [6]

      • H02P 8/30

        Vasthouden van de positie bij het stoppen [6]

    • H02P 8/32

      Verminderen van het doorschieten of oscilleren, bijv. dempen [6]

    • H02P 8/34

      Bewaken van de werking H02P 8\5 heeft voorrang) [6]

    • H02P 8/36

      Beschermen tegen defecten, bijv. tegen oververhitting of step-out; Aanduiden van defecten [6,13]

      • H02P 8/38

        waarbij het defect een step-out is [6]

    • H02P 8/40

      Speciale aanpassingen voor het regelen van twee of meer stappenmotoren [6]

    • H02P 8/42

      gekenmerkt door niet-stappenmotoren die stapsgewijze worden bediend [6]

  • H02P 9/00

    Voorzieningen voor het regelen van elektrische generatoren met het oog op het verkrijgen van een gewenste uitvoer [8,13]

    • H02P 9/02

      Details

    • H02P 9/04

      Regelingen die worden uitgeoefend op een niet-elektrisch krachtwerktuig, en afhankelijk van de elektrische uitvoerwaarde van een generator (zie voor het uitoefenen van regelingen op het krachtwerktuig in het algemeen de relevante klasse voor een dergelijk krachtwerktuig) [2]

    • H02P 9/06

      Regelingen die worden uitgeoefend op een aandrijfkoppeling of andere mechanische krachtoverbrengingsmiddelen, en afhankelijk van de elektrische uitvoerwaarde van een generator (zie voor het uitoefenen van regelingen op krachtoverbrengingsmiddelen de relevante klasse voor dergelijke middelen) [2]

    • H02P 9/08

      Regelen van het generatorcircuit tijdens het starten of stoppen van aandrijfmiddelen, bijv. voor het op gang brengen van bekrachtiging [2]

    • H02P 9/10

      Regelingen die worden uitgeoefend op het bekrachtigingscircuit van de generator voor het verminderen van schadelijke effecten door overbelastingen of overgangen, bijv. plotselinge belasting of ontlasting of het plotselinge verandering van belasting [2]

      • H02P 9/12

        voor het demagnetiseren; voor het verminderen van remanentie-effecten; voor het voorkomen van het omkeren van polen [2]

    • H02P 9/14

      door variatie van het veld H02P 9\5 en H02P 9\5 hebben voorrang) [2]

      • H02P 9/16

        ten gevolge van het variëren van de Ohmse weerstand in een veldcircuit, gebruikmakend van weerstanden die stapsgewijze in of uit het circuit worden geschakeld

        • H02P 9/18

          waarbij het schakelen wordt veroorzaakt door een servomotor, meetinstrument of relais

      • H02P 9/20

        ten gevolge van het variëren van een continu variabele Ohmse weerstand

        • H02P 9/22

          met een koolstofweerstand

      • H02P 9/24

        ten gevolge van het variëren van de make-to-break verhouding van intermitterend werkende contacten, bijv. gebruikmakend van een Tirrill-regelaar

      • H02P 9/26

        gebruikmakend van ontladingsbuizen of halfgeleiderinrichtingen H02P 9\5 heeft voorrang) [2]

        • H02P 9/28

          gebruikmakend van ontladingsbuizen

        • H02P 9/30

          gebruikmakend van halfgeleiderinrichtingen

      • H02P 9/32

        gebruikmakend van magnetische inrichtingen met een regelbare verzadigingsgraad H02P 9\5 heeft voorrang) [2]

      • H02P 9/34

        gebruikmakend van magnetische inrichtingen met een regelbare verzadigingsgraad in combinatie met een geregelde ontladingsbuis of halfgeleiderinrichting

      • H02P 9/36

        gebruikmakend van door een ankerreactie bekrachtigde machines

      • H02P 9/38

        Zelfbekrachtiging door stroom die wordt afgeleid van het gelijkrichten van zowel de uitvoerspanning als de uitvoerstroom van een generator

    • H02P 9/40

      door het variëren van de reluctantie van het magnetische circuit van een generator

    • H02P 9/42

      voor het verkrijgen van een gewenste frequentie zonder het variëren van de generatorsnelheid

    • H02P 9/44

      Regelen van de frequentie en spanning in een vooraf bepaalde verhouding, bijv. een constante verhouding

    • H02P 9/46

      Regelen van asynchrone generatoren door het variëren van de condensator

    • H02P 9/48

      Voorzieningen voor het verkrijgen van een constante uitvoerwaarde tijdens het variëren van de snelheid van de generator, bijv. op een voertuig H02P 9\5 tot H02P 9\5 hebben voorrang) [3]

  • H02P 11/00

    Voorzieningen voor het regelen van dynamo-elektrische omvormers [4,8,13]

    • H02P 11/04

      voor het regelen van dynamo-elektrische omvormers met een gelijkstroomuitvoer

    • H02P 11/06

      voor het regelen van dynamo-elektrische omvormers met een wisselstroomuitvoer

  • H02P 13/00

    Voorzieningen voor het regelen van transformatoren, zelfinducties of smoorspoelen met het oog op het verkrijgen van een gewenste uitvoer [4,13]

    • H02P 13/06

      door het wisselen van aftakking; door het opnieuw rangschikken van onderlinge verbindingen tussen wikkelingen

    • H02P 13/08

      door het verschuiven van een stroomcollector langs de wikkeling

    • H02P 13/10

      door het bewegen van een kern, spoelwikkeling of afscherming, bijv. door een inductieregelaar

    • H02P 13/12

      door het variëren van de magnetische voorspanning

  • H02P 15/00

    Voorzieningen voor het regelen van dynamo-elektrische remmen of aandrijfkoppelingen (vectorregeling H02P 21\5) [8,13]

    • H02P 15/02

      Gezamenlijk regelen van remmen en aandrijfkoppelingen [3]

  • H02P 17/00

    Voorzieningen voor het regelen van dynamo-elektrische drijfwerken (vectorregeling H02P 21\5) [3,8]

  • H02P 21/00

    Voorzieningen of methoden voor het regelen van elektromotoren door vectorregeling, bijv. door het regelen van de veldoriëntatie [6,8]

Aantekeningen [16]

1. Bij het klasseren in deze groep moet tevens worden geklasseerd in de groep H02P 25\5, als de methode van regelen wordt gekenmerkt door de soort motor die wordt geregeld; [16] 2. Bij het klasseren in deze groep moet tevens worden geklasseerd in de groep H02P 27\5, als de methode van regelen wordt gekenmerkt door de soort vermogenstoevoer van motor die wordt geregeld. [16]

  • H02P 21/02

    speciaal aangepast voor het optimaliseren van de efficiency bij lage belasting [8]

  • H02P 21/04

    speciaal aangepast voor zeer lage snelheden [8]

  • H02P 21/05

    speciaal aangepast voor het dempen van motortrillingen, bijv. voor het verminderen van schommeling [8]

  • H02P 21/06

    Regeling op basis van de rotorflux, waarbij sprake is van het gebruik van de rotorpositie of van rotorsnelheidssensoren [8,16]

    • H02P 21/08

      Indirecte veld-georiënteerde regeling; Rotorflux-meekoppelingsbesturing [8,16]

      • H02P 21/09

        Veldfasehoekberekening op basis van rotorspanningsvergelijking door toevoegen van slipfrequentie en proportionele snelheidsfrequentie [16]

    • H02P 21/10

      Directe veld-georiënteerde regeling; Rotorflux-tegenkoppelingsbesturing [8]

  • H02P 21/12

    Regeling op basis van de statorflux, waarbij sprake is van het gebruik van de rotorpositie of van rotorsnelheidssensoren [8,16]

  • H02P 21/13

    Waarnemingsregeling, bijv. gebruikmakend van Luenberger-waarnemers of Kalman-filters [8]

  • H02P 21/14

    Schatting of aanpassing van motorparameters, bijv. de flux, de stroom of de spanning [8,16]

    • H02P 21/16

      Schatting van constanten, bijv. de rotortijdconstante [16]

    • H02P 21/18

      Schatting van positie of snelheid [16]

    • H02P 21/20

      Schatting van torsie [16]

  • H02P 21/22

    Stroomregeling, bijv. gebruikmakend van een stroomregellus [16]

  • H02P 21/24

    Vectorregeling, waarbij geen sprake is van het gebruik van de rotorpositie of van rotorsnelheidssensoren [16]

    • H02P 21/26

      Regeling op basis van de rotorflux [16]

    • H02P 21/28

      Regeling op basis van de statorflux [16]

      • H02P 21/30

        Directe torsieregeling [DTC] of veldversnellingsmethode [FAM] [16]

    • H02P 21/32

      Bepalen van de rotorbeginpositie H02P 21\5 heeft voorrang) [16]

  • H02P 21/34

    Voorzieningen voor het starten [16]

  • H02P 21/36

    Voorzieningen voor het afremmen of vertragen; Vierkwadrantenregeling [16]

  • H02P 23/00

    Voorzieningen of methoden voor het regelen van wisselstroom [AC] motoren gekenmerkt door een andere regelmethode dan vectorregeling [8,13,16]

Aantekening

Bij het klasseren in deze groep is het gewenst tevens te klasseren in de groepen H02P 25\5 tot H02P 27\5, als het soort wisselstroom [AC] motor, structurele details of het soort toevoerspanning van belang zijn. [8]

  • H02P 23/02

    speciaal aangepast voor het optimaliseren van de efficiency bij lage belasting [8]

  • H02P 23/03

    speciaal aangepast voor zeer lage snelheden [8]

  • H02P 23/04

    speciaal aangepast voor het dempen van motortrillingen, bijv. voor het verminderen van schommeling [8]

  • H02P 23/06

    Regelen van de motor in vier kwadranten [8]

  • H02P 23/08

    Regelen op basis van slipfrequentie, bijv. toevoegen van slipfrequentie en proportionele snelheidsfrequentie [8]

  • H02P 23/10

    Regelen door toevoegen van een wisselstroom [8,13]

  • H02P 23/12

    Waarnemingsregeling, bijv. gebruikmakend van Luenberger- waarnemers of Kalman-filters [8]

  • H02P 23/14

    Schatting of aanpassing van motorparameters, bijv. de rotortijdconstante, de flux, de snelheid, de stroom of de spanning [8]

  • H02P 25/00

    Voorzieningen of methoden voor het regelen van wisselstroom [AC] motoren gekenmerkt door het soort wisselstroom [AC] motor of door structurele details [8,13,16]

Aantekening

Bij het klasseren in deze groep worden onderwerpen die ook gerelateerd zijn aan H02P 21\5, H02P 23\5 of H02P 27\5, tevens geklasseerd in die groepen als dat van toepassing is. [8,16]

  • H02P 25/02

    gekenmerkt door het soort motor [8]

    • H02P 25/022

      Synchrone motoren H02P 25\5 heeft voorrang) [16]

      • H02P 25/024

        geregeld door de toevoerfrequentie [16]

        • H02P 25/026

          waarbij de rotorpositie wordt gedetecteerd [16]

      • H02P 25/028

        met vierkwadrantenregeling [16]

      • H02P 25/03

        met borstelloze bekrachtiging [16]

    • H02P 25/032

      Heen en weer bewegende of oscillerende motoren, of trilmotoren [16]

      • H02P 25/034

        Geluidsspoelmotoren (geluidsspoelmotoren aangedreven door DC H02P 7\5) [16]

    • H02P 25/04

      Enkelfasemotoren, bijv. condensatormotoren [8]

    • H02P 25/06

      Lineaire motoren [8]

      • H02P 25/062

        als inductiemotor [16]

      • H02P 25/064

        als synchrone motor [16]

      • H02P 25/066

        als stappenmotor [16]

    • H02P 25/08

      Magnetische weerstandsmotoren (reluctantiemotoren) [8]

      • H02P 25/083

        Voorzieningen ter verhoging van de schakelsnelheid tussen één spoel en de volgende [16]

      • H02P 25/086

        Commutatie [16]

        • H02P 25/089

          Sensorloze regeling (directe torsieregeling H02P 23\5) [16]

      • H02P 25/092

        Speciaal aangepaste omzetters voor het regelen van magnetische weerstandsmotoren (reluctantiemotoren) [16]

      • H02P 25/098

        Voorzieningen ter vermindering van de torsierimpelspanning [16]

    • H02P 25/10

      Commutatormotoren (collectormotoren), bijv. repulsiemotoren [8]

      • H02P 25/12

        met verschuifbare borstels [8]

      • H02P 25/14

        Universele motoren H02P 25\5 heeft voorrang) [8]

  • H02P 25/16

    gekenmerkt door de schakelvoorziening of door het soort bedrading [8]

    • H02P 25/18

      met voorzieningen voor het schakelen tussen de wikkelingen, bijv. met mechanische schakelaars of relais [8]

      • H02P 25/20

        voor poolomschakeling [8]

    • H02P 25/22

      Meervoudige wikkelingen; Wikkelingen voor meer dan drie fasen [8]

    • H02P 25/24

      Variabele impedantie in de statorschakeling of de rotorschakeling [8]

      • H02P 25/26

        met voorzieningen voor het regelen van de secundaire impedantie [8]

    • H02P 25/28

      gebruikmakend van magnetische inrichtingen met een regelbare graad van verzadiging, bijv. magnetische versterkers (transductoren) [8]

    • H02P 25/30

      waarbij de motor wordt geregeld door een regeling die ingrijpt op de voedende wisselstroom [AC] generator [8]

    • H02P 25/32

      gebruikmakend van ontladingsbuizen [8]

  • H02P 27/00

    Voorzieningen of methoden voor het regelen van wisselstroom [AC] motoren gekenmerkt door het soort toevoerspanning (van twee of meer motoren H02P 5\5; van synchrone motoren met elektronische commutatoren H02P 6\5; van gelijkstroom [DC] motoren H02P 7\5; van stappenmotoren H02P 8\5) [8,13]

Aantekening

Bij het klasseren in deze groep worden onderwerpen die ook gerelateerd zijn aan H02P 21\5, H02P 23\5 of H02P 27\5, tevens geklasseerd in die groepen als dat van toepassing is. [8,16]

  • H02P 27/02

    gebruikmakend van toevoerspanning met constante frequentie en variabele amplitude [8]

    • H02P 27/024

      gebruikmakend van wisselstroomtoevoer voor alleen het rotorcircuit of alleen het statorcircuit [16]

  • H02P 27/04

    gebruikmakend van toevoerspanning met variabele frequentie, bijv. omzetter-toevoerspanning of omvormer-toevoerspanning [8]

    • H02P 27/048

      gebruikmakend van wisselstroomtoevoer voor alleen het rotorcircuit of alleen het statorcircuit [16]

    • H02P 27/05

      gebruikmakend van wisselstroomtoevoer voor zowel rotorcircuits als statorcircuits, waarbij de toevoerfrequentie naar tenminste één circuit variabel is [8,16]

    • H02P 27/06

      gebruikmakend van gelijkstroom/wisselstroom [DC/AC] omvormers [8]

      • H02P 27/08

        met puls-breedtemodulatie [8]

        • H02P 27/10

          gebruikmakend van bang-bang regelaars [8]

        • H02P 27/12

          pulserend door geleiden van de fluxvector, stroomvector of spanningsvector langs een cirkel of een gesloten kromme, bijv. voor directe torsieregeling [8,16]

        • H02P 27/14

          met drie of meer spanningsniveaus [8]

    • H02P 27/16

      gebruikmakend van wisselstroom/gelijkstroom [AC/DC] omvormers zonder tussentijdse omzetting naar gelijkstroom H02P 27\5 heeft voorrang) [8]

      • H02P 27/18

        waarbij de frequentie wordt gevarieerd door weglaten van halve golven [8]

  • H02P 29/00

    Voorzieningen of methoden voor het sturen of regelen van elektromotoren, die bij zowel wisselstroom [AC] motoren als gelijkstroom [DC] motoren kunnen worden toegepast (regeling van motoren die kunnen worden aangesloten op twee of meer verschillende spanningsbronnen of stroombronnen H02P 4\5; vectorregeling H02P 21\5) [8,13]

    • H02P 29/02

      Geven van bescherming tegen overbelasting zonder automatische tussenkomst of toevoer (bescherming tegen fouten van stappenmotoren H02P 8\5) [8,16]

      • H02P 29/024

        Detecteren van een storing, bijv. kortsluiting, rotorblokkering, draadbreuk of ladingverlies [16]

        • H02P 29/028

          waarbij de motor blijft draaien ondanks de storing, bijv. elimineren, compenseren of verhelpen van de fout [16]

      • H02P 29/032

        Voorkomen van schade aan de motor, bijv. instellen van afzonderlijke stroomlimieten voor verschillende aandrijfcondities [16]

    • H02P 29/04

      door middel van een aparte rem [8]

    • H02P 29/10

      voor het voorkomen van een te hoge of te lage snelheid [16]

    • H02P 29/20

      voor het regelen van één motor die wordt gebruikt voor verschillende achtereenvolgende handelingen [16]

    • H02P 29/40

      Regelen van de hoerveelheid stroom die de motor afneemt of afgeeft voor het regelen van de mechanische belasting [16]

    • H02P 29/50

      Vermindering van harmonischen [16]

    • H02P 29/60

      Regelen of bepalen van de temperatuur van de motor of van de aandrijving [16]

      • H02P 29/62

        voor het verhogen van de temperatuur van de motor [16]

      • H02P 29/64

        Regelen of bepalen van de temperatuur van de wikkeling [16]

      • H02P 29/66

        Regelen of bepalen van de temperatuur van de rotor [16]

      • H02P 29/68

        op basis van de temperatuur van een aandrijfcomponent of een halfgeleidercomponent [16]

Indexschema in samenhang met groepen met betrekking tot de voorzieningen voor het regelen van elektrische generatoren. [15]

  • H02P 101/00

    Speciale aanpassing van regelvoorzieningen voor generatoren [15]

    • H02P 101/10

      voor waterturbines [15]

    • H02P 101/15

      voor windturbines [15]

    • H02P 101/20

      voor stoomturbines [15]

    • H02P 101/25

      voor verbrandingsmotoren [15]

    • H02P 101/30

      voor vliegtuigen [15]

    • H02P 101/35

      voor schepen [15]

    • H02P 101/40

      voor railvoertuigen [15]

    • H02P 101/45

      voor motorvoertuigen, bijv. autodynamo's [15]

  • H02P 103/00

    Regelvoorzieningen die worden gekenmerkt door het soort generator [15]

    • H02P 103/10

      asynchroon [15]

    • H02P 103/20

      synchroon [15]