F24H - Fluïdumverwarmers, bijv. waterverwarmers of luchtverwarmers, met warmte-opwekkende middelen, in het algemeen

(materialen voor warmteoverdracht, warmte-uitwisseling of warmte-opslag C09K 5\5; buizenovens voor het thermisch niet-katalytisch kraken C10G 9\5; inrichtingen, bijv. kleppen, voor het ontluchten en beluchten van afgesloten plaatsen F16K 24\5; condenspotten of soortgelijke apparatuur F16T; stoomopwekking F22; verbrandingsapparatuur F23; huishoudelijke kachels of fornuizen F24B, F24C; verwarmingssystemen voor huizen of ruimten F24D; kachels, droogovens, technische ovens, retorten F27; warmtewisselaars F28; elektrische verwarmingselementen of verwarmingsvoorzieningen H05B)

Aantekeningen

(1) Het onderscheidende kenmerk van de luchtverwarmers uit deze subklasse is, dat de warmte voornamelijk aan de lucht wordt afgegeven door convectie, veelal door geforceerde circulatie van de lucht. De huishoudelijke kachels of fornuizen uit de subklassen F24B en F24C kunnen ook worden aangestoken of elektrische luchtverwarmers zijn, maar zij geven hun warmte in aanzienlijke mate af door straling en slechts tot op zekere hoogte door natuurlijke convectie. [3] (2) In deze subklasse worden de volgende termen of uitdrukkingen gebruikt met de aangegeven betekenissen: - “water” omvat andere vloeistoffen en betekent altijd de te verwarmen vloeistof; [3] - “lucht” omvat andere gassen of gasmengsels en betekent altijd het te verwarmen gas; [3] - “stookbuizen” betekent buizen in de verwarmer waarin verbranding plaatsvindt; [3] - “vlampijpen” betekent buizen in de verwarmer waardoorheen rookgassen stromen uit een verbrandingskamer die is geplaatst buiten de buizen; [3] - “verwarmer” betekent apparatuur met zowel warmte-opwekkingsmiddelen als middelen voor het overdragen van de opgewekte warmte aan water of lucht. [3] (3) Alle verwarmers met opslag worden geklasseerd in groep F24H 7\5. [3]