(geïsoleerde geleiders of kabels met voorzieningen voor het kunnen bevestigen of vastzetten H01B 7\5; distributiepunten met schakelaars H02B; geleiden van telefoonsnoeren H04M 1\5; kabelgoten of bevestigingen voor installaties van telefooncentrales of telegraafcentrales H04Q 1\5)
Aantekeningen
(1) Deze subklasse dekt het installeren van communicatiekabels of communicatieleidingen, inclusief die welke een combinatie bevatten van optische en elektrische geleiders, of van bliksemafleiders alsmede het installeren van vermogenskabels of vermogensleidingen. (2) Deze subklasse dekt niet het installeren van zuiver optische kabels, wat valt onder groep G02B 6\5. [6] (3) In deze subklasse wordt de volgende uitdrukking gebruikt met de aangegeven betekenis: - “elektrische kabel” omvat kabels die een optische geleider bevatten, bijv. vezels, in combinatie met elektrische geleiders. [6]
H02G 1/00
Speciaal aangepaste methoden of apparatuur voor het installeren, onderhouden, repareren of ontmantelen van elektrische kabels of leidingen
H02G 1/02
voor bovengrondse leidingen of kabels
H02G 1/04
voor het monteren of aanspannen (draadspanners in het algemeen B25B 25\5)
H02G 1/06
voor het leggen van kabels, bijv. aanlegapparatuur op een voertuig (gecombineerd met machines of grondverzetmachines voor het graven van geulen of het weer vullen daarvan E02F 5\5)
H02G 1/08
door buizen of goten, bijv. duwstangen, trekstangen of trekdraden
H02G 1/10
in of onder water
H02G 1/14
voor het samenvoegen of laten eindigen van kabels (samenvoegen van elektrische geleiders H01R 43\5)
H02G 1/16
voor het repareren van de isolatie of wapening van kabels
H02G 3/00
Installaties van elektrische kabels of leidingen, of beschermend buis-werk daarvoor, in of op gebouwen, vergelijkbare structuren of voertuigen (installaties van verzamelrails H02G 5\5; bovengrondse installaties H02G 7\5; installaties in of op de grond H02G 9\5; kanalen of verticale goten voor het opnemen van utiliteitsleidingen E04F 17\5; bekabelen van elektrische apparatuur in het algemeen H05K)
H02G 3/02
Details
H02G 3/03
Koelen [2]
H02G 3/04
Beschermend buis-werk of leidingwerk, bijv. kabelladders of kabeldoorgangen (pijpen of buis-werk in het algemeen F16L)
H02G 3/06
Lassen voor het verbinden van stukken beschermend buis-werk met elkaar of met omhulsels, bijv. met een distributiekast; Garanderen van de elektrische continuïteit in de las
H02G 3/08
Distributiekasten; Lasdozen of aansluitdozen (kabeleind-sluitingen H02G 15\5)
H02G 3/10
met bevestiging aan het oppervlak van een wand
H02G 3/12
met verzonken bevestiging
H02G 3/14
Bevestigen van een afdekking of deksel aan de kast of doos
H02G 3/16
structureel samenhangend met een steun voor de aansluitklemmen voor leidingen in de kast of doos (aansluitklemmen H01R 9\5)
H02G 3/18
met leidinguitvoeringen
H02G 3/20
Plafondrozetten
H02G 3/30
Installaties van kabels of leidingen op wanden, vloeren of plafonds (steunen voor pijpen, kabels of beschermend buis-werk F16L 3\5; slangbeugels F16L 33\5) [7]
H02G 3/32
gebruikmakend van bevestigingsklemmen [7]
H02G 3/34
gebruikmakend van apart beschermend buis-werk [7]
H02G 3/36
Installaties van kabels of leidingen in wanden, vloeren of plafonds H02G 3\5 heeft voorrang) [7]
H02G 3/38
waarbij de kabels of leidingen zijn geïnstalleerd in vooraf aangebrachte kanalen of goten [7]
H02G 3/40
gebruikmakend van apart beschermend buis-werk in de kanalen of goten [7]
H02G 5/00
Installeren van verzamelrails
H02G 5/02
Open installaties
H02G 5/04
Gedeeltelijk ingesloten installaties, bijv. in kanalen, en aangepast voor een glijdende of rollende stroomafname (niet-roterende stroomcollectoren H01R 41\5)
H02G 5/06
Volledig ingesloten installaties, bijv. in metalen omhulsels
H02G 5/08
Lasdozen daarvoor
H02G 5/10
Koelen [2]
H02G 7/00
Bovengrondse installaties van elektrische leidingen of kabels (installaties van verzamelrails H02G 5\5; trolliedraden of contactleidingen voor elektrische spoorwegen B60M; bevestigen van geleiders aan isolatoren H01B 17\5, bijv. H01B 17\5, H01B 17\5 of H01B 17\5; bescherming tegen ongewone elektrische condities H01H; haakcontacten voor tijdelijke verbindingen naar bovengrondse leidingen H01R 11\5)
H02G 7/02
Inrichtingen voor het verstellen of in stand houden van mechanische spanning, bijv. een opneeminrichting
H02G 7/04
Voorzieningen of inrichtingen voor het ontlasten van mechanische spanning
H02G 7/05
Ophangvoorzieningen of ophanginrichtingen voor elektrische kabels of leidingen [3]
H02G 7/06
Ophangingen voor leidingen of kabels langs een aparte steundraad, bijv. een S-vormige haak [3]
H02G 7/08
Lichamen die aan de steundraad of aan de leiding of kabel worden geklemd [3]
H02G 7/10
Flexibele lichamen of sjorringen die om zowel de steundraad als de leiding of kabel worden gewikkeld [3]
H02G 7/12
Inrichtingen voor het in stand houden van afstand tussen parallelle geleiders, bijv. een afstand-houder
H02G 7/14
Voorzieningen of inrichtingen voor het dempen van mechanische oscillaties van leidingen, bijv. voor het verminderen van geluidsproductie
H02G 7/16
Inrichtingen voor het verwijderen van sneeuw of ijs van leidingen of kabels (van isolatoren H01B 17\5)
H02G 7/18
Inrichtingen die mechanische bescherming bieden ingeval van breuk van een leiding of kabel, bijv. een net voor het opvangen van gebroken leidingen
H02G 7/20
Ruimtelijke opstellingen of plaatsingen van leidingen of kabels op palen, kolommen of torens (constructie van palen, kolommen of torens E04H 12\5)
H02G 7/22
Voorzieningen van aardleidingen die zijn opgehangen tussen de toppen van masten
H02G 9/00
Installeren van elektrische kabels of leidingen in of op de grond of het water (kathodische bescherming C23F 13\5; detecteren van begraven kabels G01V)
H02G 9/02
direct in of op de grond, een rivierbedding of de zeebodem gelegd; Afdekkingen daarvoor, bijv. tegels
H02G 9/04
in goten aan de oppervlakte; Goten of afdekkingen daarvoor
H02G 9/06
in ondergrondse buizen of kanalen; Buizen of kanalen daarvoor
H02G 9/08
in tunnels
H02G 9/10
in kabelruimten, bijv. in mangaten of handgaten (zie voor bouwaspecten van kabelruimten Sectie E, bijv. E04H 5\5)
H02G 9/12
ondersteund door of vanaf drijvers, bijv. in het water (drijvende kabels H01B 7\5)
H02G 11/00
Voorzieningen van elektrische kabels of leidingen tussen relatief beweegbare delen (stroomcollectoren H01R)
H02G 11/02
gebruikmakend van een opneemhaspel of opneemtrommel
H02G 15/00
Kabelfittingen
H02G 15/007
Inrichtingen voor het ontlasten van mechanische spanning [3]
H02G 15/013
Afdichtingsmiddelen voor kabelinvoeren (invoeren voor kabels die zijn gevuld met, of worden omgeven door, gas of olie H02G 15\5) [3]
H02G 15/02
Kabeleind-sluitingen (voor met gas of olie gevulde kabels H02G 15\5)
H02G 15/04
Kabeleind-afdichtingen
H02G 15/06
Dozen, frames of andere structuren voor kabeleind-sluitingen (klemblokken H01R 9\5)
H02G 15/064
met inrichtingen voor het ontlasten van elektrische spanning [3]
H02G 15/068
alleen verbonden met de kabelafscherming H02G 15\5 heeft voorrang) [3]
H02G 15/072
in de vorm van een condensator [3]
H02G 15/076
voor kabels met meerdere geleiders [3]
H02G 15/08
Kabelaansluitingen (voor met gas of olie gevulde kabels H02G 15\5; losmaakbare aftakkingen of elektrische verbindingen H01R)
H02G 15/10
beschermd door dozen, bijv. door distributiekasten, lasdozen of aansluitdozen (klemblokken H01R 9\5)
H02G 15/103
met inrichtingen voor het ontlasten van elektrische spanning [3]
H02G 15/105
alleen verbonden met de kabelafscherming H02G 15\5 heeft voorrang) [3]
H02G 15/107
in de vorm van een condensator [3]
H02G 15/113
Kasten of dozen die in lengterichting van de hoofdkabel zijn gedeeld [3]
H02G 15/115
Kasten of dozen die dwars op de richting van de hoofdkabel zijn gedeeld [3]
H02G 15/117
voor kabels met meerdere geleiders [3]
H02G 15/12
voor het opnemen van transformatoren, belastings-spoelen of versterkers
H02G 15/14
speciaal aangepast voor onderwaterkabels
H02G 15/16
structureel samenhangend met steunen voor de aansluitklemmen voor leidingen in de kast of doos
H02G 15/18
beschermd door moffen, bijv. voor een communicatiekabel (tweedelige afdekkingen H02G 15\5)
H02G 15/184
met inrichtingen voor het ontlasten van elektrische spanning [3]
H02G 15/188
alleen verbonden met de kabelafscherming [3]
H02G 15/192
met steunmiddelen voor de uiteinden van de moffen [3]
H02G 15/196
met overlappende isolatie [3]
H02G 15/20
Kabelfittingen voor kabels die zijn gevuld met gas of olie of zijn omgeven door gas of olie H02G 15\5 heeft voorrang) [3]
H02G 15/22
Kabeleind-sluitingen
H02G 15/23
Kabeleind-afdichtingen [3]
H02G 15/24
Kabelaansluitingen
H02G 15/25
Eindaansluitingen [3]
H02G 15/26
Expansie-omhulsels; Eindkoppen; Hulppijpleidingen
H02G 15/28
structureel samenhangend met inrichtingen voor het aanduiden van de aanwezigheid of plaats van niet-elektrische defecten (gecombineerd met elektrische beschermingsmiddelen H02H)
H02G 15/30
met inrichtingen voor het ontlasten van elektrische spanning [3]
H02G 15/32
Kabelinvoeren [3]
H02G 15/34
Kabelfittingen voor cryogene kabels [3]