Aantekening

De aandacht wordt gevestigd op de subklassen A01J, A21C, A22C, A47J en B02C, naast andere subklassen van A23, met het oog op het vormen of bewerken van voedingsmiddelen.

• A23P 10/00

  Vormen of bewerken van voedingsmiddelen, gekenmerkt door de producten [16]

  • A23P 10/10

    Vastzetten van voedingsmiddelen op een niet-eetbaar draaglichaam [16]

  • A23P 10/20

    Agglomereren; Granuleren; Tabletteren [16]

    • A23P 10/22

      Agglomeratie of granulering met verpulvering van vaste deeltjes, bijv. in de vorm van een vrij vallend gordijn [16]

    • A23P 10/25

      Agglomeratie of granulering door extrusie of door persen, bijv. door kleine openingen, door zeven of tussen oppervlakken [16]

    • A23P 10/28

      Tabletteren; Maken van voedselrepen door samenpersen van een droog poedermengsel [16]

  • A23P 10/30

    Inkapselen van deeltjes, bijv. additieven voor voedingsmiddelen [16]

    • A23P 10/35

      met oliën, lipiden, monoglyceriden of diglyceriden [16]

  • A23P 10/40

    Maken van vrij-stromend poeder of instantpoeder, d.w.z. poeder die snel oplost als een vloeistof wordt toegevoegd [16]

    • A23P 10/43

      gebruikmakend van anti-aankoekmiddelen of middelen die de vloeibaarheid verhogen, toegevoegd tijdens of na het maken van het poeder [16]

    • A23P 10/47

      gebruikmakend van additieven, bijv, emulgatoren, bevochtigers of stof-bindende middelen [16]

• A23P 20/00

  Coaten van voedingsmiddelen; Coatings daarvoor; Maken van gelamineerde, meerlaagse, gevulde of holle voedingsmiddelen [16]

  • A23P 20/10

    Coaten met eetbare coatings, bijv. met oliën of vetten [16]

    • A23P 20/12

      Apparatuur voor het aanbrengen van poeders of deeltjes op voedingsmiddelen, bijv. voor het paneren; Dergelijke apparatuur gecombineerd met middelen voor het voorbevochtigen of het maken van beslag [16]

      • A23P 20/13

        waarbij sprake is van xxx van het voedingsmiddel binnen een roterend apparaat, bijv. een trommel [16]

    • A23P 20/15

      Apparatuur of processen vor het coaten met vloeibare of pasteuze producten [16]

      • A23P 20/17

        door onderdompelen in een bad [16]

      • A23P 20/18

        door sproeicoaten, wervelbedcoaten of gietcoaten (gecombineerd met paneren A23P 20\5) [16]

  • A23P 20/20

    maken van gelamineerde, meerlaagse, gevulde of holle voedingsmiddelen, bijv. door omwikkelen in voorgevormde eetbare deegvellen of in eetbare voedselcontainers [16]

    • A23P 20/25

      Vullen of opvullen van uitgeboorde voedseldelen, bijv. gecombineerd met uitboren of het maken van holtes [16]

• A23P 30/00

  Vormen of bewerken van voedingsmiddelen, gekenmerkt door het proces of de apparatuur [16]

  • A23P 30/10

    Gieten [16]

  • A23P 30/20

    Extruderen [16]

    • A23P 30/25

      Co-extrusie van verschillende voedingsmiddelen [16]

  • A23P 30/30

    Poffen of expanderen [16]

    • A23P 30/32

      door drukval, bijv. explosief poffen; door vacuümbehandeling [16]

      • A23P 30/34

        door extrusie-expansie [16]

      • A23P 30/36

        in discontinu-werkende apparatuur [16]

    • A23P 30/38

      door verhitten (gecombineerd met drukval of vacuumbehandeling A23P 30\5) [16]

  • A23P 30/40

    Schuimen of kloppen [16]