SECTIE C CHEMIe; metallurgie

Aantekeningen

(1) In Sectie C zijn de definities van groepen chemische elementen als volgt: Alkalimetalen: Li, Na, K, Rb, Cs, Fr Aardalkalimetalen: Ca, Sr, Ba, Ra Lanthaniden: elementen met atoomgetallen 57 t/m 71 Zeldzame aardmetalen: Sc, Y, Lanthaniden Actiniden: elementen met atoomgetallen 89 t/m 103 Vuurvaste metalen: Ti, V, Cr, Zr, Nb, Mo, Hf, Ta, W Halogenen: F, Cl, Br, I, At Edelgassen: He, Ne, Ar, Kr, Xe, Rn Platinagroep: Os, Ir, Pt, Ru, Rh, Pd Edele metalen: Ag, Au, platinagroep Lichte metalen: alkalimetalen, aardalkalimetalen, Be, Al, Mg Zware metalen: metalen anders dan lichte metalen IJzergroep: Fe, Co, Ni Niet-metalen: H, B, C, Si, N, P, O, S, Se, Te, edelgassen, halogenen Metalen: elementen anders dan niet-metalen Transitie-elementen: elementen met atoomgetallen 21 t/m 30, 39 t/m 48, 57 t/m 80, en 89 en hoger (2) Onder Sectie C vallen: (a) Pure chemie, waaronder vallen anorganische verbindingen, organische verbindingen, macromoleculaire verbindingen, en hun bereidingsmethoden; (b) Toegepaste chemie, waaronder vallen samenstellingen met bovenstaande verbindingen, bijv. glas, keramiek, meststoffen, kunststofsamenstellingen, verven, en producten uit de petroleumindustrie. Ook vallen hieronder bepaalde samenstellingen op grond van het hebben van bijzondere eigenschappen, die ze geschiklt maken voor bepaalde doeleinden, zoals in geval van explosieven, kleurstoffen, kleefmiddelen, smeermiddelen, en wasmiddelen. © Bepaalde marginale industrieën, zoals het maken van kolen en van vaste of gasvormige brandstoffen, de productie and raffinage van oliën, vetten en wassen, de fermentatie-industrie (bijv. brouwerijen en wijnmakerijen), en de suikerindustrie. (d) Bepaalde bewerkingen of behandelingen, die ofwel puur meachnisch zijn, bijv. de mechanische behandeling van leer en huiden, of gedeeltelijk mechanisch, bijv. de behandeling van water of het voorkomen van corrosie in het algemeen. (e) Metallurgie, en ferrolegeringen of niet-ferrolegeringen. (3) In alle Secties van de IPC is het Periodiek Systeem van chemische elementen waarnaar wordt verwezen, dezelfde als die algemeen aanvaard en gebruikelijk is. (4) (a) In geval van bewerkingen, handelingen, producten of artikelen met zowel een chemisch als een niet-chemisch gedeelte of aspect, geldt de algemene regel dat het chemische gedeelte of aspect valt onder Sectie C. (b) In sommige van deze gevallen brengt het chemische gedeelte of aspect een niet chemische met zich mee, zelfs als dat puur mechanisch is, omdat dit laatste aspect ofwel essentieel is voor de bewerking of handeling, of daarvan een belangrijk deel uitmaakt. In feite blijkt het logischer de verschillende gedeelten of aspecten niet te scheiden van een samenhangend geheel. Dit geldt voor toegepaste chemie en voor de industrieën, bewerkingen en handelingen genoemd in de Aantekeningen (1)©, (d) en (e). Bijvoorbeeld vallen ovens specifiek bedoeld voor het maken van glas onder klasse C03 en niet onder klasse F27. © Er zijn echter sommige uitzonderingen, waarin het mechanisch (of niet-mechanische) aspect juist het chemische aspect met zich meebrengen, bijvoorbeeld: - Bepaalde extractieprocessen, in subklasse A61K; - De chemische zuivering van lucht, in subklasse A61L; - Chemische methoden van brandbestrijding, in subklasse A62D; - Chemische processen en apparatuur, in klasse B01; - Impregneren van hout, in subklasse B27K; - Chemische analysemethoden of testmethoden, in subklasse G01N; - Fotografische materialen en processen, in klasse G03; en algemeen - De chemische behandeling van textiel en de productie van cellulose of papier, in Sectie D. (d) In nog andere gevallen valt het puur chemische aspect onder Sectie C, en het toegepaste chemische aspect in een andere Sectie, zoals A, B of F, bijv. het gebruik van een substantie of samenstelling voor: - de behandeling van planten of dieren, valt onder subklasse A01N; - voedingsmiddelen, vallen onder klasse A23; - munitie of explosieven, vallen onder klasse F42. (e) Als de chemische en mechanische aspecten zo nauw met elkaar zijn verbonden dat een nette en eenvoudige splitsing niet mogelijk is, of als bepaalde mechanische processen een natuurlijk en logisch vervolg op een chemische behandeling vormen, kan onder Sectie C, in aanvulling op het chemische aspect, ook een gedeelte van het mechanische aspect vallen, bijv. nabehandeling van kunststeen, wat valt onder klasse C04.In dit laatste geval wordt gewoonlijk een aantekening of referentie gegeven om de positie te verduidelijken, zelfs als splitsing nogal arbitrair is.

CHEMIE

C 13 SUIKERINDUSTRIE (polysacchariden, bijv. zetmeel, derivaten daarvan C08B; mout C12C) [4]

Aantekening

In klasse C13 worden de volgende termen of uitdrukkingen gebruikt met de aangegeven betekenissen: - “suikers” zijn een klasse van eetbare, water-oplosbare kristallijne koolhydraten met een kenmerkende zoete smaak, inclusief monosacchariden, disacchariden en oligosacchariden, bijv. sucrose, lactose en fructose. Een meer specifieke betekenis van de term “suiker” wordt omschreven in de aantekening van subklasse C13B. [11,13]

[[ipc-nl:secties:sectie_C:klasse_C13:C13B|C13B]] PRODUCTIE VAN SUCROSE; SPECIAAL AANGEPASTE APPARATUUR DAARVOOR (chemisch gesynthetiseerde suikers of suikerderivaten [[ipc-nl:secties:sectie_C:klasse_C07:C07H|C07H]]; fermentatie of enzym-gebruikende processen voor het bereiden van verbindingen die saccharideredicalen bevatten [[ipc-nl:secties:sectie_C:klasse_C12:C12P|C12P 19\5]]) **[11]**

Aantekening

In subklasse klasse C13B worden de volgende termen of uitdrukkingen gebruikt met de aangegeven betekenissen: - “suiker” wordt gebruikt in haar niet-wetenschappelijke betekenis en verwijst naar sucrose, ook genoemd “tafelsuiker” of “saccharose”, een witte kristallijne disaccharide; [11] - “suikersappen” zijn oplossingen van suiker, met in hoofdzaak sucrose, die afkomstig zijn van verschillende planten, bijv. bieten, suikerriet of de ahorn; [11] - “siropen” zijn sterk-geconcentreerde suikersappen. [11] C13B 5\5 Verkleinen van de afmeting van materiaal waaruit suiker moet worden geëxtraheerd (voor het extraheren van zetmeel C08B 30\5) [11] C13B 5\5 . Snijden van suikerriet [11] C13B 5\5 . . Verscheuren van suikerriet [11] C13B 5\5 . In plakken snijden van suikerbieten [11] C13B 5\5 . Messen; Verstellen of onderhouden daarvan [11] C13B 10\5 Maken van suikersappen, d.w.z. van sucrose (aftappen van boomsappen A01G 23\5; houders voor sappen A01G 23\5) [11] C13B 10\5 . Persen van sap uit suikerriet of soortgelijk materiaal, bijv. sorghum saccharatum [11] C13B 10\5 . . gecombineerd met imbibitie of opneming [11] C13B 10\5 . . Suikerriethakselaars [11] C13B 10\5 . Extraheren van suiker uit suikerbieten met water [11] C13B 10\5 . . Continuprocessen [11] C13B 10\5 . . Details van extractie-apparatuur, bijv. voorzieningen van pijpen of kleppen [11] C13B 10\5 . gebruikmakend van andere extractiemiddelen dan water, bijv. alcohol of zoutoplossingen [11]

[[ipc-nl:secties:sectie_C:klasse_C13:C13B|C13B 15\5]] Persen van water uit materiaal waaruit suiker is geëxtraheerd (uit materiaal waaruit zetmeel is geëxtraheerd [[ipc-nl:secties:sectie_C:klasse_C08:C08B|C08B 30\5]]) **[11]** [[ipc-nl:secties:sectie_C:klasse_C13:C13B|C13B 15\5]] . tussen geperforeerde bewegende banden (bandfilters) **[11]**

C13D 20\5 Zuiveren van suikersappen [11]

Aantekening

Bij het klasseren in deze groep wordt tevens geklasseerd in de groep B01D 15\5, voorzover het onderwerpen van algemeen belang m.b.t. chromatografie betreft. [11] C13D 20\5 . gebruikmakend van aardalkaliverbindingen [11] C13D 20\5 . . gevolgd door verzadiging [11] C13D 20\5 . . . met kooldioxide of zwaveldioxide [11] C13D 20\5 . door oxideren of reduceren [11] C13D 20\5 . . gebruikmakend van zwaveldioxide of sulfieten [11] C13D 20\5 . gebruikmakend van adsorptiemiddelen, bijv. actieve kool [11] C13D 20\5 . gebruikmakend van ionenuitwisselende materialen [11] C13D 20\5 . door fysische middelen, bijv. osmose of filtratie [11] C13D 20\5 . door elektrische middelen [11] C13B 25\5 Verdampers of kookpannen voor suikersappen; Persen van water uit materiaal waaruit suiker is geëxtraheerd (uit materiaal waaruit zetmeel is geëxtraheerd C08B 30\5) [11] C13B 25\5 . Details, bijv. voor het voorkomen van schuimvorming of voor het opvangen van sap [11] C13B 25\5 . . Verwarmingsuitrusting [11] C13B 25\5 . gecombineerd met meetinstrumenten voor het kunnen regelen van het proces [11] C13D 30\5 Kristalliseren; Kristallisatie-apparatuur; Scheiden van kristallen uit moederloog [11] C13D 30\5 . Kristalliseren; Kristallisatie-apparatuur [11] C13D 30\5 . Scheiden van kristallen uit moederloog [11] C13D 30\5 . . door centrifugaalkracht [11] C13D 30\5 . . Wassen van restmoederloog uit kristallen [11] C13D 30\5 . . . in centrifuges [11] C13D 30\5 . . Hergebruiken van moederloog of wasvloeistof [11] C13D 30\5 . . Oplossen of raffineren van ruwe suiker [11] C13B 35\5 Extraheren van sucrose uit molasse [11] C13B 35\5 . door chemische middelen [11] C13B 35\5 . . door neerslag als aardalkalimetaalsaccharaten [11] C13B 35\5 . . gebruikmakend van ionenuitwisseling [11] C13B 35\5 . door fysische middelen [11] C13B 40\5 Drogen van suiker [11] C13B 45\5 Speciaal aangepaste snijmachines voor suiker [11] C13B 45\5 . in combinatie met sorteermachines en verpakkingsmachines [11] C13B 50\5 Suikerproducten, bijv. poedersuiker, suikerklonten of vloeibare suiker; Opwerken van suiker C13B 40\5 en C13B 50\5 hebben voorrang; snoepgoed A23G 3\5) [3,8,11] C13B 50\5 . gevormd door het in een vorm persen van suiker [11]

[[ipc-nl:secties:sectie_C:klasse_C13:C13B|C13B 99\5]] Onderwerpen voorzover niet vallend onder andere groepen in deze subklasse **[8,11]**