F01K - Stoommachine-installaties; stoomaccumulatoren; niet elders ondergebrachte motorinstallaties; motoren waarbij gebruik wordt gemaakt van speciale werkfluïda of werkcycli
(gasturbine-installaties of straalmotorinstallaties F02; stoomopwekking F22; kerncentrales, machine-installaties daarin G21D)
Aantekening
De aandacht wordt gevestigd op de Aantekeningen voorafgaand aan klasse F01, in het bijzonder met betrekking tot de definities van “stoom” en “speciale damp”.
F01K 1/00
Stoomaccumulatoren (gebruik van accumulatoren in stoommachine-installaties F01K 3\5)
F01K 1/02
voor het opslaan van stoom op een andere wijze dan in een vloeistof
F01K 1/04
voor het opslaan van stoom in een vloeistof, bijv. Ruth-accumulatoren (in alkali voor het verhogen van de stoomdruk F22B 1\5)
F01K 1/08
Laden of ontladen van stoomaccumulatoren (voor meerdere accumulatoren F01K 1\5)
F01K 1/10
speciaal aangepast voor oververhitte stoom
F01K 1/12
Meerdere accumulatoren; Speciaal aangepast laden, ontladen of regelen daarvan [17]
F01K 1/14
Circulatie
F01K 1/16
Andere veiligheidsmiddelen of regelmiddelen
F01K 1/18
voor de stoomdruk
F01K 1/20
Andere delen, details of accessoires van of voor stoomaccumulatoren
Stoommachine-installaties
F01K 3/00
Installaties die worden gekenmerkt door het gebruik van stoomaccumulatoren of warmte-accumulatoren, of tussenliggende stoomverwarmers, daarin (regenereren van afgewerkte stoom F01K 19\5)
F01K 3/02
Gebruik van accumulatoren en specifieke soorten motoren; Regelen daarvan
F01K 3/04
waarbij de motor een meervoudige inlaatdruk heeft
F01K 3/06
waarbij de motor een extractiemotor of condensloze motor is
F01K 3/08
Gebruik van accumulatoren, waarbij de installatie speciaal is aangepast voor een specifiek doel
F01K 3/10
voor het aandrijven van een voertuig, bijv. voor accumulatorlocomotieven
F01K 3/12
met twee of meer accumulatoren
F01K 3/14
met zowel een stoomaccumulator als een verwarmer, bijv. een accumulator met oververhitting (stoom-oververhitters op zich F22G)
F01K 3/16
Gemeenschappelijke opstelling van accumulator en verwarmer
F01K 3/18
met verwarmers (met zowel een stoomaccumulator als een verwarmer F01K 3\5; stoomverwarmers op zich F22)
F01K 3/20
met verwarming door het verbranden van de gassen van een hoofdketel
F01K 3/22
Regelen, bijv. starten of stoppen
F01K 3/24
met verwarming door apart ontstoken verwarmers
F01K 3/26
met verwarming door stoom
F01K 5/00
Installaties die worden gekenmerkt door het gebruik van middelen voor het opslaan van stoom in een alkali voor het verhogen van de stoomdruk, bijv. Honigmann-installaties of Koenemann-installaties
F01K 5/02
gebruikt in regeneratorinstallaties
F01K 7/00
Stoommachine-installaties die worden gekenmerkt door het gebruik van met specifieke soorten motoren F01K 3\5 heeft voorrang); Installaties of motoren die worden gekenmerkt door hun gebruik van speciale stoomsystemen, stoomcycli of stoomprocessen (zuigermotoren waarbij gebruik wordt gemaakt van het principe van éénrichtingstroming F01B 17\5); Speciaal aangepaste regelmiddelen voor dergelijke systemen, cycli of processen; Gebruik van onttrokken of afgewerkte stoom voor het verwarmen van voedingswater [9,17]
F01K 7/02
waarbij de motoren meervoudige expansiemotoren zijn (waarbij de motoren alleen turbinemotoren zijn F01K 7\5; waarbij de motoren gebruik maken van stoom met een kritische of bovenkritische druk F01K 7\5; waarbij de motoren extractiemotoren of condensloze motoren zijn F01K 7\5)
F01K 7/04
Speciaal aangepaste regelmiddelen daarvoor [17]
F01K 7/06
waarbij de motoren meervoudige inlaatdruk hebben F01K 7\5 heeft voorrang; waarbij de motoren alleen turbinemotoren zijn F01K 7\5; waarbij de motoren gebruik maken van stoom met een kritische of bovenkritische druk F01K 7\5; waarbij de motoren extractiemotoren of condensloze motoren zijn F01K 7\5)
F01K 7/08
Speciaal aangepaste regelmiddelen daarvoor [17]
F01K 7/10
gekenmerkt door de motoruitlaatdruk (waarbij de motoren alleen turbinemotoren zijn F01K 7\5; waarbij de motoren gebruik maken van stoom met een kritische of bovenkritische druk F01K 7\5; waarbij de motoren extractiemotoren of condensloze motoren zijn F01K 7\5)
F01K 7/12
met condensatie
F01K 7/14
Speciaal aangepaste regelmiddelen daarvoor [17]
F01K 7/16
waarbij de motoren alleen turbinemotoren zijn (waarbij de motoren gebruik maken van stoom met een kritische of bovenkritische druk F01K 7\5; waarbij de motoren extractiemotoren of condensloze motoren zijn F01K 7\5)
F01K 7/18
waarbij de turbine meervoudige inlaatdruk heeft
F01K 7/20
Speciaal aangepaste regelmiddelen daarvoor [17]
F01K 7/22
waarbij de turbines stoomverwarming tussen twee trappen heeft
F01K 7/24
Speciaal aangepaste regelmiddelen of veiligheidsmiddelen daarvoor [17]
F01K 7/26
met stoomaccumulatie in de turbine tussen twee trappen
F01K 7/28
Speciaal aangepaste regelmiddelen daarvoor [17]
F01K 7/30
waarbij de turbines alleen gebruik maken van afgewerkte stoom
F01K 7/32
waarbij de motoren gebruik maken van stoom met een kritische of bovenkritische druk
F01K 7/34
waarbij de motoren extractiemotoren of condensloze motoren zijn; Gebruik van stoom voor het verwarmen van voedingswater (voedingswater-verwarmers in het algemeen F22D)
F01K 7/36
waarbij de motoren persmotoren zijn
F01K 7/38
waarbij de motoren turbinemotoren zijn
F01K 7/40
Gebruik van twee of meer voedingswater-verwarmers in serie
F01K 7/42
Gebruik van desuperheaters voor het verwarmen van voedingswater
F01K 7/44
Gebruik van stoom voor het verwarmen van voedingswater en voor een ander doel
F01K 9/00
Stoommachine-installaties die worden gekenmerkt door condensors die zijn opgesteld of aangepast voor samenwerking met de motoren (door condensors die structureel zijn gecombineerd met motoren F01K 11\5; stoomcondensors op zich F28B) [9]
F01K 9/02
Voorzieningen of aanpassingen van condensaatpompen of luchtpompen
F01K 9/04
met stortkleppen naar omlooptrappen
F01K 11/00
Stoommachine-installaties die worden gekenmerkt doordat de motoren structureel zijn gecombineerd met ketels of condensors [9]
F01K 11/02
waarbij de motoren turbines zijn
F01K 11/04
waarbij de ketels of condensers tijdens gebruik worden geroteerd
F01K 13/00
Algemene layout of algemene werkmethoden, van complete stoommachine-installaties [9]
F01K 13/02
Regelen, bijv. stoppen of starten
F01K 15/00
Aanpassingen van stoommachine-installaties voor speciaal gebruik [9]
F01K 15/02
voor het aandrijven van voertuigen, bijv. locomotieven (zie voor voorzieningen in voertuigen de relevante voertuigklassen)
F01K 15/04
waarbij de voertuigen vaartuigen zijn
F01K 17/00
Gebruik van stoom of condensaat dat is geëxtraheerd of afgevoerd uit een stoommachine-installatie (voor het verwarmen van voedingswater F01K 7\5; terugvoeren van condensaat naar een ketel F22D)
F01K 17/04
voor een ander specifiek doel dan verwarming ( *
F01K 17/06
heeft voorrang)
F01K 17/06
In een andere vorm terugvoeren van energie uit stoom naar een proces, bijv. het gebruik van afgewerkte stoom voor het drogen van vaste installatiebrandstof
F01K 19/00
Regenereren of op een andere wijze behandelen van afgewerkte stoom uit een stoommachine-installatie (installaties die worden gekenmerkt door het gebruik van middelen voor het opslaan van stoom in een alkali voor het verhogen van de stoomdruk F01K 5\5; terugvoeren van condensaat naar de ketel F22D)
F01K 19/02
Regenereren door compressie
F01K 19/04
in combinatie met koelen of verwarmen
F01K 19/06
in de motorcilinder
F01K 19/08
waarbij de compressie wordt gerealiseerd door injectieapparatuur, een straalblazer en dergelijke
F01K 19/10
Op een andere wijze koelen van afgewerkte stoom dan met een condensor; Onzichtbaar maken van afgewerkte stoom
F01K 21/00
Niet elders ondergebrachte stoommachine-installaties
F01K 21/02
met stoomopwekking in motorcilinders
F01K 21/04
gebruikmakend van mengsels van stoom en gas; Installaties die stoom opwekken of verwarmen door water of stoom in direct contact te brengen met een heet gas (stoomgeneratoren met direct contact in het algemeen F22B)
F01K 21/06
Op een andere wijze dan thermodynamisch behandelen van verse of directe stoom, bijv. voor het bestrijden van afzettingen in de motor
F01K 23/00
Installaties die worden gekenmerkt door meer dan één motor die energie buiten de installatie aflevert, waarbij de motoren worden aangedreven door verschillende fluïda
F01K 23/02
waarbij de motorcycli thermisch gekoppeld zijn
F01K 23/04
waarbij condensatiewarmte van de ene cyclus het fluïdum in een andere cyclus verwarmt
F01K 23/06
waarbij de verbrandingswarmte van de ene cyclus het fluïdum in een andere cyclus verwarmt
F01K 23/08
waarbij het arbeidsfluïdum van de ene cyclus het fluïdum in een andere cyclus verwarmt
F01K 23/10
waarbij het afgewerkte fluïdum van de ene cyclus het fluïdum in een andere cyclus verwarmt
F01K 23/12
waarbij de motoren mechanisch gekoppeld zijn F01K 23\5 heeft voorrang)
F01K 23/14
met tenminste één verbrandingsmotor
F01K 23/16
waarbij alle motoren turbines zijn F01K 23\5 heeft voorrang)
F01K 23/18
gekenmerkt door de aanpassing voor een specifiek gebruik
F01K 25/00
Niet elders ondergebrachte installaties of motoren die worden gekenmerkt door het gebruik van speciale werkfluïda; Niet elders ondergebrachte installaties die werken in gesloten cycli
F01K 25/02
waarbij het fluïdum in de vloeibare fase blijft
F01K 25/04
waarbij het fluïdum verschillende fasen doorloopt, bijv. geschuimd
F01K 25/06
gebruikmakend van mengsels van verschillende fluïda (installaties waarbij gebruik wordt gemaakt van mengsels van stoom en gas F01K 21\5)
F01K 25/08
gebruikmakend van speciale dampen
F01K 25/10
waarbij de dampen koud zijn, bijv. ammoniak, kooldioxide of ether
F01K 25/12
waarbij de dampen metaalachtig zijn, bijv. kwikdamp
F01K 25/14
gebruikmakend van industriële afvalgassen of andere afvalgassen
F01K 27/00
Niet elders ondergebrachte installaties voor het omzetten van warmte of fluïdumenergie in mechanische energie
F01K 27/02
Installaties die zijn gemodificeerd voor het gebruiken van hun afvalwarmte anders dan die van de uitlaat, bijv. de wrijvingswarmte van een motor