G01P - Meten van lineaire snelheid of hoeksnelheid, versnelling, vertraging of schokken; aanduiden van de aanwezigheid of afwezigheid van beweging; aanduiden van de richting van een beweging

(meten van de hoeksnelheid gebruikmakend van gyroscopische effecten G01C 19\5; gecombineerde meetinrichtingen voor het meten van twee of meer bewegingsvariabelen G01C 23\5; meten van geluidssnelheid G01H 5\5; meten van lichtsnelheid G01J 7\5; bepalen van de richting of snelheid van massieve objecten door terugkaatsing of terug-straling van radiogolven of andere golven, en gebaseerd op voorplantingseffecten, bijv. het Doppler-effect, de voortplantingstijd of de voortplantingsrichting, G01S; meten van de snelheid van kernstraling G01T) [12,13]

Aantekeningen

(1) Onder deze subklasse valt het meten van de richting of snelheid van stromende fluïda waarbij gebruik wordt gemaakt van de voortplantingseffecten van radiogolven of andere golven die worden veroorzaakt door het fluïdum zelf, bijv. door een laseranemometer of een ultrasone stromingsmeter met “rondzingsysteem”. [4] (2) De aandacht wordt gevestigd op de Aantekeningen volgend op de titel van klasse G01.

  • G01P 1/00

    Details van instrumenten

    • G01P 1/02

      Behuizingen

    • G01P 1/04

      Speciale aanpassingen van aandrijfmiddelen

    • G01P 1/07

      Weergeefinrichtingen, bijv. voor aanduiding op afstand [3,12]

      • G01P 1/08

        Voorzieningen van schalen, wijzers, lampen of akoestische weergeefmiddelen, bijv. in de snelheidsmeters van voertuigen

        • G01P 1/10

          voor het aanduiden van vooraf bepaalde snelheden

          • G01P 1/11

            door het detecteren van de positie van de weergeefnaald [3]

    • G01P 1/12

      Opneeminrichtingen [3,12]

      • G01P 1/14

        voor permanente opname [3]

      • G01P 1/16

        voor uitwisbare opname, bijv. magnetische opname [3]

  • G01P 3/00

    Meten van lineaire snelheid of hoeksnelheid; Meten van verschillen in lineaire snelheden of hoeksnelheden G01P 5\5 tot G01P 11\5 hebben voorrang; meten van de hoeksnelheid gebruikmakend van gyroscopische effecten G01C 19\5) [12,13]

Aantekening

De groepen G01P 3\5 tot G01P 3\5 worden onderscheiden door de meetmethode welke van groter belang is. Dus de verdere toepassing van andere methoden voor het aanduiden van een uiteindelijke aanduiding heeft geen effect op de klassering.

  • G01P 3/02

    Inrichtingen die worden gekenmerkt door het gebruik van mechanische middelen

    • G01P 3/04

      door het vergelijken van twee snelheden

      • G01P 3/06

        gebruikmakend van een wrijvingsdrijfwerk

      • G01P 3/08

        gebruikmakend van een differentieel

    • G01P 3/10

      door het in werking stellen van een weergeefelement, bijv. een wijzer, gedurende een vaste tijd

    • G01P 3/12

      door gebruik te maken van een systeem dat wordt bekrachtigd door inslag

    • G01P 3/14

      door het bekrachtigen van één of meer mechanische resonantiesystemen

    • G01P 3/16

      door gebruik te maken van centrifugaal-krachten van massieve massa's [12]

      • G01P 3/18

        overgedragen aan het weergeefmiddel door mechanische middelen

      • G01P 3/20

        overgedragen aan het weergeefmiddel door fluïdummiddelen

      • G01P 3/22

        overgedragen aan het weergeefmiddel door elektrische of magnetische middelen

    • G01P 3/24

      door gebruik te maken van wrijving G01P 3\5 heeft voorrang)

  • G01P 3/26

    Inrichtingen die worden gekenmerkt door het gebruik van fluïda

    • G01P 3/28

      door gebruik te maken van pompen

    • G01P 3/30

      door gebruik te maken van centrifugaal-krachten van fluïda

      • G01P 3/32

        in een roterende container die in verbindingen staat met een vaste container

    • G01P 3/34

      door gebruik te maken van wrijving

  • G01P 3/36

    Inrichtingen die worden gekenmerkt door het gebruik van optische middelen, bijv. gebruikmakend van infraroodlicht, zichtbaar licht of ultravioletlicht G01P 3\5 heeft voorrang) [12]

    • G01P 3/38

      gebruikmakend van fotografische middelen

    • G01P 3/40

      gebruikmakend van stroboscopische middelen

  • G01P 3/42

    Inrichtingen die worden gekenmerkt door het gebruik van elektrische of magnetische middelen G01P 3\5 heeft voorrang) [12]

    • G01P 3/44

      voor het meten van hoeksnelheid G01P 3\5 heeft voorrang)

      • G01P 3/46

        door het meten van de amplitude van een opgewekte stroom of spanning

      • G01P 3/48

        door het meten van de frequentie van een opgewekte stroom of spanning

        • G01P 3/481

          van puls-signalen [3]

          • G01P 3/482

            geleverd door kernstralingsdetectoren [3]

          • G01P 3/483

            geleverd door variabele capaciteitsdetectoren [3]

          • G01P 3/484

            geleverd door contact-makende schakelaars [3]

          • G01P 3/486

            geleverd door foto-elektrische detectoren [3]

          • G01P 3/487

            geleverd door roterende magneten [3]

          • G01P 3/488

            geleverd door variabele-reluctantiedetectoren [3]

          • G01P 3/489

            Digitale circuits daarvoor [3]

      • G01P 3/49

        gebruikmakend van wervelstromen

        • G01P 3/495

          waarbij de weergeefmiddelen reageren op krachten die worden geproduceerd door de wervelstromen en het opwekkende magnetische veld [3]

    • G01P 3/50

      voor het meten van lineaire snelheid G01P 3\5 heeft voorrang)

      • G01P 3/52

        door het meten van de amplitude van een opgewekte stroom of spanning

      • G01P 3/54

        door het meten van de frequentie van een opgewekte stroom of spanning

    • G01P 3/56

      voor het vergelijken van twee snelheden

      • G01P 3/58

        door het meten of vergelijken van de amplituden van opgewekte stromen of spanningen

      • G01P 3/60

        door het meten of vergelijken van de frequenties van opgewekte stromen of spanningen

  • G01P 3/62

    Inrichtingen die worden gekenmerkt door het bepalen van de variatie in atmosferische druk met de hoogte voor het meten van de verticale snelheidscomponenten [12]

  • G01P 3/64

    Inrichtingen die worden gekenmerkt door het bepalen van de tijd die nodig is voor het afleggen van een vaste afstand

    • G01P 3/66

      gebruikmakend van elektrische of magnetische middelen G01P 3\5 heeft voorrang) [4,12]

    • G01P 3/68

      gebruikmakend van optische middelen, d.w.z. gebruikmakend van infraroodlicht, zichtbaar licht of ultravioletlicht G01P 3\5 heeft voorrang) [4]

    • G01P 3/80

      gebruikmakend van detectiemiddelen met autocorrelatie of kruiscorrelatie [4]

  • G01P 5/00

    Meten van de snelheid van fluïda, bijv. van een luchtstroom; Meten van de snelheid van lichamen ten opzichte van fluïda, bijv. van een schip of vliegtuig (toepassing van snelheidsmeetinrichtingen voor het meten van het volume van fluïda G01F)

    • G01P 5/01

      door gebruik te maken van een wervelstroommeter [3]

    • G01P 5/02

      door het meten van krachten die door het fluïdum worden uitgeoefend op massieve lichamen, bijv. een anemometer

      • G01P 5/04

        gebruikmakend van het afbuigen van schotelplaten

      • G01P 5/06

        gebruikmakend van het roteren van schoepen [12]

        • G01P 5/07

          met een elektrische koppeling naar de weergeefinrichting [3]

    • G01P 5/08

      door het meten van de variatie van een elektrische variabele die direct door de stroming wordt beïnvloed, bijv. door gebruik te maken van een dynamo-elektrisch effect

    • G01P 5/10

      door het meten van thermische variabelen

      • G01P 5/12

        gebruikmakend van de variatie in weerstand van een verwarmde geleider

    • G01P 5/14

      door het meten van drukverschillen in het fluïdum

      • G01P 5/16

        gebruikmakend van Pitot-buizen

        • G01P 5/165

          Voorzieningen of constructies van Pitot-buizen [3]

        • G01P 5/17

          Koppelvoorzieningen naar de weergeefinrichting [3]

          • G01P 5/175

            waarbij het Mach-getal wordt bepaald [3,12]

    • G01P 5/18

      door het meten van de tijd die nodig is voor het afleggen van een vaste afstand door het fluïdum [7]

      • G01P 5/20

        gebruikmakend van deeltjes die zijn gevangen in een fluïdumstroom G01P 5\5 heeft voorrang) [4]

      • G01P 5/22

        gebruikmakend van detectiemiddelen met autocorrelatie of kruiscorrelatie [4]

    • G01P 5/24

      door het meten van de directe invloed van het stromende fluïdum op de eigenschappen van een detecterende akoestische golf [7]

    • G01P 5/26

      door het meten van de directe invloed van het stromende fluïdum op de eigenschappen van een detecterende optische golf [7]

  • G01P 7/00

    Meten van snelheid door het integreren van de versnelling (traagheidsnavigatie, d.w.z. het berekenen van positie of snelheid aan boord van het te navigeren object, door integreren van snelheid of versnelling G01C 21\5) [12]

  • G01P 11/00

    Meten van de gemiddelde waarde van snelheden (door het bepalen van de tijd die nodig is voor het afleggen van een vaste afstand G01P 3\5 of G01P 5\5)

    • G01P 11/02

      Meten van de gemiddelde snelheid van een aantal lichamen, bijv. van voertuigen voor verkeersregeling

  • G01P 13/00

    Weergeven of opnemen van de aanwezigheid of afwezigheid beweging; Weergeven of opnemen van de richting van een beweging [12,13]

    • G01P 13/02

      Weergeven van alleen de richting, bijv. met een weersvaantje

      • G01P 13/04

        Weergeven van de positieve of negatieve richting van een lineaire beweging, of de richting met de klok mee of tegen de klok in van rotatiebeweging [3]

  • G01P 15/00

    Meten van versnelling; Meten van vertraging; Meten van schokken, d.w.z. een plotselinge verandering in de versnelling

    • G01P 15/02

      door gebruik te maken van traagheidskrachten G01P 15\5 heeft voorrang) [7,13]

      • G01P 15/03

        door gebruik te maken van niet-elektrische middelen [3]

      • G01P 15/04

        voor het aanduiden van een maximumwaarde

        • G01P 15/06

          gebruikmakend van lichamen die worden blootgesteld aan blijvende vervorming

      • G01P 15/08

        met omzetting in elektrische of magnetische waarden

        • G01P 15/09

          door een piëzo-elektrische opnemer [3]

        • G01P 15/093

          door een foto-elektrische opnemer [7]

        • G01P 15/097

          door trilelementen [7]

          • G01P 15/10

            door trilsnaren

        • G01P 15/105

          door magnetisch gevoelige elementen [7]

          • G01P 15/11

            door een inductieve opnemer [3]

        • G01P 15/12

          door het veranderen van de elektrische weerstand

        • G01P 15/125

          door een capacitieve opnemer [3]

        • G01P 15/13

          door het meten van de kracht die nodig is voor het weer naar de nul-positie brengen van een testmassa die is blootgesteld aan traagheidskrachten [3]

        • G01P 15/135

          door gebruik te maken van contacten die in werking worden gesteld door een beweegbare traagheidsmassa [3]

    • G01P 15/14

      door gebruik te maken van gyroscopen [7,12,13]

    • G01P 15/16

      door het schatten van de afgeleide van de tijd van een gemeten snelheidssignaal [3,7,13]

    • G01P 15/18

      in twee of meer dimensies [7]

  • G01P 21/00

    Testen of ijken van apparatuur of inrichtingen die vallen onder de andere groepen van deze subklasse [8]

    • G01P 21/02

      van snelheidsmeters