Table of Contents



F02M - Toevoeren van brandbare mengsels of bestanddelen daarvan aan verbrandingsmotoren [<wrap ipc2019>19</wrap>]

Aantekeningen

(1) In deze subklasse worden de volgende termen of uitdrukkingen gebruikt met de aangegeven betekenissen: - “carburatoren” betekent voornamelijk apparatuur voor het mengen van brandstof met lucht, waarbij de brandstof in mengcontact met de lucht wordt gebracht door het verlagen van de luchtdruk, bijv. in een venturi; - “brandstof-inspuitapparatuur” betekent apparatuur voor het inbrengen van brandstof in een ruimte, bijv. een motorcilinder, door het op druk brengen van de brandstof, bijv. met een pomp die werkt achter de brandstof, en omvat dus de zgn. “vaste-brandstofinspuiting” waarin vloeibare brandstof wordt ingebracht zonder enige bijmenging van gas; - “lagedrukbrandstofinspuiting” betekent brandstofinspuiting waarin het brandstof-luchtmengsel dat op deze wijze ingespoten brandstof bevat in belangrijke mate wordt gecomprimeerd tijdens de compressieslag van de motor; - “pompelement” betekent één zuiger-cilindereenheid in een brandstof-inspuitzuigerpomp of een overeenkomstige eenheid in een ander soort brandstof-inspuitpomp. (2) De aandacht wordt gevestigd op de Aantekeningen voorafgaand aan klasse F01.

Carburatoren voor vloeibare brandstoffen [9]

Voor motoren ter zake doende apparatuur voor het toevoeren, of behandeling vóór hun toevoer aan de motor, van verbrandingslucht, brandstof of brandstof-luchtmengsel

Brandstofinspuitapparatuur [9]

Aantekening

Lagedruk-brandstofinspuiting wordt geklasseerd in de groepen F02M 51\5, F02M 69\5 of F02M 71\5. [9]